Hemd van het Lijf: Hans Zweekhorst

Algemeen

Hans Zweekhorst (56) is (waarnemend) voorzitter van de Vogelwacht Delft en Omstreken.

1. Waarom wilde u per se in uw tuin worden gefotografeerd?
“De tuin is voor mensen een makkelijke manier om vogels te zien. Om vogels in de tuin te krijgen, moet deze aan drie dingen voldoen. Er moet een nestmogelijkheid zijn, er moet voedsel zijn en er moet een vluchtmogelijkheid zijn. Daarom heb ik hier in m’n tuin zo’n rommelstruikje. Dat wordt door mensen vaak vergeten, maar de vogels hebben zoiets nodig om zich in te kunnen verstoppen.”

2. Wat heeft u met vogels?
“Ik heb wel eens iemand horen zeggen: Ik hou van alle dieren, maar van de vogels het meest. Die uitspraak onderschrijf ik. Ik vind het bijzonder dat vogels met twee poten en één snavel gigantisch veel kunnen. Daar komt bij dat er zo’n 10.000 soorten zijn, de meeste daarvan zijn bijzonder mooi om te zien. Al die soorten vogels zijn uit één soort voortgekomen. Omdat ze zich overal ter wereld hebben aangepast aan de omstandigheden is er een grote diversiteit ontstaan. Ik kom zelf uit de polder, toen ik nog een klein jongetje was keek ik al geboeid naar de weidevogels om me heen.”

3. Het wordt steeds warmer op aarde en afgelopen maand was het in Nederland de op één na warmste novembermaand ooit. Wat merken vogelaars daarvan?
“We merken dat er vaker gasten uit warmere streken naar Nederland komen. De broedpieken vallen bovendien vroeger. Als vogels eieren leggen, moet er wel voedsel zijn. Omdat de piek van het aanbod in insecten nu eerder in het jaar ligt, gaan veel vogels eerder broeden. Vogels als de zwaluw en de karakiet komen echter invliegen op een moment dat afhangt van andere factoren. Het is niet gunstig voor zulke soorten als ze hier aankomen en de insectenpiek is al geweest, dan moeten ze in feite terug in de tijd om eitjes te leggen. Verder krijgen we er in Nederland wat exoten bij, zoals de bijeneter. Een paar paartjes broeden nu ook in Nederland, dat is heel uniek.”

4. Is er de afgelopen jaren nog meer veranderd voor vogels in deze regio?
“Door verstedelijking en door de veranderende agrarische aanpak is het enorm verschraald en er is een druk op recreatiegbieden. Het aantal weidevogels gaat daardoor sterk achteruit, terwijl dit gebied bekend stond om z’n weidevogels. Veel mensen laten in het broedseizoen hun hond uit, dat is best een aardig probleem. Misschien dat hondenbezitters wat dat betreft wat meer moeten nadenken over het uitlaten van hun hond in het broedseizoen.”

5. Zijn er nog veel natuurliefhebbers die op hun vrije dag met een verrekijker de natuur intrekken om vogels te spotten?
“Die vraag is moeilijk te beantwoorden. We hebben zo’n 350 leden, maar ik weet dat er veel mensen zijn die geen lid zijn, maar die wèl gek zijn van vogels. Dat aantal neemt alleen maar toe, mensen hebben meer de behoefte gekregen om de natuur in te trekken. In deze regio zijn veel bijzondere vogels te vinden. We krijgen meer bezoek van kiekendieven en het gaat goed met andere roofvogels, zoals de buizerd en de sperwer. De sperwer heeft ook in stedelijke gebieden z’n weg gevonden. In Rotterdam broeden er al zo’n twintig sperwers in parken in de stad. Ze hebben zich aangepast aan hun omgeving.”

6. Waar wordt u vrolijk van?
“Ik word er vrolijk van als er in de buurt mogelijkheden worden geschapen waardoor we meer vogelsoorten terugzien die er vroeger al waren.”

7. Als ik burgemeester van Delft was, dan...
“... probeerde ik in Delft een balans te vinden tussen stad en natuurlijk. Die balans krijg je door alle activiteiten ook door een natuurbril te bekijken.”

8. Wat kunnen mensen doen om meer vogels in hun tuin te krijgen?
“Dan moeten ze wat hogere struiken neerzetten, of een lekkere heg. De bodem van de tuin moet wat groenig zijn, dus tegels zijn eigenlijk uit den boze. Vogels komen altijd op besdragende struiken af en je kunt ook altijd nog nestkastjes of gierzwaluwpannen ophangen. Verder moeten mensen geen al te uitbundige tuinverlichting plaatsen.”

9. Wat is de vreemdste vogel die u ooit heeft gespot?
“Als we ons beperken tot Delft en omstreken, dan was dat de steltkluut. Die broedt maar op een paar plekken en is heel bijzonder.”

10. Wilt u verder nog iets kwijt?
“Ja, we zoeken met de Vogewacht Delft en Omstreken nog mensen die zich een paar uur per maand vrijwillig willen inzetten, bijvoorbeeld in onze werkgroepen. Maar we zoeken met name nog een nieuwe voorzitter en een penningmeester.” (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12