Mevrouw Van Beem staat ondanks de regen klaar om met haar scootmobiel op pad te gaan, haar mandje volgeladen met spullen voor deze tocht.
Mevrouw Van Beem staat ondanks de regen klaar om met haar scootmobiel op pad te gaan, haar mandje volgeladen met spullen voor deze tocht.

Het is elke dag iets stiller in sluitlocatie Abtswoude, maar personeel en bewoners maken er het beste van

Algemeen

DELFT – De zomer is losgebarsten, maar er gebeurt genoeg. Verhalen liggen voor het oprapen, alleen moet je er wel naar op zoek – en jezelf uitnodigen. Dus gaat Delft op Zondag deze zomer voor de rubriek 'onverwacht bezoek' onverwacht op bezoek. Deze week deel 4: Woonzorgcentrum Abtswoude.

Door: Jesper Neeleman

Jarenlang genoten zo'n 170 ouderen hier van hun oude dag, maar de meeste zijn al vertrokken. "We zijn een sluitlocatie. Ik weet niet of dit de juiste plek is voor je verhaal", zegt de receptioniste. In Abtswoude zijn namelijk nog maar 40 inwoners over. Mondjesmaat verhuizen ze naar andere locaties. De ooit zo levendige kantine is donderdagmiddag uitgestorven. Als we eindelijk een man aantreffen, verdwijnt hij al gauw in een RegioTaxi. Hij gaat samen met een vrijwilliger een nieuwe woning in Pijnacker bekijken. Tegelijkertijd maakt zich zorgen of hij z'n rolstoel wel kan behouden. Dus zit hij niet zo op vragen te wachten.
Hij is niet de enige inwoner die zich zorgen maakt, vertelt een 61-jarige medewerkster, die niet met haar naam in de krant wil. "De 105-jarige mevrouw Stalman, de oudste Delftse, woont hier momenteel nog. En er zijn momenteel meer inwoners van rond de 100 jaar die moeten verhuizen. Het merendeel is 90 plus. Die wil je niet verhuizen, maar vanwege het beleid van staatssecretaris Van Rijn moét het helaas wel."
Ze werkt al vanaf haar achttiende in de zorg. Veel veranderde sindsdien. "Maar ik doe dit werk nog met even veel plezier als toen. Het geeft geweldig veel voldoening." Ze helpt inwoners van Abtswoude met de 'ADL'. Dat staat voor 'algemene dagelijks levensbehoefte', leren we. "Dus aankleden, wassen, dat soort dingen. Geweldig om te doen. Soms bedanken ze me wel tien keer. Dan denk ik: Waarom? Je hebt er recht op."

'WAT VAN RIJN WIL, GAAT NIET'

Vroeger was haar werk enerzijds wel zwaarder. Liften om bewoners uit hun bed te tillen, bestonden nog niet. "Maar we kregen ze met een beetje girl power altijd uit bed, ook als ze 120 kilo wogen. Nu hoef je alleen nog op een knopje te drukken." Techniek doet de rest. Wel is het zo dat 65-jarigen vroeger, zo'n veertig jaar geleden, zonder moeite een woning in een bejaardenhuis konden krijgen. Het was een soort logisch vervolg op een werkzaam leven. "Bewoners reden toentertijd nog gewoon auto, ze gingen op vakantie naar Spanje." Tegenwoordig moeten 'we' zo lang mogelijk thuis blijven wonen. "Ik zeg weleens: 'Je mag hier alleen nog wonen als je beide benen mist', zegt een andere medewerker, die aan de leestafel is aangeschoven. "Je moet echt slecht zijn", vervolgt de 61-jarige medewerkster. "Maar wat Van Rijn wil, gaat niet. Kan en wil iemand zelfstandig wonen? Prima. Maar soms gaat dat gewoon echt niet."

HET WORDT ELKE DAG STILLER

Inwoners van Abtswoude krijgen in elk geval allemaal een nieuwe plek in een ander woonzorgcentrum. Zodra daar een plekje vrijkomt, kan er weer één verhuizen uit Abtswoude. Ook personeel kan en gaat elders aan de slag. In Abtswoude wordt het zodoende elke dag stiller. De laatste bewoners en personeelsleden proberen er het beste van te maken. Om het nog zo gezellig mogelijk te houden, worden extra activiteiten georganiseerd. Met bingo, of muziek. Afgelopen woensdag een pannenkoekenmiddag. Mevrouw Van Beem heeft er drie op. Met spek. "Héérlijk waren ze. Ik heb m'n vingers erbij opgegeten", zegt de 94-jarige Delftse. Ze laat een hand met vier vingers zien. Er wordt gelachen. Van Beem kijkt tevreden voor zich uit. "Je moet minstens één keer per dag lachen", vindt ze. Ze woont hier al vijftien jaar. "Met veel plezier. Ik heb een mooie kamer en prachtig balkon, vol planten. Schitterend." Ze mag misschien verhuizen naar Die Buytenweye, maar er zijn nog drie wachtenden voor haar. Ze zal Abtswoude wel missen, verwacht ze. "Ik woon hier heerlijk." Ze heeft beide benen nog, maar rijdt in een scootmobiel. "Ik ben 94 jaar en een ouwe trut, maar ik ben net Mien Dobbelsteen. Ik wil en kan alles nog zelf. Ik zeg altijd: Wat je zelf kan, moet je zelf doen." Van Rijn zou trots op haar zijn.

'IK BEN EEN ZWERVER'

Mevrouw Van Beem zit klaar om op stap te gaan. "Want ik ben een zwerver. Ik rij overal heen." Straks gaat ze naar de Hoven. Gratis koffie drinken bij de Jumbo. Met Turkse vrouwen, die zeven zakjes suiker in hun koffie doen. Ze heeft boterhammen bij zich. De regen daalt ondertussen nog onophoudelijk over de stad neer. "Zou je niet wachten tot het droog is?", vraag de medewerkster van Abtswoude haar. "Meid, dat maakt niet uit", antwoordt Van Beem, en ze grist in haar volle mandje. "Ik heb een poncho."