Nog langer onzekerheid voor naaktrecreanten Delftse Hout

Algemeen

De Hoge Raad heeft vandaag uitspraak gedaan in de zaak over naaktrecreatie in de Delftse Hout. Voornaamste conclusie is dat het Hof de zaak opnieuw moet beoordelen. De NFN, de belangenorganisatie voor naaktrecreatie, vindt het spijtig dat de recreanten nu nog langer in onzekerheid moeten zitten.

NFN blijft van mening dat het strand in de Delftse Hout geschikt is voor naaktrecreatie. In de uitspraak van het hoger beroep in 2014 stelde de rechter dat naaktrecreatie alleen strafbaar is wanneer dit gebeurt op een plek die 'evident niet geschikt' is om bloot te zonnen en wanneer objectief oordelende en redelijk denkende mensen hierover niet van mening kunnen verschillen. Daarom sprak de rechter in juli 2014 de acht naaktrecreanten vrij van hun eerdere veroordeling. De Hoge Raad stelt nu dat de wet niet spreekt van 'evidente' geschiktheid. Volgens de Hoge Raad heeft het Hof de wet te beperkt toegepast en daarom moet het proces over.

De betrokken naaktrecreanten blijven voorlopig dus in het ongewisse. NFN houdt echter houdt hoop op een gunstige uitspraak over de vraag in hoeverre een recreant zelf de afweging kan maken of een plek – die niet officieel is aangewezen als naaktstrand – geschikt is voor naaktrecreatie. En of een burgemeester of gemeente dat zomaar kan veranderen.

Inmiddels waren belangenorganisatie NFN en de Gemeente Delft al tot overeenstemming gekomen dat iedereen, ook de naaktrecreanten, met plezier in de Delftse Hout kunnen recreëren. NFN streeft ernaar dat dit voorlopig zo blijft en gaat in gesprek met de gemeente.  

Waar ging het ook alweer over?
In 2013 stelde de Gemeente Delft een verbod op naaktrecreatie in voor de Delftse Hout, een recreatiegebied waar al ruim 30 jaar bloot van de zon werd genoten. De gemeente vond het naaktstrand van de een op andere dag niet langer geschikt.

De zaak kwam in januari 2014 voor de kantonrechter, waar het merendeel van de beboete naaktrecreanten werd vrijgesproken. De rechter gaf in het vonnis echter een aanvullend criterium voor naaktrecreatie in de Delftse Hout: alleen bij minder dan 150 geklede bezoekers zou de locatie geschikt zijn voor naaktrecreatie. Acht recreanten hadden bloot in de zon gelegen op drukke dagen, en dus bleef hun boete staan.

NFN liet het er niet bij zitten en nam mr. Spong in de arm om de overgebleven acht zaken in hoger beroep aan te vechten. De advocaat baseerde zijn pleidooi op het nauwelijks veranderde strand, het oneigenlijke gebruik van de wet en op het feit dat het niet aan de rechter is om extra regels vast te stellen. Vrijspraak volgde, waarbij de  rechter in de uitspraak de woorden 'evident ongeschikt' gebruikte.

Maar de wet zegt niet dat een plek 'evident' ongeschikt moet zijn, slechts dat naaktrecreatie niet is toegestaan op ongeschikte plekken. De Hoge Raad wil daarom dat het hof de zaak opnieuw beoordeelt.