Afbeelding
Foto: Tiemen vd Reijken

Dubbel Delft 2/9

Algemeen Dubbel Delft

DELFT - Een beetje stad had natuurlijk een eigen gasfabriek. Niet meer afhankelijk van een buurgemeente, Rusland of andere zakkenvullers. In maart 1853 benoemde de Delftse Gemeenteraad een commissie die moest onderzoeken of het haalbaar was om een eigen gasfabriek op te richten. Voor het luttele bedrag - nu - van 150.000 gulden werd in, na een positief advies van deze commissie, besloten tot de bouw van een eigen gasfabriek. De locatie was wat we nu kennen als het gebied tussen ruwweg theater de Veste en de Schie. Al in november van 1955 werden de eerste 331 olielantaarns in de stad vervangen door gaslantaarns. De oliepitten moesten hiervoor worden omgewisseld door gasbranders; vervelende bijkomstigheid was wel dat deze lantaarns via een ladder elke dag moesten worden aangestoken. Dat deed de lantaarnopsteker of lantaarnaansteker; eerst met behulp van een ladder, later met behulp van een lange stok. Op 5 december 1855 werd de gasfabriek aan de Asvest volledig opgeleverd en werden de eerste particulieren via een gasmeter aangesloten op de fabriek. De directeur van de gasfabriek had hele andere arbeidsvoorwaarden dan we nu kennen: in zijn contract stond dat hij de stad niet langer dan 24 uur mocht verlaten en altijd aanwezig moest zijn als het werk daarom vroeg. Dat is nu wel anders. Wel kreeg hij hiervoor een jaarsalaris van 1000 gulden, vrij wonen en gratis gebruik van cokes en gas. In 1955 vierde de gasfabriek haar honderd jarig bestaan, waarbij men verwachtte tot in lengte van jaren gas te kunnen blijven leveren. Deze blik op de toekomst werd in de jaren zestig achterhaald: door de winning van aardgas kwam de noodzaak van de gasfabriek te vervallen. Ook de wens om een brug te bouwen richting de TU-wijk was levensgroot. Uiteindelijk werd de fabriek en bijbehorende opstallen gesloopt. Ook de huizen rond de gasfabriek en de Sebastiaansbrug kwamen onder de slopershamer terecht. Jaren later besloot de gemeenteraad theater ‘Stads Doelen’ te slopen en een nieuw theater te bouwen waar eens de gasfabriek had gestaan. Het gas-, elektriciteit- en waterbedrijf werd in de loop der jaren omgevormd tot Energie Delfland, niet aan de Asvest, maar aan de modernere Energieweg. Om jaren later ‘vermarkt’ te worden aan de grotere energiebedrijven.

Afbeelding