Er zijn gelukkig ook tweede trainers die niet aan de stoelpoten van de hoofdtrainer zagen

Algemeen

Paul Koekenberg (rechts), geconcentreerd langs de lijn tijdens het oefenduel Vitesse Delft 2 - DHL 2, afgelopen dinsdagavond. Links Jan Koot. (foto: Koos Bommelé)

DELFT – Assistent-trainers, tweede trainers mag ook, zijn er in alle soorten en maten. Ambitieuze types, die zo'n rol op het tweede plan vooral als opstap zien naar een baan als hoofdtrainer. En assistenten die het wel mooi vinden, zo.

Anton Rosierse is bezig aan z'n tweede seizoen als tweede trainer bij dvv Delft. Hij verlengde z'n contract inmiddels met nog een jaar. Rosierse (42) speelde liefst 23 jaar voor Vitesse Delft, waarvan zeven seizoenen in het eerste. Hij piepte er daarna één seizoen tussenuit naar DHC, "daar speelde ik voornamelijk in het tweede", en hij eindigde als voetballer met zes seizoenen SV Wippolder. Het zat er, weet hij, al vroeg in dat hij trainer zou worden. "Bij Vitesse Delft, ik was toen een jaar of negentien, trainde ik al jeugd. Dat was de lichting met onder anderen Ferry Bodde. Trainen, ik vond het toen al leuk". Als eerste-elftalspeler van SV Wippolder doet hij ook de Jeugdtrainerscursus. "Ik trainde daar toen, naast het voetballen, ook één keer in de week jeugd. En de laatste jaren was ik de hulptrainer van Ramon Hageraats. Daarna ben ik bij Den Hoorn één jaar tweede trainer geweest, onder Martin de Graaf. En daarna heb ik twee jaar de B-selectie van Vitesse Delft getraind. Via Erwin Stoelinga, die hoofdtrainer werd bij Delft, ben ik bij Delft terecht gekomen. En daar zit ik nu nog. En volgend seizoen ook". 

-Waarom plak je er in elk geval nog een seizoen aan vast bij dvv Delft?
Rosierse: "Delft heeft een betrekkelijk oude spelersgroep. Er komt heel wat jeugd door. Ik zie het als een mooie uitdaging, zeker voor het tweede, maar ook voor het eerste, om dat goed te laten verlopen. Pierre van Zinnen en ik willen daar heel graag bij betrokken blijven". 

Rosierse bezit het diploma Trainer/coach 3. "Nee, ik heb geen behoefte om verder te gaan. Daar gaat zó veel tijd inzitten, dat heb ik er gewoon niet voor over". Dat wil zeker niet zeggen dat hij ook maar enige ambitie totaal ontbeert. "Die heb ik zeker wèl. Maar dat zou dan in samenwerking moeten gaan. Natuurlijk, een eerste elftal is wat anders dan een tweede elftal. Zoiets moet ook op je pad komen. Maar ik vind het ook mooi om jonge jongens vanuit m'n eigen ervaringen wat mee te geven. Nee, het is niet een ambitie waarom ik bij een club zou solliciteren. Dan denk ik: Laat Anton Rosierse maar een heel goeie tweede trainer zijn". 

-Is Anton Rosierse een heel goeie tweede trainer?
Rosierse: "Tsja, wat moet je zeggen over jezelf? Je roeit met de middelen die je hebt. Je moet een zo goed mogelijk elftal op de been zien te brengen. We presteren aardig, met het tweede. Vorig jaar hebben we ons in de reserve eerste klas kunnen handhaven. Nu staan we in de middenmoot. We zitten in een mooie poule, met tegenstanders als DHC 2, Den Hoorn 2, Wilhelmus 2 en RKDEO 2". Maar, kijkt hij wat verder vooruit: "We zullen en willen de jeugd meer de voorkeur gaan geven. Dat moet ook wel, want de spelersgroep is gewoon te oud. En jongens als Laurens Sandell en misschien ook Paul Etienne stoppen. Dat met jonge jongens opvangen, is voor volgend seizoen zeker een uitdaging". 

-Toch nog maar even die vraag: ben jij de ideale tweede trainer?
Rosierse: "Ik zal nooit aan de poten van de stoel van de hoofdtrainer gaan lopen zagen".

