Johan Sosef met zijn racefiets en barbell (foto: Guy van Rijn)
Johan Sosef met zijn racefiets en barbell (foto: Guy van Rijn)

Hoe gaat het met Johan Sosef?

sport Hoe is het nu met?

Voor Johan Sosef (61) is sport zijn leven en zijn leven bestaat uit sport. Hij begon ooit met hockey bij Ringpass in Delft maar hij heeft later veel meer andere sporten beoefend. Samen met zijn vrouw heeft hij een sportschool opgericht en daar is hij nog steeds bij betrokken.

Door Guy van Rijn

Hoe ziet jouw sportcarrière eruit?
Ik begon ooit bij Ringpass met hockeyen toen ik tien of elf was. Daar heb ik alle jeugdteams doorlopen; C1, B1, A1… en ik heb zelfs in de selectie gespeeld. Ik was echter nooit een vaste basisspeler omdat ik tegelijkertijd ook met veel andere sporten bezig was. Ik kon goed tennissen, hardlopen, wielrennen, volleyballen en hockeyen. Ik liep hard bij De Koplopers in Delft en ik fietste bij RTFC Delft.
Later ben ik de academie voor lichamelijke opvoeding gaan doen en ben ik gymleraar geworden. Ik heb lesgegeven bij Het Kompas in Delft; een school voor speciaal onderwijs. Ongeveer tweeëndertig jaar geleden ben ik samen met mijn vrouw Jolanda de Viergang fitness in Pijnacker begonnen. André Remmerswaal was de eigenaar van het squashgedeelte en het restaurant in de Viergang. Met de nieuwbouw aan de Viergang in 2007 hebben we ons bedrijf samengevoegd met dat van André. Frank van der Meer is toen ook mede-eigenaar geworden van het sportcentrum.
Mijn kindertijd stond eigenlijk meer in het teken van de horeca. Mijn moeder had samen met mijn stiefvader Café De Nieuwe Prins in Delft. Ik heb ook veel in dat café gewerkt en het gastheerschap vond ik heel leuk. Ik wist echter al vrij snel dat ik niet veel had met de horeca en dat ik meer van sport houd. In de horeca heb ik geleerd om gastheer te zijn en dat ben ik later gaan gebruiken in mijn sportcarrière; bijvoorbeeld bij de Viergang.

Wat zijn de mooiste herinneringen uit jouw carrière?
In de overgangsklasse spelen bij Ringpass was een mooie tijd. Je hebt de hoofdklasse en overgangsklasse. Zonder het echt in de gaten te hebben speel je in de overgangsklasse eigenlijk best hoog. Verder heb ik ook mooie herinneringen aan marathonlopen. Ik liep de Marathon Rotterdam in 2 uur en 50 minuten en de halve marathon in 1 uur en 13 minuten. Toen ik rond de vijfentwintig was waren dat best mooie tijden. Ik ben eigenlijk meer van de duursport dan van de explosieve sport.
Ook aan het wielrennen heb ik mooie herinneringen. De NK ploegentijdritten waar ik aan heb meegedaan waren ontzettend mooi. Verder heb ik mooie herinneringen aan de Westlandse criteriums. Die wedstrijden zijn meestal drukbezocht en dan heb je wel het gevoel dat het iets betekent.

Wat doe je tegenwoordig?
Ik doe geen wedstrijden meer maar ik fiets nog wel elk jaar voor de Alpe d’HuZes met mensen van de Viergang. Dat is een fietsactie voor het goede doel waarbij de opbrengst naar KWF Kankerbestrijding gaat. Ik geef ook nog spinninglessen, bodypump, fitnessbegeleiding en Synrgy. Verder ben ik nog een paar uurtjes per week personal trainer en masseur.
Ik kan eigenlijk nauwelijks twee tellen stilzitten. Sport heeft mij geholpen om mijn energie ergens in kwijt te kunnen. Als ik gesport heb dan kan ik mij daarna wél een paar uurtjes concentreren op iets. Mijn idee van rust is niet op de bank zitten met een boek maar bijvoorbeeld tuinieren. Ik wandel ook graag in mijn vrije tijd waarbij ik dan soms tussendoor een bakkie doe bij Café du Midi in Delfgauw. Wat voor andere misschien als inspanning geldt, dat is voor mij ontspanning.