Afbeelding

Fracties delen zorgen woningcrisis in debat over de Woonvisie 2023 - 2028

Algemeen

DELFT - In de commissie Sociaal Domein en Wonen is afgelopen donderdag uitvoerig gedebatteerd over het voorstel ‘Goed wonen in Delft, Woonvisie 2023 – 2028’. In deze woonvisie staat hoe de gemeente werkt aan goed wonen. 

Door Cheyenne Toetenel

De nieuwe woonvisie kwam in overleg met de stad tot stand. Ook tijdens de commissievergadering kwamen diverse inwoners aan het woord. Maaike Gosselaar, bestuurslid van Stichting Herontwikkeling tot Studentenhuisvesting Delft, benadrukte het belang van het herontwikkelen van leegstaand vastgoed tot studentenwoningen. In haar betoog riep ze op tot samenwerking om het kamertekort aan te pakken en zorgen over tijdelijke projecten te adresseren. Gosselaar vroeg de gemeente specifiek: “Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat die 3500 extra studentenwoningen uit de woonvisie er ook echt gaan komen?” De stichting hoopt dat dat ook onzelfstandige woningen worden waar studenten gemeenschappelijk kunnen wonen en leven. Daniël de Graaf sprak namens de VerenigingsRaad Delft dezelfde wens uit. “Voor een student is het samenwonen met huisgenoten heel belangrijk. Allereerst voor zijn eigen vorming, maar ook voor de mentale gezondheid en de ruimte-efficiëntie.” Maurits Bongers van vakbond FNV onderstreepte het recht op betaalbare woningen voor alle Delftenaren en drong aan op actie tegen de lange wachttijden. Hij benadrukte de noodzaak om meer sociale huurwoningen te bouwen en te investeren in isolatie voor een duurzaam leefklimaat. Michiel Brouwer sprak namens Collectief wonen Delft en was ontevreden dat collectieve woonvormen in de woonvisie alleen zijn terug te vinden in de paragraaf over kwetsbare groepen. Volgens Brouwer kunnen collectieve woonvormen de komende jaren namelijk bijdragen aan het beter benutten van de beschikbare en toekomstige woonruimte. De inspreker stelde dat de behoefte aan collectief wonen in Delft groot is, niet alleen onder kwetsbaren. Herman de Groot pleitte namens de werkgroep ‘Voor een zorgvuldig en sociaal woningbeheer en Stichting Buurt- en Speeltuinwerk Geerweg’ voor het behoud van sociale huurwoningen voor de sociale markt. De liberalisering door eerst Vestia en nu Stedelink zorgt ervoor dat de sociale huurwoningen die vrijkomen voor een fiks hogere huur worden verhuurd als vrijesectorwoning. De Groot vindt dat de gemeente meer maatregelen moet nemen om de voorraad van sociale huurwoningen te beschermen.  

Commissie
Malou Janssen van de PvdA vroeg tijdens haar betoog aandacht voor verzorgingshuizen. “Het programma ‘Langer en Weer Thuis’ loopt, maar er is altijd een groep waarvoor thuis wonen echt niet meer gaat en een verzorgingshuis de enige optie is. Het is aan de gemeente om daar voldoende locaties voor te hebben.” Door Joost van der Sluis van de SP werd kritiek geuit op het gebrek aan betaalbare woningen. “Agenten, beginnende leraren, bouwvakkers, buschauffeurs... Deze mensen komen de stad niet meer in.” Hij pleitte voor 2000 extra sociale huurwoningen, een sloopverbod en een leegstandsverordening. Yvonne van Dijk-Koelewijn van de ChristenUnie benadrukte dat onzelfstandig wonen niet alleen voor studenten relevant is. “Ook starters en ouderen hebben die wens. Het voorkomt eenzaamheid.” Namens Hart voor Delft nam Sylvia Grobben het woord. Zij stelde vragen over de betaalbaarheid van sociale huurwoningen. “Het valt ons op dat er weinig woningen zijn met een huur onder de 600 euro. Waarom springen alle huren van opnieuw te verhuren woningen als een kangoeroe omhoog?” Ze vroeg ook om onderzoek naar nieuwe vormen van wonen tussen thuis en verpleeghuis. “Het oude ‘bejaardentehuis’ met een slaapkamer extra en gemeenschappelijke ontspanningsruimte. Met indien mogelijk een doorstroommogelijkheid naar verpleeghuis eraan gekoppeld. Dat is voor senioren prettig wonen.” Jorrit Treffers van Volt uitte bezorgdheid over de focus op dure koopwoningen. “Ik vind het bizar dat hierop wordt ingezet, terwijl we net een verkiezingsuitslag hebben gehad die aantoont dat kiezers het er onder andere niet mee eens zijn dat ze niet in een betaalbare woning kunnen omdat andere mensen voorrang krijgen. Als we nu heel weinig betaalbare woningen bouwen, hebben we over vier jaar dezelfde uitslag.” Machteld Neubauer van het CDA riep op tot meer ambitie voor gezinnen, betaalbare koop, en levensloopbestendige woningen voor senioren. Namens Onafhankelijk Delft drong Gerrit van Ree aan op een zwartboek voor schimmelwoningen en meer aandacht voor lagere en middeninkomens. Jeanique Romeijnders van GroenLinks plaatste vraagtekens bij de voorgestelde groei. “De woonvisie stelt voor 2000 woningen extra toe te voegen bovenop de geplande 15.000. GroenLinks vraagt zich af of deze groei wenselijk is. De beschikbare voorzieningen, cultuur en groen moeten niet alleen voldoen aan de huidige behoefte, maar ook aan de toekomstige vraag. Gezien de huidige uitdagingen om deze voorzieningen te onderhouden en verbeteren is het van belang om een gedegen afweging te maken.” Miranda Voogt van de VVD maakte zich zorgen over Delftenaren die gedwongen de stad verlaten en vroeg om keuzes voor middeldure huur en betaalbare koop. “41% van de nog te bouwen woningen is een studentenwoning. Dit terwijl aan middeldure woningen ook een groot tekort is.” Lisanne Fung Fen Chung van STIP riep op tot meer inspanningen voor 3500 studentenwoningen en benadrukte de noodzaak van efficiënt gebruik van voorraden. Minke van Velzen van D66 pleitte voor focus op doorstroming, woningen voor ouderen en creatieve oplossingen in een beperkte ruimte.

Wethouder
Wethouder Karin Schrederhof van Wonen ging uitgebreid in op de inbreng van de fracties. Ze erkende dat het thema collectief wonen in de woonvisie te kort is gedaan. Ook zei ze de oproep uit de commissie gehoord te hebben om eerder dan in 2025 te starten met een onderzoek naar leegstand in Delft. De wethouder benadrukte dat ze de verhouding zelfstandig/onzelfstandig in evenwicht wil houden. De wethouder verzekerde de commissie bovendien dat bij de groei van de stad ook de leefbaarheid en een groeiend aantal voorzieningen de aandacht hebben.