Kunstverzamelaar is de 38ste Vermeer op het spoor, volgens Weyers is hij de zoveelste

Algemeen

Schilder Jeffrey Westerwoudt geeft het pand aan de Koornmarkt 10, achter de Gasthuisplaats, een likje verf.

Een kopie van de catalogus waarin geveilde werken worden genoemd, met in het rood omcirkeld de bewuste vermelding over een stilleven van Vermeer. DELFT – De Amsterdamse kunstverzamelaar Hendrik Woldering stuitte afgelopen week in een oude kunstcatalogus bij toeval op een ‘stilleven van Vermeer’. Hij denkt nu een nieuwe en onontdekte Vermeer op het spoor te zijn.

Dit stilleven van Vermeer is 9 mei 1696 in Amsterdam geveild, zo stond in de catalogus. Woldering bladerde hierin omdat hij in de bibliotheek van het Rijksmuseum aan het wachten was. “Toen dacht ik: Vermeer? Een stilleven? Daar is niets over bekend!”, vertelt de Amsterdamse kunstverzamelaar enthousiast.” 

Als we Woldering spreken heeft hij echter net een e-mail ontvangen van één van de Vermeerkenners van de website essentialvermeer.com. “Hij schrijft me dat het ook een werk van Barend Vermeer kan zijn. Dat is een zeventiende eeuwse schilder uit Utrecht die gespecialiseerd was in stillevens. Dat verhaal neem ik echter niet voor zoete koek.” Volgens Woldering is op 14 mei 1926 in London namelijk ook een stilleven van Vermeer geveild. “Dat zou het stilleven uit 1696 kunnen zijn. Ik denk dat de kans 80, 90 procent is dat het hier om hetzelfde werk gaat.” 

Herman Weyers, de directeur van het Vermeer Centrum Delft, is minder enthousiast als we hem bellen. “Ik vind hier niet veel van”, reageert hij. “Er is alleen een catalogus waarin staat er een Vermeer is verkocht. Ik heb Woldering geschreven dat het hartstikke leuk is en dat hij vast de eerste is die dit ontdekt heeft. Het werk is echter niet boven water. Als we een plaatje van dit stilleven hebben is het pas interessant. Ik kan hier nu niet veel mee.” 

Weyers hoopt ‘voor Woldering en de wereld’ dat hij ècht een nieuwe Vermeer op het spoor is. “Maar dat geloof ik niet één twee drie. Er komt hier elke week wel iemand met een plaatje van een werk dat van Vermeer zou zijn. Soms blijkt zo’n schilderij tweehonderd jaar oud, terwijl Vermeer als vierhonderd jaar dood is. Je moet ze altijd serieus nemen, maar ik word veel geconfronteerd met mensen die denken dat ze het wereldwonder in huis hebben. De kans dat het zo is, is niet heel groot. En áls er al beeldmateriaal van dit werk komt, dan krijg je nog een jarenlange discussie over of het wel of geen Vermeer is. In het Vermeer Centrum zijn 37 werken van Vermeer te zien, maar de echte Vermeer-kenners spreken vaak over 35 werken van hem, omdat van twee niet zeker is of het wel echt van Vermeer is.” 

Woldering kan zich de reactie van Weyers wel voorstellen, maar hij laat zich er niet door uit de weg slaan. Discussies over de echtheid van een werk zijn al bijna even oud als de schilderkunst zelf. “Vaak wil men niet eens onderzoeken of een onbekend werk van een bepaalde kunstenaar echt is”, weet Woldering. Dat vindt hij vreemd, zeker in het geval van Vermeer. “Het kan niet anders dan dat er meer werken van Vermeer zijn. Zijn oeuvre is te summier. Ik vind het bovendien opvallend dat al zijn werken in musea hangen en de werken in privé-collecties worden betwijfeld of afgekeurd op echtheid.” 

Woldering snapt wel waarom. De musea willen het alleenrecht op de weinige werken van Vermeer en de kunstkenners zijn bang voor een storm aan kritiek van collega’s als zij een bepaald schilderij aan Johannes Vermeer toeschrijven. “Vervelend”, vindt Woldering dat. “Het zijn allemaal haantjes met prof. dr. als titel. Sommigen geven letterlijk aan dat ze geen zin hebben om zich te mengen in het gekissebis over de echtheid van een schilderij.”

Als we de initiatiefnemer van het Delftse Vermeer Centrum Wim van Leeuwen bellen heeft hij het laatste nieuws al gehoord. “Het is bekend dat een aantal stukken van Vermeer zoekgeraakt zijn”, zegt Van Leeuwen. “Ik wil met Blankert (een Vermeerkenner, red.) in gesprek gaan om te kijken of er naar aanleiding van de genoemde veilingstukken nog sporen terug te vinden zijn. Het zou voortreffelijk zijn als een nieuwe Vermeer opduikt.” Wolderings ontdekking zette Van Leeuwen ertoe aan om weer na te denken over een presentatie van vermiste Vermeers in het Vermeer Centrum. “Want we kennen 37 werken, maar hij heeft er meer gemaakt. Op verschillende veilinglijsten worden onbekende werken genoemd, waaronder een zelfportret. Wie weet hangen zulke werken bij een particulier. Deze man stimuleert en inspireert me om verder door te zoeken. Wat mij betreft krijgt dit zeker weten een vervolg.” (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12