Barry de Poorter wil niet meer voetballen met pijntjes en minder kaarten pakken

sport

Editie: Week 36, Jaargang 20 |

Barry de Poorter maakt zich breed in de hoop dat zijn tegenstander van UVS, die fluitend de bal aanneemt, er niet langs kan. (foto: Roel van Dorsten)

DELFT – Barry de Poorter (36) vindt voetballen nog veel te leuk om te stoppen. Dus speelt hij ook komend seizoen weer in het eerste van DHC.

Vorig jaar kampte hij met een flinke knieblessure. “In de eerste competitiewedstrijd ging het mis”, blikt hij terug. “Ik ging er zwaar doorheen.” De Poorter dacht dat het wel meeviel en hij trainde gewoon door, maar de blessure bleek erger dan verwacht. Hij had schade aan het kraakbeen in z’n knie èn z’n meniscus bleek kapot. Hij werd geopereerd en herstelde. “Nu gaat het wel weer goed. M’n knie wordt nooit meer honderd procent, dus ik moet wel wat gas terugnemen en iets minder vaak trainen.”

‘IK BEN DOOR HEEL VEEL TRAINERS OP HEEL VEEL VERSCHILLENDE PLEKKEN GEZET’

Barry de Poorter liep de afgelopen seizoen op vrijwel alle posities in het veld. “Alleen al in de voorbereiding heb ik laatste man, ?op het middenveld en in de spits gespeeld. Dat is denk ik mijn rol dit jaar, ik ben de joker van het elftal. Ik ben tevreden met een rol als invaller. Daar heb ik vooraf rekening mee gehouden. Maar zoals het er nu naar uitziet sta ik zondag toch in de basis. We hebben namelijk nogal wat blessures.” De Poorter speelt het liefst als laatste man of in de spits, twee totaal verschillende posities. Dat vindt hij niet erg. “Ik ben door heel veel trainers al op heel veel verschillende plekken gezet. Het blijkt dat ik het allemaal in kan vullen.”

- Is dat je talent, dat je allround bent?
De Poorter: “Het zal ook met m’n inzicht te maken hebben. Je moet mij ook niet zien als een spits die even vier man uitspeelt. Ik ben meer een aanspeelpunt en dan ben ik erg afhankelijk van de mensen om me heen.”

Zij moeten, geeft hij aan, veel bewegen. “Anders wordt het moeilijk voor me. Achterin kun je, zeggen ze, honderd worden, maar ik vind het wel fijn als iemand voor me de duels speelt. Het lukt me ook niet altijd even goed meer om achter de spitsen aan te lopen.”

Even leek het erop dat Barry de Poorter komend seizoen bij DHC in een vriendenteam zou gaan voetballen. “Want ik zat met die knie en wist niet of dat nog goed ging komen.” Z’n knie herstelde, dus gaat hij door. Hij weet nog niet of dit z’n laatste seizoen voor de hoofdmacht wordt. “Ik denk eerlijk gezegd van wel, maar ik vind voetbal nog zo leuk dat ik niet uitsluit dat ik hierna nòg aan jaar doorga. Dat heeft vooral te maken met m’n gezondheid. Als m’n knie het dit seizoen houdt en ik ben fit, dan vind ik voetbal nog te leuk om ermee te stoppen.”

- Wat vind je er zo leuk aan?
“Ik heb natuurlijk wel eens geen zin om te trainen, maar toen ik vorig jaar zo weinig speelde merkte ik dat ik het voetbal heel erg miste, ook vanwege het sociale aspect. Als je drie keer per week traint en een wedstrijd speelt, dan valt er opeens een enorm gat als je dat niet meer hebt. Ik vind trainen ook gewoon leuk en ik heb lol als ik voetbal, dus ik zou het niet graag missen.”

DHC kan komend seizoen volgens De Poorter grotendeels over hetzelfde team als vorig jaar beschikken. “Misschien dat we twee, drie nieuwe spelers in de basis hebben. De selectie is wel aardig veranderd. Bijna het hele tweede elftal is verkast.” Of DHC een beter team heeft dan vorig jaar weet hij niet. “De voorbereiding was niet geweldig, maar dat zegt me niet veel. Ik denk dat we wel wat stabieler zijn. Achterin gaan we denk ik iets minder goals weggeven. Ik heb echter ook het gevoel dat we wat moeilijk scoren.” Dus wordt het geen gemakkelijk seizoen. “Het lijkt me verstandig als we ons concentreren op handhaving. En als we het seizoen goed beginnen, kunnen we van daaruit verder werken. We moeten hard gaan werken om in de middenmoot te komen. De selectie is vrij smal, dus bij schorsingen en blessures komen we vrij snel in de problemen. We hebben vijftien a zestien goede spelers, maar je hebt er meer nodig.”

- Wat is jouw rol in dit team?
“Eerst dacht ik aan een rol als invaller, maar aangezien het zo goed gaat met m’n knie denk ik dat ik toch achterin ga spelen. Daar geef ik leiding en coach ik m’n medespelers, een rol die ik al jaren vervul. Verder probeer ik de sfeer erin te houden. Ik vind het belangrijk om ook na het voetbal met elkaar een biertje te drinken en over voetbal te praten.”

‘NU IK OUDER WORD, MERK IK DAT IK COMPETITIEWEDSTRIJDEN TOCH HET LEUKSTE VIND’

- Zondag speelden jullie voor de beker tegen UVS. Toen liep het volgens mij niet zo lekker?
“We speelden inderdaad vrij matig. Ik maakte zelf ook nog een behoorlijke fout, waardoor we op achterstand kwamen. We hadden, zeker in de eerste helft, zo’n tachtig procent balbezit. We kregen geen één kans, dus dan heb je ook niks aan het balbezit. De tweede helft creëerden we wederom niks. Als je niks met al dat balbezit doet, dan verdien je het ook niet om te winnen.”

- Vinden jullie het moeilijker om jezelf voor een bekerwedstrijd op te laden?
“Dat geldt voor mij wel, ja. Niet dat ik er dan met de pet naar gooi, hoor, maar nu ik ouder word merk ik wel dat ik competitiewedstrijden toch het leukste vind. Oefen- en bekerwedstrijden hoeven van mij niet zo. Competitie is het leukst, daar staat ook meer spanning op. Van mij mag het seizoen beginnen. Zondag spelen we thuis tegen De Zouaven. De afgelopen twee jaar hebben we thuis dik van ze gewonnen. Ik voorspel dat het dit keer 4-1 voor ons wordt.”

De Poorter begint het seizoen overigens met twee goede voornemens. Hij wil allereerst meer naar z’n lichaam luisteren en niet meer doorvoetballen met pijntjes. “Ik heb het nooit gekund, maar ik moet nu toch echt wat gas terugnemen.” Met z’n andere voornemen zullen vooral andere DHC’ers blij zijn. “Ik heb trainer Rob de Lange beloofd dat ik minder kaarten ga pakken. Vorig seizoen heb ik weinig gespeeld, maar het jaar ervoor had ik zeven of acht gele kaarten. Dat zijn er iets teveel.” (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12