Oud-projectdirecteur Spoorzone laakt plotselinge plannen voor bevaarbare Phoenixgracht

Algemeen

Edith Bijleveld (links), hier gefotografeerd tijdens een Diner Pensant over de Spoorzone, wordt gezien als de kartrekker van de metamorfose in de Spoorzone. (foto: Koos Bommelé)

DELFT – De Phoenixgracht is niet goed bevaarbaar te maken. En als dit toekomstige water aan de Spoorsingel al diep genoeg gemaakt zou worden om vaarverkeer mogelijk te maken, dan kost dat tien tot twintig miljoen euro extra.

Dat zegt Edith Bijleveld, die van 1988 tot 2008 projectdirecteur was voor het Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone Delft. Bijleveld reageert hiermee op de talloze verhalen die recentelijk in de media verschenen. Daarin werd door verschillende Delftenaren om het hardst geroepen om het water aan de Spoorsingel bevaarbaar te maken. Voorstanders van dit sympathieke plan beweren dat het maar iets duurder zou worden en dat het bovendien technisch gezien prima uitvoerbaar is. Niets is echter minder waar, reageert Edith Bijleveld nu. Ze heeft zich bovendien verbaasd over het feit dat de roep om een bevaarbare Spoorsingel nu pas ontstaat. “In 2003 is het masterplan vastgesteld, in 2005 is er nog veel discussie geweest over de plek van het water en in 2006 is het bestemmingsplan goedgekeurd”, vertelt de oud-projectdirecteur. Iedereen kon bezwaar maken tegen het bestemmingsplan, maar niemand tekende protest aan tegen de diepte van de Phoenixgracht. Alle politieke partijen waren er toentertijd over in overleg. “En nooit is geroepen dat het water bevaarbaar moest zijn”, weet Edith Bijleveld. De afgelopen weken leek echter iedereen plotseling te willen dat er straks bootjes over de Spoorsingel varen. Het zou inderdaad het mooist zijn als dat water deel uitmaakt van het water van de Watertorengracht, vindt ook Bijleveld. “Maar dat is onmogelijk. Tussen de watertorengracht en de Spoorsingel zit een treintunnel met wanden van 24 meter diep. Daar kan je moeilijk onderdoor varen, dat is godsonmogelijk. Alleen als DSM weggaat kun je - op termijn - misschien een verbinding maken met het water aan ’t Haantje.” Tot dan blijft het een doodlopend water. “Maar geen eendenvijver, want het blijft door middel van het gemaal aan de Van Houtenstraat verbonden met andere wateren in Delft".

Deels op het dak
De Phoenixgracht kan dus bevaarbaar worden met omliggende wateren. Wat rest is een opzichzelfstaand grachtje, dat zo’n 80 centimeter diep wordt. Dit water kán simpelweg niet dieper worden, legt Bijleveld uit, omdat de toekomstige gracht deels op het dak van een parkeergarage komt. “Bij de Nieuwe Kerk zijn de kademuren zo’n twee meter hoog. Bij het Rietveld zijn ze twintig centimeter hoog, maar het water ligt overal op een gelijk niveau.” Dus ook het water aan de Spoorsingel. “Willen we dat het water hier dieper wordt, dan moeten we dus de Parkeergarage verlagen. Dat kost tien tot twintig miljoen euro extra, afhankelijk van hoe diep je het maakt. Dat ga je niet doen als je het plan haalbaar en betaalbaar wilt houden.” Bovendien: “We hebben in Delft gezegd dat als we iets maken, dat het dan wel iets nieuws moet zijn.” Zo heeft ook elk park in Delft z'n eigen karakter, merkt ze op. “Het leuke aan de Phoenixgracht is dat het niet diep is en dus snel bevriest. Je kunt er dan veilig schaatsen. En in de zomer kun je er op een veilige manier met kano’s en rubber boten spelen. Dan lees ik nu dat het water diep genoeg moet zijn zodat de Watertaxi naar Het Prinsenhof kan varen. Dat kan nu ook, alleen dan via de Oude Delft. Waarom zou je ze dan over de Spoorsingel laten varen? Er worden heel veel argumenten genoemd waarvan ik me afvraag waar ze vandaan komen. Waarom komen ze nu pas en waarom geloven mensen de antwoorden van de wethouder (Junius, red.) niet? Die antwoorden zijn namelijk volstrekt logisch.” 

Iedereen zou blij moeten zijn dat Delft straks geen twee Spoorviaducten boven elkaar heeft, zoals het Rijk in eerste instantie wilde, maar één tunnel, vindt Bijleveld. “Dan maken we een mooi plan, dat ook nog eens kwaliteit aan de stad toevoegt, dan is het plan in uitvoering en dan is het opeens van het mag best wat meer kosten. Maar waar komt dat geld voor een bevaarbare Spoorsingel vandaan? Degenen die dat willen betalen het niet zelf.” Wat haar nog het meest heeft verbaasd is ‘de kracht’ waarmee wordt gezegd: Het is toch makkelijk te doen?. “Dat is echt onzin. Als je de gracht bevaarbaar wilt maken moet je de gracht verlagen en daar hangt een prijskaartje van tien tot twintig miljoen euro aan.” En, benadrukt Bijleveld: “Wij hebben met de gezamenlijke Overheden het onderste uit de kan gehaald. We hebben voor Delft een plan gemaakt waar je apetrots op moet zijn en waar je ook eens tevreden mee moet zijn.” In plaats daarvan wordt - tot ergernis van Bijleveld - geroepen om meer geld uit te geven aan een bevaarbare gracht. “Het is pure onzin dat dit bijna niks extra’s kost. Sommige voorstellen lijken ogenschijnlijk oplossingen, maar dat zijn ze niet. Het verhogen van bruggen, bijvoorbeeld, heeft veel nadelen voor mensen met een beperking en fietsers die er dagelijks gebruik van maken. Zulke belangen wegen zwaar voor de Gemeente.” 

Het gebeurt volgens Bijleveld wel vaker dat mensen bij grote en langlopende projecten zich tijdens de uitvoering afvragen of de plannen niet wat kunnen worden aangepast. “Dat snap ik ook wel en ik neem het ze niet kwalijk, maar ga dan eerst om uitleg vragen.” (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12