Afbeelding

De gemiste kansen en gevolgen van financieel fiasco in de Spoorzone

Algemeen

Editie: Week 33, Jaargang 22 |

Donkere wolken pakken zich samen boven de bouwgronden in de Spoorzone.

DELFT - Volgens sommigen is het niet de vraag of de Gemeente Delft onder curatele gaat komen, maar wanneer. Tegenvallers in de Spoorzone kosten de stad tientallen miljoenen. Hadden we dit kunnen voorkomen? En wat betekent het financiële fiasco van de Spoorzone voor Delft?

Duik in documenten over de Spoorzone en de miljoenen vliegen je om de oren. Zeker met de kennis van nu is het makkelijk om te roepen hoe ‘we’ miljoenenverliezen konden voorkomen of beperken. Toch waren er ook in tijden van besluitvorming meerdere momenten waarop politiek Delft minder gretig en meer bedachtzaam had kunnen en mogen zijn.

Financiële meevaller
Bijvoorbeeld eind jaren ’90. Delft verkocht haar aandelen van de Elektriciteitsmaatschappij Zuid-Holland (EZH). Opbrengst: 115 miljoen gulden. Een mooie financiële meevaller. De hele stad had ideeën hoe het geld te besteden. Wijlen Boudewijn Boelens, toen geen wethouder meer maar fractievoorzitter van oppositiepartij VVD, dacht er anders over. Het leek hem verstandig als dit opzij werd gezet als spaarpotje voor mogelijke tegenvallers in de Spoorzone. “Maar het geld was binnen no time uitgegeven aan allerlei projecten. Elke sector pikte een graantje mee”, weet Aad Meuleman van Stadsbelangen nog. Een klein deel, 19 miljoen gulden, ging naar de ‘versnelde aanleg van Spoortunnel en Stadskantoor’. Was alles voor de Spoorzone bewaard, dan waren veel mooie projecten nooit tot stand gekomen, geeft voormalig PvdA-wethouder Jan Torenstra aan. “Dan hadden we bijvoorbeeld geen buurthuizen, sporthallen en de skatebaan kunnen realiseren. Ook zijn bedragen naar onderwijs en kinderopvang gegaan.”

Te grote risico’s
Journalist Henk de Kat schreef jarenlang over infrastructuur voor de Haagsche en de Delftsche Courant. Meerdere keren klom hij in de pen of sprak hij politiek Delft toe om te waarschuwen voor de te grote risico’s die Delft nam. De Kat vindt de plannen voor de Spoorzone mooi en goed voor het openbaar vervoer. “Maar ik heb altijd gezegd: Delft is veel te gretig en neemt teveel risico.” Hij vindt het nog altijd verbazingwekkend dat Delft in eerste instantie alle risico’s van het gehele project wilde dragen èn zelf de spoortunnel wilde bekostigen. De Kat riep de gemeenteraad op om zich te bezinnen. “Ik hoor het Wil Steffen van de VVD nog zeggen: ‘Dat is niet nodig hoor, meneer De Kat, dit zit goed in elkaar’.”

Gelukkig deed het rijk een second opinion. Die concludeerde dat Delft dit nooit aan zou kunnen en stak een stokje voor de te ambitieuze inbreng van Delft. Delft kroop door het oog van de naald. “Nu doemt een tekort van honderd miljoen euro op. De strop voor Delft zou echter nog veel en veel groter zijn geweest als het rijk Delft z’n gang had laten gaan. Ik wil niet de betweter uithangen, maar waar ik jaren geleden al voor waarschuwde lijkt uit te komen. Over een paar jaar staan we voor een enquêtecommissie die zich zal buigen over de vraag hoe dit allemaal heeft kunnen gebeuren.”

Alarm
Ook de Delftse Rekenkamer slaat in 2010 en 2011 alarm. Zij is dan in het spoorzoneverhaal gedoken en trekt harde conclusies. In het eerste rapport staat dat B en W de raad geen financiële informatie geeft over de Spoorzone zodat het voor de raad onmogelijk is z’n taak uit te voeren. Een jaar later is de conclusie van de rekenkamer vrijwel hetzelfde: De raad is nog altijd niet ‘in control’. De gemeenteraad maakt zich daar niet al te druk om, ondervindt De Kat als hij getuige is van het debat over de rapporten. “Bazelmans van de PvdA zei dat het ‘onmogelijk en niet gewenst’ was dat de raad bij de uitvoering van de Spoorzone ‘in control’ was. Jos van Koppen van Onafhankelijk Delft noemde het onderzoek ‘weggegooid geld’ omdat ze het ‘toch allemaal niet kunnen behappen’. ‘Niemand mag van ons verwachtend dat we alles begrijpen’, zei hij. Koerts van de ChristenUnie zei: ‘Wij hebben ons er allang bij neergelegd dat we niet veel kunnen. Als de wethouder maar in control is’.  Herrema van Groenlinks riep dat externe ondersteuning niet nodig was.”

