Ferdinand en Polle op de Warmoesbrug. (Foto: Koos Bommelé)
Ferdinand en Polle op de Warmoesbrug. (Foto: Koos Bommelé)

Hemd van het Lijf: Ferdinand Bakker en Polle Eduard

Algemeen Hemd van het lijf

Ferdinand Bakker en Polle Eduard zijn doorgewinterde Delftse muzikanten en staan op 5 januari in HAL015 met ‘Forever Young’.

Waarom hier op de foto?
Wij hebben allebei het overgrote deel van ons leven in Delft gewoond, en we maken al zo’n vijfentwintig jaar lang samen muziek. In Delft organiseren we ook ‘Forever Young’. Op 5 januari spelen we samen met Henk Koorn, Henk Jonker en Misha Kool in HAL015.

Wat is ‘Forever Young’?
Jaren terug speelde ik (Ferdinand) met Henk Koorn een nummer van Neil Young, van wie we groot fan waren, tijdens ‘Let’s Stick Together’ in grand-café Verderop - een programma met vijfentwintig muzikanten. Toen Neil Young in Ahoy speelde, gingen we daar met z’n allen naartoe. Tot onze teleurstelling speelde Neil de hele avond alleen maar nummers van zijn laatste plaat, die wij niet zo interessant vonden, met ellenlange solo’s. We vonden het met name jammer dat we geen nummers uit de ‘Crazy Horse’-tijd te horen kregen. Na afloop van het concert liepen we naar buiten en keken we elkaar aan, van: ‘Nou, dat kunnen wij beter’. Toen hebben we een groot feest georganiseerd, ‘Forever Young’, en dat beviel zo goed dat we sindsdien een aantal keer per jaar Forever Young doen, meestal in Delft.

Zijn jullie dan een coverband?
Ja en nee. We spelen Neil’s nummers, en de stem van Henk Koorn lijkt ook wel op die van Neil, maar we doen hem niet na. De nummers blijven herkenbaar, maar we komen met veel eigen inbreng. We zijn immers zelf ook componisten. Dat is wel het verschil tussen coverbands en een project als Forever Young. We hoeven hier ook niet voor te repeteren. Thuis lopen we de setlist even door en dan gaan we gewoon het podium op. Er hangt dus ook een bepaalde losheid omheen, alsof we nog steeds in ons eerste bandje op de middelbare school zitten.

Hoe lang doen jullie dit al?
Al wel twintig jaar lang, denken we, maar het klinkt toch nooit routineus. Met het repertoire van Neil Young kun je ook wel even blijven afwisselen natuurlijk, maar met name het soleren zorgt ervoor dat het iedere keer weer anders is. Zo’n solo is echt een verhaal, waarvan het verloop afhangt van de sfeer, het publiek, de band en van de inspiratie… Het is net als met schaken: je kunt wel iedere spel beginnen met dezelfde twee zetten maar daarna is het spel iedere keer totaal anders. Zo blijft het ook leuk.

Als wij burgemeester van Delft waren…
…zouden we ons inzetten voor meer live muziek in de stad. En we willen ook weleens een lintje trouwens, zolang het lintje maar zo groot is dat-ie om ons beiden heen past, als een soort medaille, ha ha!