'IK ZAL ALTIJD ONDERSTEUNEND NAAR DE HOOFDTRAINER ZIJN'
Paul Koekenberg is voor alweer het vijfde seizoen tweede trainer bij DHL. Hij noemt zich half Hagenees en half Scheveninger en hij woont alweer 35 jaar in Zoetermeer. Koekenberg (56) voetbalde in het vroegere Rijswijk en in DSO. De overgang van de voetballer die rond z'n zesentwintigste wegens blessureleed moest stoppen naar de trainerij verliep 'bijna automatisch'. "Ik speelde bij DSO in een lager team. Ook dan wil je dat het wat beter gaat en dat pak je dan automatisch op. Zo ben ik erin gerold". Hij begon, bij DSO, 'vanuit een hobby'. Was daarna één seizoen hoofdtrainer van FC Zoetermeer, "maar daar was het toen organisatorisch een puinhoop". twee seizoenen van DSO-zaterdag, vijf jaar van BSC '68 in Benthuizen en vijf jaar van KMD in Wateringen. En nu is hij aan z'n vijfde DHL-seizoen bezig, maar dan als assistent. Waar dus in elk geval ook nog een zesde seizoen op volgt. "Dat ik voor een baan als tweede trainer heb gekozen, had te maken met de onregelmatige diensten die ik voor m'n werk moest draaien". 

Koekenberg is in het bezit van het diploma Trainer/coach 3. "Toen ik die cursus had gedaan was de sfeer waarin dat gebeurde voor mij aanleiding niet verder te gaan. Ik vond het allemaal een beetje te nagemaakt. Ja, daar heb ik nu wel spijt van, maar dat kan ik niet meer terugdraaien. Dat zijn dingen, die gaan zo".
 
-Ben jij een geboren tweede trainer?
Koekenberg: "Nee, dat denk ik niet. Maar ik kan me wèl heel goed in die rol schikken. Omdat ik goed besef wat een hoofdtrainer nodig heeft. Ik zal altijd ondersteunend naar de hoofdtrainer zijn". 

-Hoe is jullie rolverdeling?
Koekenberg: "Wim van Zinnen is de hoofdtrainer, ik ben z'n assistent. We hebben een open vorm van communiceren, op elk gebied. Alles is bespreekbaar. Hij heeft de verantwoording over het eerste, ik over het tweede. Als hij 's niet kan, laat hij het makkelijk aan mij over. Dat werkt heel goed. Overigens liep dat met z'n voorganger, John de Letter, ook heel goed". 

DHL werkt met een selectiegroep waarvan de spelers van de eerste drie teams deel uitmaken. "Daar hoort dus ook Wout Toet als trainer bij. Op dinsdag trainer we de ene keer gemengd en een andere keer niet. Soms zijn we dus met ons tweeën met de hele groep bezig, soms trainen we onze groepen apart. In elke geval vaak op donderdag, want dan trainen we meer wedstrijdgericht". 

-En de oefenstof? Wie bepaalt die, al dan niet in grote lijnen?
Koekenberg: "Een dag voor de training bespreken we wat we ongeveer willen gaan doen en op welke manier. Trainen we in aparte groepen, dan heeft iedereen z'n eigen oefenstof. Trainen we met één grote groep, dan spreken we af wie wat met welke spelers doet: passen en trappen, het conditionele werk, positiespellen, noem maar op". 

-Streven jullie er ernstig naar dat eerste en tweede elftal op dezelfde manier spelen?
Koekenberg: "Dat proberen we wel, ja. Dan is het voor de spelers ook herkenbaarder. Daarbij probeer ik me aan te passen aan wat de hoofdtrainer wil. Dat lukt natuurlijk niet altijd, maar we proberen het wèl".

'MAAR JE MOET ER DAN OOK DE SPELERS VOOR HEBBEN'
De rolverdeling bij dvv Delft tussen hoofdtrainer Pierre van Zinnen en Anton Rosierse verschilt niet wezenlijk met die van de twee trainers bij DHL. Rosierse: "Pierre van Zinnen is de hoofdtrainer, ik train het tweede. Na de wedstrijd van het tweede sluit ik bij bij één. Alles gaat in overleg, maar Pierre is eindverantwoordelijk. Nee, ik schroom zeker niet om tijdens de wedstrijd van het eerste m'n mening te geven". Lacht: "Dat is overigens niet aan de stand op de ranglijst af te lezen. Maar serieus: dat gaat goed. De onderlinge band is gewoon goed". 