Schokkend, vond De Kat. “Het was zo’n brevet van onvermogen. De raad beseft niet wat z’n functie is. Daar word ik moedeloos van, want dit is de raad die de stad moet besturen en er dreigen grote verliezen. Iedereen krijgt daarvan de schuld, maar het probleem ligt bij de raad zelf die z’n taak niet verstaat. Ze hadden naar deskundigen moeten luisteren die jaren geleden al zeiden dat dit te hoog gegrepen was voor Delft. Er is te weinig gekeken naar problemen die op je weg kunnen komen. In plaats daarvan dachten ze er veel geld uit te kunnen slepen. Op het stadhuis werd de buit en de huid al verdeeld, ver voordat de beer geschoten was. Ze hadden kunnen weten dat er geen vette beer op komt was.” Aad Meuleman geeft toe dat de raad hier en daar wat steken liet vallen. “Het is wel een politiek manco dat we misschien iets te gemakkelijk naar de toekomst hebben gekeken en in hoeverre we risico’s liepen, al kon je die toen niet overzien.” Dit alles kon volgens De Kat gebeuren door gebrek aan kritische journalisten die dagelijks bovenop de zaak zitten. 

Stadskantoor
Oppositiepartijen Leefbaar Delft, Onafhankelijk Delft, Stadsbelangen, SP en de Fractie van Oort pleiten in 2011 – net als enkele betrokken burgers – voor een referendum over het wel of niet bouwen van een Stadskantoor. Geschatte bouwkosten: ruim 80 miljoen euro. Een meerderheid van de raad is echter tegen een volksraadpleging. Zij wijzen op een rapport van Ernst & Young, dat stelt dat niet bouwen duurder is dan wel bouwen. Ook Van Tongeren is tegen. “Een paar jaar daarvoor had je er serieus naar kunnen kijken, maar de bouw van de tunnel was al begonnen. Dan had je die stop moeten zetten en was Delft de veroorzaker daarvan.”

Jan Peter de Wit, toen nog van Leefbaar Delft, gelooft er nog altijd geen snars van dat ‘niet bouwen’ duurder zou zijn dan wel bouwen. “Het Stadskantoor kost 83,6 miljoen euro en het kost jaarlijks 7,1 miljoen euro om het te exploiteren. Het is grote gekkigheid dat het nog meer kost als je het niet bouwt. Als er een referendum was gekomen, zou denk ik 80 procent van de Delftenaren zeggen dat we niet zo’n prestigieus gebouw nodig hebben.” Ook De Wit. “We hebben helemaal geen nieuw stadskantoor nodig. Over twintig jaar staat het weer leeg. En wie zit er op dat zwembad (het huidige Stadskantoor, red.) te wachten? Dat krijgen ze nooit verhuurd.” Wel wordt na alle ophef rond het referendum besloten het nieuwe Stadskantoor twee verdiepingen minder hoog te maken dan de bedoeling was. 

Artikel 12-gemeente
Delft bezuinigde er afgelopen jaren al lustig op los en we zijn er nog lang niet. Jaarlijks moeten miljoenen euro’s aan het rijk worden overgemaakt voor de Delftse bijdragen aan de tunnel. Het scheelt volgens Aad Meuleman niet veel of we zijn een artikel 12-gemeente: een gemeente die onder curatele van het rijk komt vanwege een structureel slechte financiële situatie. Meuleman: “We zitten in een zorgelijke financiële situatie. Er zit geen vlees meer op het bot.” Ook Henk de Kat houdt z’n hart vast. “Een faillissement dreigt voor Delft, maar het lijkt me juist goed als het rijk of de provincie hier orde op zaken komt stellen en er iemand permanent opzet. Het is onontkoombaar dat dit gaat gebeuren. Het blijkt namelijk dat Delft dit project niet aan kan.”

Provincie Zuid-Holland laat desgevraagd weten zich nog niet te bemoeien met de financiële huishouding van Delft. Wel houden ze hier toezicht op, zoals ze in elke gemeente doen. “Maar de bezuinigingsopgave van Delft is fors en de risico’s zijn groot. De financiële zorgen van de Gemeente Delft worden gedeeld”, zegt woordvoerster Nathalie Harder. De provincie houdt nog geen ‘preventief toezicht’. Als het zover komt mag Delft geen cent meer uitgeven zonder goedkeuring van de provincie. “Dit kan worden ingesteld als de begroting niet binnen wettelijke termijn wordt ingediend. Of als er structurele financiële tekorten zijn of geen sluitende begroting en realistische cijfers zijn”, legt ze uit.

‘Hoge prijs’
Van Tongeren noemt de bezuinigingen van nu en de toekomst, waar bewoners van de stad zeker wat van zullen merken, een ‘hoge prijs’ die Delft moet betalen. “Omdat we de Spoorzone zo graag wilden.” Ook Meuleman baalt voor Delftenaren die met bezuinigingen te maken hebben of krijgen. “Maar als het eindresultaat van de Spoorzone zichtbaar is zal iedereen denken: goed dat we het hebben gedaan. We krijgen er een mooi stuk Delft bij. Wie wordt geconfronteerd met de consequenties zal er echter anders tegenaan kijken.” Ex-wethouder Torenstra staat nog achter de besluiten van toen. “We hebben gekozen voor een hoog kwaliteitsniveau, want als je een stationsgebied ontwikkelt doe je dat voor heel lange tijd. Ik hoop dat het huidige college en de raad hieraan vast blijven houden en niet teveel concessies doen. Als de pijn van de financiën achter de rug is zal iedereen met bewondering op dit project terugkijken.”

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12