Rens ter Veen gooit zijn koning voorlopig nog niet om

DELFT – De één vindt het een sport, de ander niet echt. Voor Rens ter Veen, de voorzitter van de Delftse Christelijke SchaakVereniging, is schaken meer dan dat. Hij speelt al schaak vanaf zijn zesde en hij heeft zijn laatste partij voorlopig nog niet gespeeld.

Vroeger, toen er nog geen computers en televisietoestellen waren, was schaken nog een populair tijdverdrijf voor jong en oud. De jongeren lijken inmiddels andere interesses te hebben gekregen, merkt Ter Veen. Dit is ook te merken in het ledenbestand. Van de 24 leden die de vereniging telt, mogen nog maar drie schakers zich tot de junioren rekenen. “Het spel is onder de jeugd minder populair geworden, omdat er voor hen nu veel meer aanbod is”, verklaart Ter Veen de teruglopende interesse. “Je ziet bij alle schaakverenigingen dat de ledenaantallen van de jeugd teruglopen.” 

Zijn vader leerde hem al op jonge leeftijd schaken. Rens ter Veen, zijn vader en zijn twee broers speelden heel wat onderlinge toernooien, totdat pa Ter Veen het niveau van zijn zoons niet meer bij kon benen en er daardoor wat minder zin in kreeg. Volgens de 56-jarige voorzitter hoef je niet per se op jonge leeftijd te beginnen om goed te worden. “Als je er talent voor hebt kun je ook als je op latere leeftijd begint nog ver komen”, weet hij. Hij denkt nog even na en komt dan met een waslijst aan nationale en internationale toppers. “Die zijn allemaal al vroeg begonnen. Je moet er namelijk wl echt veel voor doen om de top te halen. Je moet openingen leren, alle varianten kennen. Al die grootmeesters hebben heel wat bagage in hun hersens.”

Een stukje ontspanning
Hij wil zichzelf geen goede schaker noemen. “Ik ben een redelijke schaker”, zegt hij bescheiden. Toch speelt hij gemiddeld twee keer per jaar een partij simultaanschaken. Hij neemt het dan op tegen meer tegenstanders tegelijk, van wie hij het merendeel verslaat. 

Over het antwoord op de vraag of schaken wel echt een sport is, moet Rens ter Veen even nadenken. Dat doet hij op de voor hem kenmerkende manier, met zijn ogen dichtgeknepen. Dan zegt hij: “Qua strategie en tactiek heeft het natuurlijk een bepaalde spelvorm. En het is de sport om de ander mat te zetten.” Verder is het voor hem ook vooral een stukje ontspanning, want als hij aan het schaken is, denkt hij even aan niets anders. Hij zou het, zegt hij, dan ook de hele dag kunnen doen. “Wat de één met voetbal heeft, heeft een ander met schaken”, antwoordt hij op de vraag wat hij nou zo leuk aan schaken vindt. Maar wat maakt het spel zo interessant? “Ik weet niet beter dan dat ik het doe en dat ik er plezier in heb. Ja, het is ook goed voor de geest, het houdt je scherp.” Hij kan zich niet voorstellen dat hij zijn schaakbord met bijbehorende stukken de prullenmand ingooit. Nee, zo lang zijn geest het nog aankan, zal hij altijd blijven schaken. 

Op vrijdag 29 februari komt hij zelf weer in actie, als zijn vereniging het Schrikkelschaaktoernooi organiseert. Er wordt dan vanaf 20.00 uur in de Hofkerk aan de Cort van der Lindenstraat 1 om verschillende titels gestreden. Deelname is gratis en staat open voor huisschakers en clubschakers met een maximale speelsterkte van tweede klasse HSB. Ter Veen hoopt op flink wat belangstelling voor dit bijzondere toernooi, want het zou zonde zijn als zo’n mooi spel straks nog maar door een enkeling wordt gespeeld. (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12
info@delftopzondag.nl