Wat ik zeggen wil

Hieronder de ingezonden stukken uit de krant van 29 mei 2011.

Reactie wethouder (1)
DELFT - Opmerkelijk hoe je ingezonden brieven kan ervaren. Zo veronderstel ik dat een ingezonden brief een uiting is over een actualiteit, een signaal over een maatschappelijk gebeuren, dat - zo vindt de briefschrijver - maar eens in de openbaarheid gebracht moet worden. Vaak volgt er een reactie, hetzij als ondersteuning, hetzij als tegenspraak en het geeft niet zelden weer wat er in de samenleving leeft. Kortom; er kan in zekere zin een openbaar debatje ontstaan. Winst voor de samenleving, zou ik zeggen. Onze wethouder, de heer De Prez, stelt desgevraagd in het interview in de krant Delft op zondag van 22 mei: ‘Al die opmerkingen neem ik zeker ter harte’. Hij vindt het echter vreemd dat de ingezonden brieven naar de krant en niet naar hem worden gestuurd. En zegt vervolgens: ‘Dan krijgen ze een keurige brief terug’. Bovendien, zo stelt de wethouder, kan men naar telefoonnummer 14015 bellen of op de website van de Gemeente een bericht achterlaten. Dat werkt, verwacht hij, beter dan een brief naar de krant sturen. En zo, lijkt mij, gaat de wethouder voorbij aan de betrokkenheid van de burger aan het maatschappelijk gebeuren en ontkent hij het eerder, bovengenoemd, openbaar debat. Het gaat er niet om of die ingezonden briefschrijver tevreden wordt gesteld, maar dat men aan de burgerij gehoor geeft en dat men ‘het waarom’ van het bestuurlijk handelen duidelijk maakt. Uitgaand van mijn visie gaat de wethouder hieraan voorbij.

Kees van der Lingen, Delft


Reactie wethouder (2)
DELFT - Geachte heer De Prez, vorig jaar heb ik u naar aanleiding van een artikel in de krant een brief gestuurd. Deze heeft u via uw vrouw èn via uw zakelijke e-mailadres ontvangen. Nooit heb ik een reactie – of zoals u dat noemt: ‘een keurige brief’ - mogen ontvangen. Nu lees ik wederom een artikel in de Delft op Zondag en wederom gaat het over het overdadige vuil in de stad. In dit artikel geeft u aan dat u het vreemd vindt dat mensen ingezonden brieven naar de krant sturen en niet naar u. Ik vind het niet zo vreemd, want ook rechtstreeks naar u sturen heeft geen nut. Ik vroeg mij in bijgaande eerdere mail al af of u zelf wel eens door de stad loopt, want dan ziet u exact dezelfde beelden als op de foto's in de Delft op Zondag. Pro-activiteit op dit gebied kan bij u dan ook niet gevonden worden. Wethouder zijn in een stad betekent dat u er voor de burgers bent. Als u dan eens reageert op reacties van die burgers, laat u alleen maar zien dat u het lastig vindt. Deze mensen helpen u uw werk goed te doen. Helaas waardeert u die hulp niet. U klaagt er liever over dat de mensen zich wel van hun pro-actieve kant laten zien. Is het wellicht iets waar u uw voordeel mee kunt doen? Want waarom zijn de mensen zo geïrriteerd? Mensen zitten niet te wachten op symptoombestrijding: een paar vuilnisbakken erbij en een paar bakken qua volume aanpassen. Acht afvallenbakker erbij in heel Delft, toe maar! Het gaat erom de zaken structureel en preventief aan te pakken zodat ze niet meer kunnen optreden.

Rainier Abma, Delft


Chapeau voor gemeente?
DELFT - Het is eindelijk gelukt om de chaos met fietsen rond Station Delft enigszins in te dammen. Er zijn twee mannen aangesteld om de verkeerd geplaatste fietsen, diegene die buiten de witte lijnen staan, te ruimen. Jammer dat het weer op een manier gaat die van slechte opvoeding getuigt. Allereerst worden eigenaren die hun fiets verkeerd neerzetten niet aangesproken op hun gedrag. Dat kan ook moeilijk als je niet de Stadswachten of het TOR inzet, maar mensen van Combiwerk. Waarom niet een mannetje erbij dat wèl opgeleid is om mensen aan te spreken? Gemiste kans dus, of meer waarschijnlijk: bang voor confrontatie. 

Vervolgens mogen die gedreven Combi-mannen, als er geen fietsen te verplaatsen zijn, fietsen voorzien van een zadeldekje als waarschuwing wanneer deze toch half verkeerd staan. In het geval dat ze goed staan krijgen de eigenaren een label aan hun fiets gehangen (zie de foto). Gezien de vele blauwe plastic labels op de grond rond het station neem ik aan dat de eigenaren hier niet gecharmeerd van zijn. Oprapen en hergebruiken is een mogelijkheid, maar dat zal arbo-technisch wel weer niet verantwoord zijn. In tijden van bezuinigingen op allerlei noodzakelijke zaken als een bibliotheek gooit de Gemeente dus weer gewoon ons geld op straat. Is hier weer iemand op afgestudeerd bij InHolland in het vak communicatie?

Marc Rust, Delft


Lawaaiseizoen

DELFT - Het lawaaiseizoen is weer begonnen. Dat werd vorige week zaterdag letterlijk en figuurlijk afgetrapt op de Markt, waar het zogenaamde beachsoccer-evenement plaatsvond. Dat moest natuurlijk weer met een enorme herrie gebeuren. Hard geschreeuw en gegil en muziek door luidsprekers en een microfoon. Waarom moet dat toch? Als je lekker op je dakterras of tuintje wilt genieten van het weer, of gewoon eens een beetje wilt lezen, dan kan dat weer niet omdat je alle deuren en ramen dicht moet doen, want er wordt hard geschreeuwd. Weg rust! Dat er weer eens iets te doen is in Delft: Prima, maar dat hoeven we toch niet in de hele stad te horen? Ik geloof dat ze denken dat wij doof zijn, en anders word je dat wel van al dat gegil. De mensen die naar zoiets toe gaan zien het ook wel zonder dat harde geschreeuw. Er staat ons overigens nog meer te wachten, zoals ‘muziek’ op de Beestenmarkt en het Doelenplein. Jammer dat het tegenwoordig allemaal via versterkers moet. En hoe later hoe harder. En ach, de overige bewoners, daar hebben wij toch s.....t aan.


R. Bakker, Delft

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12
info@delftopzondag.nl