Afbeelding

Anthon Sijsling wenst DVC het beste, maar kan het zelf niet meer opbrengen

sport

Editie: Week 8, Jaargang 23 |

Anthon Sijsling miste bij DVC het venijn om bij de bal te komen, wat bij zijn hond wel terugziet. (foto: Roel van Dorsten)

DELFT – DVC zal het de rest van het seizoen moeten doen zonder Anthon Sijsling. De sterkhouder  leverde twee weken geleden, na zijn rode kaart tijdens de 1-4 nederlaag tegen de amateurs van Sparta, zijn tas in.

Het besluit van de middenvelder kwam niet uit de lucht vallen. “Laat ik voorop stellen dat op de club niets aan te merken valt, alles wordt voor ons tot in de puntjes toe geregeld.” Over met name de instelling van zijn medespelers is Sijsling een stuk minder te spreken. “Wat dat aangaat heeft het meer weg van een vriendengroep: jongens die normaal gesproken een derde elftal vormen. Dat gezelligheidsaspect is er zeker, maar als ik naar de trainingsopkomst kijk, word ik daar niet vrolijk van.”

'IK DEELDE EVEN EEN KEEKIE UIT'
De directe aanleiding om zijn tas in te leveren zag Sijsling in een incident in de thuiswedstrijd tegen Sparta. “We werden als makke lammetjes naar de slachtbank geleid. Die jongens kunnen gewoon goed voetballen en haalden het balletje even onder hun voeten door. Dat werd ik zat en daarom deelde ik even een 'keekie' uit. Ik kreeg meteen geel en protesteerde bij de scheidsrechter. Daarop werd ik weggestuurd. Terwijl ik het veld uitliep riep de trainer nog 'Heb je nou je zin?'. Na gedoucht te hebben, hoorde ik van mijn medespelers dat ik ze in de steek had gelaten. Daarop heb ik mijn spullen achtergelaten en gezegd dat ik ermee stop. Ik voetbalde ter ontspanning, maar op deze manier leidt het alleen maar tot frustraties.”

Die frustraties komen vooral op trainingsavonden naar boven. “Als je ziet met wat voor gemak er wordt afgebeld vanwege lichtjesavond of een verjaardag, als de moeite van het afbellen al wordt genomen. In mijn eerdere periode bij DVC, maar ook in mijn tijd bij DSVP en Wippolder was dat  ondenkbaar. Als je bij de jongens die wel komen al hoort wat een gezucht en gesteun er bij een sprintoefening komt kijken, vraag je je weleens af waar je het voor doet.”

Dat terwijl Sijsling eigenlijk voor aanvang van het afgelopen seizoen de club wilde verlaten om af te bouwen bij 'zijn' Wippolder. “Maar er dreigde een leegloop en dat vond ik jammer voor de mensen die er altijd voor zorgen dat alles tot in de puntjes is geregeld. Daarom heb ik met jongens gesproken en me sterk gemaakt om nieuwe spelers naar de club te halen. Daarmee redden we het voortbestaan van het eerste elftal, maar achteraf bleken het vooral spelers voor de opvulling te zijn, geen jongens met bovengemiddeld veel kwaliteit.”

'IK VIND HET KNAP DAT DE STAF HET KAN OPBRENGEN'
Sijsling neemt zijn trainer, René Koetsenruyter, niets kwalijk. Sterker nog: “Ik vind het knap dat de staf het elke keer weer kan opbrengen om twee keer in de week een training voor te bereiden en er zaterdag weer tegenaan te gaan.” Ook wat betreft het selectiebeleid ziet hij weinig andere mogelijkheden. “De groep spelers die de eerste weken niet aan spelen is toegekomen, is weggebleven. Daardoor wordt er voor een groep spelers gekozen, die weinig concurrentie meer voelt en veel makkelijker een training afzegt. Het straffen van spelers die niet twee keer zijn komen trainen door ze ernaast te zetten is ook geen optie, want vaak komen er niet meer dan zeven jongens opdagen.”

Sijsling keert niet terug bij DVC, maar is nu aan het onderzoeken bij welke club hij met zijn vrienden een bierelftal wil stichten. “Ik hoop dat de doelstellingen bij deze club, meedoen in het linkerrijtje en uiteindelijk promoveren in de komende jaren met eigen jeugd of jongens van buitenaf bewerkstelligd kan worden, want dat verdienen de vrijwilligers zeker.”

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12