Trainen doen ze meestal met hun eigen groep. "Pierre traint op donderdag wedstrijdgericht, ik doe dat met m'n eigen jongens ook. Op dinsdag probeer ik altijd dingen ik op wedstrijddagen heb gezien terug te halen in oefenvormen". Daarbij past wèl deze kanttekening: "Je bent zó afhankelijk van de beschikbaarheid van spelers. Afzeggingen voor een training kunnen je hele schema in de war gooien. Dan heb je, qua oefenvormen, wat voor ogen en dan krijg je om half zes nog telefoontjes dat mensen niet kunnen komen trainen. Daar kan ik moeilijk tegen. Ik kijk altijd maar weer naar vroeger. Ik heb nog nooit afgeschreven voor een training. Dat was wel wennen, toen ik trainer werd van senioren. Het is hoofdzakelijk dat ze vanwege werk af en toe niet kunnen. Dat stuit me wel 's tegen de borst. Ze willen wel presteren, maar dan moet je er ook wel wat voor doen". 

-En hoe zit het bij jou met de oefenstof?
Rosierse: "Dat mag ik helemaal zelf bepalen. Daar heb ik de vrije hand in". 

-En de speelwijze?
Rosierse: "Ik probeer op de groep over te brengen wat ik wil, in die zin dat naar mijn mening alles begint met het tonen van de juiste instelling. Die instelling moet optimaal zijn, anders kan je niet presteren. Nee, het is niet zo van: het eerste speelt met drie spitsen, dus moet het tweede dat óók. Al proberen we dat natuurlijk wèl. Maar daar moet je daar ook wel de spelers voor hebben". 

Koekenberg sluit op wedstrijddagen zo veel mogelijk aan bij het eerste. "Dat is ook de afspraak, dat ik zo veel mogelijk feeling hou met het eerste. Dat maakt het, als je met de hele groep werkt, ook leuker. Op de bank bij het eerste probeer ik me op de achtergrond te houden. Het is meestal Wim van Zinnen die zelf contact zoekt en wil praten over dingen die we zien gebeuren. Ja, we communiceren best wel veel op de bank. Wim is de prater, die gesprekken komen dan automatisch". 

-Kan je je wel inhouden als je iets ziet waarvan je denkt: Dat kán niet?
Koekenberg: "Ja. Dat was ook zo toen John de Letter wegging en Wim van Zinnen kwam. Daar hebben we afspraken over gemaakt. Nu ook. Eerst heeft Wim van Zinnen gezegd dat hij nog een jaar doorgaat. Daarna heb ik hetzelfde gedaan. Gebeurde overigens wel op dezelfde avond. Zat tien minuten tussen. Ja, we hadden er natuurlijk al met elkaar over gesproken. We wisten het van elkaar. Dan ben je al gauw klaar". 

Rosierse: "Toen het bestuur van Delft in gesprek was met Pierre van Zinnen hebben ze me gevraagd wat ik ervan zou vinden als hij de nieuwe trainer zou worden. Ach, je weet het: de club moet door, de trainer gaat na twee, drie jaar toch weer weg. Ik schik me dus wel in wie er als hoofdtrainer komt". 

-Waarom heb je voor een zesde seizoen bijgetekend?
Koekenberg: "Een aantal oudere spelers uit het eerste is dit seizoen in het tweede gaan voetballen. We spelen nu reserve eerste klas, dat is heel behoorlijk. En het is een goeie opleiding voor de jonge jongens die in het tweede spelen. Er zullen wat van die oudere spelers stoppen. Het is een uitdaging om volgend seizoen te proberen om het terrein dat we nu gewonnen hebben met die jonge groep vast te houden. Daarbij komt: ik heb het bij de club erg naar m'n zin. Er zou, dat wèl, wel wat meer voetbalbeleving mogen zijn. Is ook voor ons, als trainers, een mooie taak om ook daarin de nodige energie te steken".

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12