Tegenstanders A4 zien genoeg mogelijkheden om aanleg van laatste stuk snelweg tegen te houden

Algemeen

DELFT – Minister Eurlings kondigde vorige week aan dat de eerste auto’s in 2015 over de A4 tussen Delft en Schiedam rijden, maar tegenstanders van de aanleg van dit stuk weg denken dat hij te vroeg heeft gejuicht. Ze zien nog genoeg mogelijkheden om bij de Raad van State tegen de Overheidsplannen in verweer te gaan.

Ze zien de actie op het zandlichaam bij Schiedam, waar vorige week het Tracébesluit en de Bestuursovereenkomst werden ondertekend, als een fraai staaltje blufpoker. De plannen voor de aanleg van de weg zijn, zo merken tegenstanders op, helemaal niet zo ‘definitief’ als naar buiten werd gebracht. Eén van de grootste bezwaren tegen de aanleg van de A4 Delft-Schiedam is de kwestie rond de landtunnel die bij het Kethelplein moet worden aangelegd. Het ontwerp hiervan is eerder dit jaar door de Commissie Tunnelveiligheid en de burgemeesters van Schiedam en Midden-Delfland afgekeurd omdat het te onveilig zou zijn. Rijkswaterstaat heeft al gemeld deze conclusie naast zich neer te leggen, maar of dat zo makkelijk gaat is de vraag. De bouwer van de tunnel moet namelijk toestemming krijgen van de Gemeente Schiedam. Die zal echter niet zitten te wachten op schadeclaims van nabestaanden van verkeersslachtoffers die kunnen aantonen dat hun dierbare niet was overleden als de tunnel was gebouwd volgens de eisen van de Commissie Tunnelveiligheid. Eurlings schreef hier deze maand over dat ‘afspraken met de gemeenten Schiedam en Midden-Delfland moeten leiden tot een tunnelontwerp dat maakbaar en betaalbaar is en waar de Gemeente Schiedam een vergunning voor kan afgeven’. Dit maakbare en haalbare tunnelontwerp is er echter nog niet.

De landtunnel is niet de enige troef die tegenstanders in handen denken te hebben. Ze wijzen daarnaast op de gemaakte afspraken in het IODS Convenant, die volgens hen niet worden nageleefd. Voor dit Convenant kwamen vier jaar geleden 23 verschillende betrokken partijen bij elkaar om de inpassingen van de weg te bespreken. “Als de weg er zou komen, dan zouden we ‘m niet zien, niet horen en niet ruiken”, noemt Ellen Verkoelen van de Milieufederatie Zuid-Holland één van de afspraken. Ze voert het woord namens verschillende actiegroepen die nu samen één vuist willen maken. Volgens Verkoelen voldoet het Ontwerp Tracébesluit, dat in maart van dit jaar bekend werd gemaakt, niet aan de inpassingseisen waar in het convenant afspraken over zijn gemaakt. “Dat is echt dramatisch”, vindt Verkoelen. “Het hele proces is niet netjes gegaan en het resultaat is niet goed.” De A4 Delft – Schiedam zal de luchtkwaliteit volgens Verkoelen geen goed doen en de stiltegebieden waar de weg doorheen loopt, zullen niet zo stil blijven als ze nu zijn. “Maar het allerergste is nog dat de weg straks breder wordt dan we met z’n allen hebben afgesproken.” Volgens de laatste plannen worden het namelijk geen twee keer twee, maar twee keer vier rijbanen. “Dus wordt er compleet niet meer voldaan aan het IODS Convenant.”

Weggegooid geld
Het Tracébesluit ligt vanaf begin oktober zes weken lang ter inzage in de Gemeentehuizen rondom het tracé, bij de Provincie Zuid-Holland, bij de Ministeries van V en W en VROM en bij Rijkswaterstaat Zuid-Holland. In die zes weken zullen de verenigde actiegroepen bij de Raad van State tegen de plannen in verweer gaan. Niet alleen vanwege de geschonden afspraken uit het convenant. “Maar ook omdat het nut en de noodzaak van de weg niet is aangetoond. Deze weg gaat de verkeersproblemen niet oplossen. Er gaan bij de aanleg van een A4 Delft-Schiedam enorme problemen ontstaan bij Knooppunt Ypenburg en Kethelplein,” aldus Verkoelen. Ze wijst daarnaast op uitspraken van verkeersdeskundigen als Professor Hansen, die in een brief aan alle betrokken gemeenten dit jaar schreef dat bij de aanleg van de A4 de gemeenten Rotterdam, Schiedam, Vlaardingen, Den Haag, Delft, Midden-Delfland, Westland en Rijswijk in de spitsperioden geïsoleerd blijven naar alle richtingen en vanuit alle richtingen van het autosnelwegnet. Twee andere hoogleraren van de TU Delft, Immers en Van Wee, concludeerden eveneens dat de A4 Delft-Schiedam beter niet kan worden aangelegd, omdat er geen onderbouwing voor is. Dus, zo beweren de tegenstanders, is de aanleg van de laatste zeven kilometer snelweg weggegooid geld. Zo’n 898 miljoen euro, om precies te zijn. Verkoelen: “Het is nu zo van: We gaan gewoon met de aanleg beginnen en werkt het niet, dan lossen we dat dan wel op. Dat is onbehoorlijk. Waarom moet die weg er komen? Om vervolgens te constateren dat het toch weer vaststaat. En daar sta je jezelf als politiek dan voor op de borst te kloppen... Er komt meer asfalt, maar het lost de problemen niet op en de weg verslechtert de leefbaarheid. De economie gaat er niet op vooruit. Eigenlijk kun je gewoon niet vóór de aanleg zijn.” Toch begrijpt ze wel waarom Eurlings de weg zo snel mogelijk wil aanleggen. “Het is in de politiek bijna onmogelijk om je nog terug te trekken.” Dat zou gezichtsverlies voor de minister van Verkeer en Waterstaat betekenen, die al jaren roept dat hij de eerste minister is die een besluit over de A4 neemt. 

De verschillende actiegroepen zullen sowieso bij de Raad van State tegen de plannen in verweer gaan. “We schatten onze kansen echt goed in, we geloven dat we wel een aantal punten hebben.” De groep tegenstanders is volgens haar bovendien groeiende. Eén ding weet Verkoelen dan ook zeker: “Het is nog geen gelopen race.” (JN)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12