Foto nu: Dick van Leeuwen voor de Schaapskooi.
Foto nu: Dick van Leeuwen voor de Schaapskooi.

HET DELFT VAN TOEN: Dick van Leeuwen

Algemeen

DELFT – De 87-jarige Dick van Leeuwen is in Leiden geboren maar woont verreweg het grootste gedeelte van zijn leven in ons mooie Delft. Hier heeft hij vijf horecazaken gehad. Van Leeuwen heeft vele veranderingen in de horeca meegemaakt en ook doorgevoerd. Hoe kijkt hij hier na al die jaren op terug?

Aan de rand van de Delftse Hout, naast een vrolijke kinderboerderij en omzoomt door vele bomen is de Schaapskooi te vinden. In 1966 is Van Leeuwen hier een jeugdcentrum begonnen wat later uitgegroeid is tot het bekende restaurant. Inmiddels is de zaak overgenomen door zijn zoon Andy van Leeuwen, maar van Leeuwen komt nog regelmatig langs om een handje te helpen. De Schaapskooi is een gezellige zaak waar vele Delftenaren hun bruiloften hebben gevierd of te gastwaren op feestjes en borrels. Echt een plek waar herinneringen worden gemaakt. Door de ligging in deze bosrijke omgeving komen er veel wandelaars voor een hapje en een drankje. 

Afwassen
Van Leeuwen is een welbekende naam in de lokale horecascene in Delft. Met zijn vriendelijke glimlach en zijn scherpe blik achter het gouden montuur van zijn bril laat hij de Schaapskooi zien. Trots toont hij de keuken: “De grootste in Delft”, vertelt hij. Hier heeft hij gisteren nog staan afwassen. “De afwasser was ziek dus ben ik maar even bijgesprongen.” Dat was best een werkje volgens Van Leeuwen: “Het gaat hier natuurlijk niet om vijf bordjes, hè!”

Eerste stappen
Van Leeuwen heeft zijn leven gewijd aan de horeca. Hij vertelt over zijn eerste stappen in de wereld van de gastvrijheid: “Mijn basisschooltijd heb ik doorgebracht in Delft en daarna ging ik naar de middelbare school in Den Haag. Na de middelbare school ben ik naar de Hotelschool gegaan.” Met dit diploma op zak heeft hij onder andere in België en Parijs gewerkt. Ook kwam op een gegeven moment de dienstplicht: “Ik werd gestationeerd in Nunspeet. En daar zaten vijfduizend militairen die iedere dag moesten eten. Daar kreeg ik de leiding over de keuken van vijf bataljons. En dan maar organiseren dat de jongens ook tevreden waren over het eten.” Een andere bijzondere plek voor Van Leeuwen is restaurant de Beukenhof in Oegstgeest: “Het eerste sterrenrestaurant van Nederland”, vertelt Van Leeuwen trots. Hij heeft hier met veel plezier gewerkt totdat hij een hij op een dag een belletje van zijn vader kreeg: “Hij zei: joh, ik heb een zwembad gehuurd van de gemeente Delft. Wil jij de horeca gaan doen? Ik zei, laten we het maar proberen”, zo beschrijft Van Leeuwen dit gesprek met zijn vader. “Dus ja, dat heb ik gedaan. Toen moest ik ‘s morgens om zeven uur beginnen voor mijn vader tot ‘s avonds zeven uur. En dan had ik veertiengulden gevangen.” En zo kwam Van Leeuwen weer terug in de voor hem bekende stad Delft.

Nooit thuis
Door de jaren heen kwamen er verschillende horecazaken bij. Van Leeuwen nam het werk over van zijn vader. Uiteindelijk bezat hij vijf horecazaken waaronder het zwembad, het Rieten Dak en de Schaapskooi. “De Schaapskooi is natuurlijk wel bekend geworden hier in Delft”, vertelt Van Leeuwen. Ook bekende Nederlanders ontdekten de Schaapskooi: “Er zijn hier veel artiesten geweest, zoals Sugar Lee Hooper, Lee Towers, Thijs van Leer en Rita Reys. Zij traden dan op tijdens feesten en partijen.” Van Leeuwen werkte veel en was nauwelijks meer thuis, tot ergernis van zijn vrouw: “Op een gegeven moment zei mijn vrouw: “Joh Van Leeuwen, kom jij eens zitten.” Ik zei: Hoezo? Ze zei: Je hebt mij. Je hebt twee kinderen. En je hebt vijf zaken. Als je niks weg doet ga ik weg. Want je bent nooit thuis.” Dit heeft Van Leeuwen zich wel aangetrokken en nam bewust meer tijd voor zijn gezin. Van Leeuwen en zijn vrouw zijn altijd bij elkaar gebleven en ook is hij blijven werken in de horeca. Nooit had Van Leeuwen in een andere branche willen werken: “Mijn hele leven heb ik alles met veel plezier gedaan. Ik heb het altijd heel fijn gevonden om de mensen te verwennen. Ik heb er ook altijd veel waardering voor teruggekregen.”

Onderscheiding
Eén van de hoogtepunten in het leven van Van Leeuwen was de koninklijke onderscheiding voor zijn bijdrage aan de lokale gemeenschap. “Ik kreeg op een gegeven moment een briefje van de burgemeester dat ik een ridderorde zou krijgen, aangevraagd door mijn collega’s. Ik was diep geroerd. Het moment dat ik die onderscheiding ontving was absoluut, naast de geboorten van mijn zoons, één van de mooiste momenten in mijn leven.”

Meebewegen
Met zijn vijftig jaar Delftse horeca ervaring heeft Van Leeuwen de horeca volop zien veranderen. Zo beschrijft hij de komst van een nieuwe groente in de keuken: broccoli. Meebewegen met nieuwe ontwikkelingen was ook niet altijd even makkelijk: “Als ik nu mijn kinderen af en toe help dan zeggen ze: Pa hou eens op joh, dat was dertig jaar geleden zo. Dat is nu heel anders.” Ook is de wet en regelgeving volgens Van Leeuwen flink veranderd, waardoor de bezoekjes aan de Schaapskooi nu ook anders verlopen. “De mensen kwamen vroeger in de avond hier naar toe om een hapje te eten, dat is nu minder. Vroeger kon je nog eens een borreltje drinken na het eten. Maar met de nieuwe wetten en toestanden en gebruik van alcohol mag je geen auto meer rijden. Dan had je gezellig gedineerd en nam je een nog een cognacje toe. Vervolgens reed je dan met de auto naar huis.”

Liefde voor je vak
Niet alleen de gasten zijn veranderd, ook de Schaapskooi heeft een metamorfose ondergaan: “Vooral de keuken is een stuk groter geworden. Vroeger bouwde ik in de zomer een stalletje buiten op het terras waar ik frietjes kon bakken tijdens feestjes, want binnen was geen plek.” Van Leeuwen heeft vele veranderingen in de horeca meegemaakt en doorgevoerd. Hoe hij hierop terugkijkt? “Als je een horecabedrijf hebt zoals wij, en je hebt liefde voor je vak en liefde voor je gasten, dan gaat het eigenlijk altijd goed.” Het is een mooie tijd geweest, het is een mooie tijd nog steeds.

Dick van Leeuwen

Foto vroeger: Dick van Leeuwen (links) met zijn onderscheiding.