Schrijvers over Delft: literair wandelen door de stad

Algemeen

DELFT – Delft is in de Nederlandse literatuur vaak beschreven. Wie wil weten door wie en op welke manier schrijvers de stad een rol lieten spelen in hun werk moet beslist één van de acht literaire routes lopen.

De Delftse schrijver Jan van der Mast liep deze week, samen met de verslaggever van Delft op Zondag, één van de acht routes. Hij heeft route acht uit de serie boekjes ‘Schrijvers over Delft’ uitgekozen. “Van de ruim 150 schrijvers in de serie heeft éénderde ook voor korte of langere tijd in Delft gewoond en gewerkt. Over die laatste groep gaat deze route”, zo leert het boekje. Van der Mast vertelt voor deze speciale gelegenheid van alles over Delftse schrijvers uit heden en verleden, loopt langs geboortehuizen van bekende schrijvers, maar leest ook voor uit literair werk waar Delft in voorkomt.
We hebben afgesproken op de Markt, bij het standbeeld van jurist en schrijver Hugo de Groot. Bekend van zijn ontsnapping met de boekenkist. Maar De Groot was natuurlijk vooral schrijver en rechtsgeleerde en geen Harry Houdini. Ook Ida Gerhardt, die tijdens de Tweede Wereldoorlog korte tijd in Delft woonde, heeft een plekje in deze literaire route. Het carillon van de Nieuwe Kerk inspireerde deze dichteres tot het gedicht ‘Het Carillon’. Terwijl Van der Mast het gedicht voorleest, begint het carillon te spelen. Alsof Gerhardt, zittend ergens hoog op een wolk, zit mee te luisteren… ”Dat is toch wel toevállig, zeg”, merkt hij op. Op de Markt staan we stil bij de in de Wippolder geboren Anna Enquist. In haar verhaal ‘Daer een seigneur zijn handen wast’ laat ze de dichteres Helena Lievaert in Delft verzeild raken. Maar de dichteres vindt Delft maar niks. Ze noemt het zelfs een verschrikkelijk enge stad.

Meest Delftse Delftenaar
Op de Oude Langendijk 25, op de hoek van de Jacob Gerritstraat, staat Van der Mast plots stil. Hij wijst naar boven. “Kijk, niemand ziet het, maar daar kun je een gedicht van de dichter Poot, die hier ook woonde, lezen. Hij declameert en passant de beroemdste woorden over Hubert Kornelisz. Poot, toen hij in zijn graf lag. “Hier ligt Poot, hij is dood.”
Ook de Kromstraat, althans het voormalige Filmhuis dat er ooit zat, wordt in de literatuur beschreven en wel in het boek ‘Films, vaders en neuzen’, van de hand van Van der Mast zelf. Over de Oude Delft 57, nu residentie van studentenvereniging Sanctus Virgilius, is ook een verhaal te vertellen. Hier had Jeroen Brouwer tussen 1956 en 1959 een kamer. In zijn novelle ‘Zonder trommels en trompetten’ uit 1973 verhaalt Brouwers over zijn tijd in, zoals hij het noemt, het oordschap Delft. Hij debuteerde overigens in 1960 met De ring in het Delftse literaire blad Kentering. 

Via de Poppesteeg, de Westvest en de Smitsteeg keren we terug naar de Oude Delft waar op nummer 99 café De Klok, stamcafé voor schrijvers, acteurs, beeldend kunstenaars en muzikanten, is gevestigd. Café De Joffer in de Nieuwstraat is in de route verwerkt, omdat het café model stond voor café Tom, Dick en Harry’s’ in het boek ‘Nestspel’ van de in Delft geboren en getogen schrijfster Gerdy van der Stap. Op het Sint Agathaplein wordt gememoreerd aan de eerste Delftse stadsdichter Cornelius Musius. Daarna steken we over naar de Spoorsingel waar op nummer 46 het geboortehuis van Aart van der Leeuw stond. Even verderop, op nummer 93, woonde De Genestet , maar dat huis staat er niet meer. Dichter-priester Stalpaert van der Wiele heeft in Delft zelfs een eigen standbeeld. Het neemt een prominente plaats in op het Bagijnhof. Via de Oude Delft en de Kolk komen we uit op de Kantoorgracht. Hier woonde Wim Hazeu, in de woonboot Achterebbe. Op de Voorstraat doen we een prachtige ontdekking. Een gedenkplaat markeert het woon- en werkhuis van de meest Delftse Delftenaar, Dirk Coster. Via de Choorstraat en het Vrouwjuttenland, waar herinneringen worden opgehaald aan respectievelijk Jan Boerkoel en Niek Verhaagen, eindigt de route op de Markt met enkele citaten uit ‘Poëzie door een wereld door een poëzie’ van Arjan Duinker. Hij schrijft: “Vraag me waar mijn plaats is en ik zeg: Delft.” Dit was dus route acht. Er zijn dus nog zeven andere literaire routes te lopen. Dat smaakt naar meer. Maar niet vandaag. (MdW)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12