DVC kent een pechseizoen, maar heeft vertrouwen in de toekomst

DELFT - Het zit DVC niet mee. Na een verdienstelijke zevende plek in het vorige seizoen, bevinden de mannen van Marco Immers zich momenteel op de voorlaatste plaats. Toch blijft het elftal strijden. 

Door: Alphons de Wit jr. 

Zo ook afgelopen zaterdag, toen Hazerswoudse Boys met 2-4 te sterk was. “We begonnen niet heel lekker en door een persoonlijke fout van mij kwamen we te snel op achterstand. Ik dacht de spits van de tegenstander uit te kunnen spelen, maar dat lukte niet”, vertelt Melvin Legierse, die centraal achterin geposteerd stond. “Zelf creëerden we weinig tot niets en zij liepen nog voor rust uit naar 3-0. Na wat omzettingen in de pauze pakten we het goed op. Zij scoorden nog wel een keer, maar toen was het onze beurt. We kregen het betere van het spel en kwamen terug tot 2-4 door twee goals van Mike van Es. Dat is vooral voor hem leuk, maar uiteindelijk koop je er niets voor. Hetzelfde geldt voor de complimenten van de trainer van Hazerswoudse Boys, die aangaf toch wel even bang geweest te zijn.”

Pechseizoen
Voor DVC was deze wedstrijd misschien wel exemplarisch voor hoe het seizoen verloopt. “Al in september kregen we verschillende tegenvallers te verwerken. Meerdere spelers die normaal gesproken sterkhouders bij ons zijn, raakten zwaar geblesseerd. Daardoor moeten er andere jongens in het elftal worden ingepast en dat kost tijd. Uiteindelijk leidde het ertoe dat er ook jongens op een plek komen te spelen die niet hun voorkeur heeft. Zo begon ik zaterdagmiddag dus als centrale verdediger en speelde ik de tweede helft op het middenveld, terwijl ik van origine een buitenspeler ben. Dat is niet erg en natuurlijk doe je dat als het nodig is voor het elftal, maar het betekent wel dat je ergens anders op het veld aan kwaliteiten inboet.”
Aan de andere kant is er nog kwaliteit voldoende. “Want je ziet bij vlagen dat we echt wel kunnen voetballen. Zo maakte de koploper, SJC, vorige maand pas in de zevenennegentigste minuut de 0-1. Natuurlijk doe je het dan goed en gaf de trainer aan trots te zijn, maar uiteindelijk sta je weer met lege handen. Dat gebeurt ons dit seizoen te vaak. Waar het balletje vorig seizoen vaak goed viel, valt het dit jaar juist net verkeerd.”
Toch houden ze de sfeer er goed in bij DVC. “Natuurlijk zijn we wel even goed ziek van een nederlaag, zeker als je het idee hebt dat er meer in had gezeten, maar het is ook heerlijk om samen met elkaar een balletje te trappen.”

Overstap
Ook is er buiten het voetbal genoeg te beleven bij de club. “Zo hebben we zaterdag een Hollandse avond gehad, waarbij de stemming er goed in zat. Bij mijn vorige club Delfia was mijn vader Nico al betrokken bij de organisatie van dit soort feesten en bij DVC is hij dat blijven doen. Bij de club doet hij overigens nog veel meer. Zo wast hij altijd onze sportkleding en zorgt ervoor dat het voor de wedstrijden keurig voor ons klaarligt. Het enige dat we zelf moeten meenemen is een onderbroek en een handdoek. Dat soort dingen is bij deze club altijd gewoon heel erg goed geregeld.”
Die overstap van Delfia naar DVC kwam er inmiddels zo’n zes jaar geleden. “Het ging niet goed meer met Delfia en Michel Immers werd het seizoen erna trainer bij DVC. Hij benaderde me of ik met hem mee wilde. Dat zag ik wel zitten. In die eerste jaren zaten we in de poule bij clubs die al eerder de overstap van de zondag naar de zaterdag maakten en in de vierde klasse moesten starten. Dat was vaak niet echt leuk, want die elftallen waren zoveel beter dan wij. Inmiddels zijn we in elk geval wel een stuk competitiever tegenover de overige ploegen. Het gebeurt nog maar zelden dat we weggepoetst worden door de tegenstander.”

Volgend seizoen
Ondanks het feit dat DVC op 18 november voor het laatst won, kijkt de 31-jarige alleskunner met vertrouwen naar de toekomst. “Want we hebben zaterdag in de tweede helft laten zien dat we echt wel kunnen voetballen. We kunnen de rest van het seizoen vrijuit spelen en hopelijk levert dat nog een aantal overwinningen op, zodat we met een goed gevoel aan het nieuwe seizoen kunnen starten.”
Van dat nieuwe seizoen heeft Legierse hogere verwachtingen. “Ten eerste krijgen we als het goed is een nieuw veld. Dat is natuurlijk altijd fijn. Ook zullen de jongens die nu geblesseerd zijn, dan naar alle waarschijnlijkheid weer mee kunnen doen. Daarnaast heeft de trainer een groot netwerk en is er kans dat we de selectie in de breedte kunnen versterken. Maar voorlopig moeten we er maar voor zorgen dat we dit seizoen nog een aantal wedstrijden winnen en dan kunnen we volgend jaar aan de mensen bij de club laten zien dat we dat nieuwe veld waard zijn.”