Foto: Koos Bommelé
Foto: Koos Bommelé

Delftse politici waarschuwen voor ‘financieel ravijnjaar’

Algemeen

DELFT - In de vergadering van de commissie Algemeen hebben de Delftse fracties gedebatteerd over de financiële taken, plannen en ambities van het college in de programmabegroting 2024-2027. De begroting, gericht op het versterken van de stad en het realiseren van ambitieuze doelen, laat ruimte voor stevige investeringen in de komende jaren, terwijl het ‘ravijnjaar’ 2026 over de schouders van de raad hangt als een financiële zorg.

De komende jaren is er financiële ruimte om stevig te investeren. Hiermee zet het college zich samen met de stad in voor kansengelijkheid, ruimte voor wonen, gezondheid en veiligheid. Het zet zich ook in voor duurzaamheid, de economische kracht van de stad en een bruisend Delft. Extra aandacht is er voor drie noodzakelijke opgaven in Delft: Delft-West, Innovatiedistrict Delft en de energietransitie.

Coalitiepartijen
STIP prees de begroting en benadrukte de tevredenheid over investeringen in de stad. De fractie uitte wel zorgen over betaalbare bedrijfsruimte en de lokale cultuursector. STIP drong aan op voortzetting van duurzaamheidsinspanningen.
D66 legde de nadruk op onderwijs, het schoolontbijt, museum Prinsenhof en stedelijke vergroening. De fractie sprak enige teleurstelling uit over de vertraging van de herinrichting van de Gasthuisplaats en benadrukte de behoefte aan voortdurende betrokkenheid van de raad bij het Delftse slavernijverleden. D66 overweegt verder of extra financiële steun nodig is voor de reactie van het college op het Delftse slavernijverleden-onderzoek.
GroenLinks toonde enthousiasme over de begroting en benadrukte het belang van groene en sociale stadsplanning. GroenLinks wil de leges voor gehandicaptenparkeren halveren en dringt aan op aandacht voor vrouwen in armoede in Delft West. Ze juichen de activiteiten in de stad met betrekking tot het slavernijverleden toe en kijken uit naar het integrale huisvestingsplan voor cultuur. GroenLinks pleitte voor samenwerking met het Innovatiedistrict Delft, ook met betrokkenheid van het mbo en hbo.
De PvdA was tevreden over de investeringsplannen in de begroting. De fractie pleitte wel voor een versterkte armoedebestrijding en sociale energietransitie. De partij riep op tot meer watertappunten in de openbare ruimte en kijkt uit naar de voortzetting van de dialoog over het slavernijverleden.
De ChristenUnie toonde tevredenheid over de begroting en benadrukte het belang van actiegerichte plannen. De fractie pleitte voor meer veiligheid en toegankelijkheid voor voetgangers en fietsers, verbeteringen in het openbaar vervoer, en investeringen in sociale armoedebestrijding. De ChristenUnie overweegt moties over deze kwesties, evenals het verlengen van de energiesteun en financiële duidelijkheid voor de kunst- en cultuursector.

Oppositiepartijen
Hart voor Delft benadrukte de stijgende rioolbelasting en de verhoogde OZB-tarieven als zorgen voor de inwoners. De partij kondigde vervolgens aan de komende raadsvergadering zeven moties en drie amendementen in te dienen. De moties omvatten kwesties als kinderspeelplaatsen, transparantie in inkoopbeleid, bejaardenhuizen en betaalbaar openbaar vervoer.
De VVD-fractie sprak uit bepaalde onderdelen in de begroting te missen die door de oppositiepartijen via hun vijfpuntenplan dit voorjaar bij de kadernota werden ingediend, evenals het gebrek aan lastenverlichting voor inwoners. De VVD overwoog amendementen met betrekking tot de OZB-tarieven en vroeg om meer transparantie in de gemeentelijke uitgaven. De VVD bracht ook kwesties zoals de parkeertransitie, een buitenzwembad en schonere straten ter sprake. Voogt sprak verder over een motie om 70 procent van de sociale huurwoningen toe te wijzen aan de reguliere woningzoekenden in Delft.
In tegenstelling tot de coalitiepartijen gaf de SP aan het een ‘slechte begroting’ te vinden. De fractie uitte zorgen over financiële toewijzingen aan projecten zoals het Innovatiedistrict Delft en het Innovation Quarter. Ze pleitten voor meer aandacht voor wijken buiten het stadscentrum en stelden voor een tramlijn op de Beatrixlaan aan te leggen in plaats van een brug over de Schie. Hun voorgestelde moties behandelen kunstmatige intelligentie en de financiering van de zorg door de gemeente vanaf 2026.
Het CDA drong aan op aandacht voor stijl- en spelfouten in de begroting. De fractie pleitte voor een grotere rol van de raad in de begroting en stelde voor om een Motiemarkt in te voeren om bewoners de kans te geven hun ideeën te presenteren. CDA wil dat de aandacht niet alleen naar Delft West gaat, maar ook naar andere delen van de stad. “Want Delft is groter dan Delft West.” De moties die de partij overweegt behandelen onder andere parkeren in de binnenstad en toegankelijke stoepen en straten.
Onafhankelijk Delft uitte zorgen over kwesties zoals blauwalg, het gebrek aan openbare toiletten en het ontbreken van een zwembad in de stad. De fractie drong aan op actie om deze problemen aan te pakken en kondigde diverse moties aan, waaronder de oprichting van een inlooploket voor senioren om hen te helpen met digitale vragen, het verbeteren van de diervriendelijkheid van de grachten en het creëren van toegankelijke openbare toiletten.
Volt toonde over het algemeen tevredenheid met de begroting en de nadruk op eerlijkheid en duurzaamheid. Ze drongen aan op internationaal beleid en het betrekken van bedrijven bij stedelijke verantwoordelijkheid. Volt pleitte voor klimaatneutraal bouwen en democratische vernieuwing. De partij overweegt moties over deze kwesties en het organiseren van een burgerberaad om de uitbreiding van de autoluwe binnenstad te bespreken.

Ravijnjaar
Een terugkerend onderwerp vinden we tijdens het debat bij de financiële zorgen die heersen vanaf 2026. De gemeentekas wordt voornamelijk gevuld met middelen van het Rijk. Het jaar 2026 wordt genoemd als een potentiële financiële crisis voor gemeenten, aangezien ze geconfronteerd worden met een overgang van het oude bekostigingssysteem naar een nieuw systeem dat in 2027 van kracht zal zijn. Diverse partijen riepen op tot het sturen van een brandbrief naar de landelijke politiek over de financiële situatie van Delft vanaf 2026. Wat andere fracties betreft zou het college ‘slecht-weer-scenario’s’ moeten opstellen die rekening houden met de veel lagere bijdrage van het Rijk. Wethouder Martina Huijsmans deelde de zorgen over de financiële situatie na 2026, maar wees op een bedrag van 2,3 miljard dat door de regering beschikbaar wordt gesteld voor gemeenten in 2026. Dit bedrag zou kunnen helpen om de financiële uitdagingen enigszins te verzachten. De wethouder waarschuwde echter dat een brandbrief naar de Tweede Kamer waarschijnlijk niet het gewenste effect zou hebben, gezien de vele vergelijkbare verzoeken van andere gemeenten.

De gemeenteraad zal op 9 november de discussie voortzetten en de programmabegroting behandelen. Tijdens deze vergadering zullen de partijen de kans hebben om hun eigen accenten te leggen op de financiële plannen van het college.