Afbeelding

Delft Wereldstad - Singapore

cultuur

Editie: Week 5, Jaargang 21 |

Het Delftse Hout doet Guangmian Kung denken aan zijn tijd in het leger. Fotograaf: Lenny Tamerus

In Delft wonen 148 verschillende nationaliteiten. Veelal mensen die opgroeiden in een ander land en later naar Nederland verhuisden. Een van hen is Guangmian Kung (24) uit Singapore die zojuist zijn studie Lucht- en ruimtevaarttechniek heeft afgerond. “Ik vond het saai. Een vliegtuig heeft altijd twee vleugels en een staart.”

“Een chocolademelk met slagroom alstublieft,” zegt Guangmian tegen de ober van het Rieten Dak waar we plaats nemen voor het interview. In de drie jaar dat hij in Delft woont, heeft hij het Nederlands indrukwekkend goed onder de knie gekregen. Bijna accentloos. “Ik heb de taal vooral geleerd in mijn blokfluitensemble,” legt Guangmian uit. “Van huismoeders en oma’s. Sinds mijn zesde speel ik fluit. Omdat het wordt gezien als iets voor kinderen, ben ik op mijn dertiende overgestapt op dwarsfluit. In Nederland kwam ik op het internet een blokfluitensemble tegen en heb ik het weer opgepakt.” Honderd keer Poptahof

Guangmian groeit op in Singapore. In het landje leven vijf miljoen inwoners op een oppervlakte vergelijkbaar met de provincie Utrecht. De bevolkingsdichtheid is dus heel hoog. “Denk aan de hoge flats in Poptahof en vermenigvuldig dat met honderd. Zo ziet Singapore er uit,” legt hij uit. Guangmian woont met zijn ouders op de 6e verdieping. “Dat we door die hoge gebouwen de zon niet veel zien, is niet erg. Wij hebben een hekel aan de zon. Druk, altijd is het overal druk. Daarom praten mensen niet met elkaar op straat. In de trein is het soms zo vol dat je alleen maar denkt: volhouden, volhouden... Toch is iedereen altijd heel beleefd tegen elkaar. Ik heb in Nederland behoorlijk moeten wennen aan de manier waarop mensen met elkaar omgaan... ”

Na de middelbare school moet Guangmian het leger in. De dienstplicht duurt twee jaar. “Het Delftse Hout doet me denken aan die tijd. Het was een keerpunt in mijn leven. Daarvoor had ik alleen maar in het schoolsysteem gezeten. Prestaties en status zijn in ons land heel belangrijk. Elke dag draaide om leren, leren, leren. In het leger ging het er anders aan toe. Daar moest ik vroeg opstaan, met een vuurwapen vuren en bij 35 graden in de zon tien minuten lang push-ups doen terwijl we werden uitgescholden. Als je niet goed kunt studeren, ga je in Singapore het leger in. Die mensen waren dommer dan wij, maar vertelden ons wel de hele dag wat we moesten doen. Dat vonden we vreselijk. En wat is het nut van zo’n groot leger? Er is helemaal geen oorlog in Singapore... Ik haatte die legerorganisatie met mijn hele hart....” Na vier maanden krijgt Guangmian een hernia. Een prettige bijkomstigheid is het communicatieve werk dat hij daardoor mag doen. “Ik kwam in contact met veel verschillende mensen. Iedereen ter wereld met een Singaporees paspoort heeft namelijk dienstplicht. Tot dan toe was ik altijd in dezelfde sociale kring gebleven. Mijn vrienden van de lagere school waren mijn vrienden op de middelbare school. En het zouden waarschijnlijk ook mijn studievrienden worden.” Het plan is om na het leger aan de universiteit van Michigan te gaan studeren. Dat staat garant voor een goede baan in Singapore. “Het collegegeld voor die studie is heel erg hoog, dus niet iedereen kan er heen. In het leger ontmoette ik mensen met pech in hun loopbaan. Ze spaarden hard om een deeltijdopleiding te kunnen volgen. Om zo hoger op de maatschappelijke ladder te klimmen. Hun opleiding kostte maar een tiende van mijn jaarlijkse Michigan-collegegeld. Ik begon me af te vragen of het wel eerlijk was dat ik in de VS kon studeren alleen maar omdat ik rijke ouders had. Ik vond van niet en zocht een goedkopere mogelijkheid. Ik kwam tot de conclusie dat het mij niet om de inhoud van de studie zou gaan, maar om de levenservaring.” Langzaam komt Nederland in beeld. “Ik wilde die vrijheid in alles ervaren.”

Hoewel Guangmian het liefst sociologie studeert, is dat niet mogelijk. Alleen Nederlandse studies in economie en techniek kennen op dat moment een internationale variant. Samen met zijn ouders reist hij naar Nederland om te kijken welke stad hem het beste bevalt. “Ik dacht dat het Amsterdam zou worden maar toen ik er was, viel het me tegen. Ik vond het vuil en niet Nederlands genoeg. Te veel toeristen. Delft is Hollandser. Overigens vind ik nu Amsterdam wel vet.”

Hij kiest uiteindelijk voor de studie Lucht- en ruimtevaarttechniek aan de TU Delft. Een studie van drie jaar waar hij fluitend doorheen komt. “Ik ben exam smart, weet precies wat ik moet doen om een tentamen te halen. Daar schaam ik me een beetje voor. Ik haalde hogere cijfers dan een Duitse vriend van me. Toch ben ik geen betere techneut. Hij leert veel meer en heeft passie voor zijn vak. Ik niet. In Nederland zie je studenten die in hun vrije tijd raketten of vliegtuigjes in elkaar knutselen. Als je in Singapore een technische of medische faculteit binnenloopt, kom je zulke studenten niet tegen. Daar vind je bijna niemand die zijn studie leuk vindt. De meeste zijn er voor het geld en de status. Wij geloven namelijk dat je je best moet doen om je vak leuk te vinden. Je voert je werkzaamheden goed uit en dat geeft plezier. Denk nu niet dat Singaporezen allemaal een verdrietig leven hebben. Het is een van de vele componenten van de cultuur. De beleefdheid en het leefcomfort horen er ook bij.”

Het echte Nederlandse leven ervaren, dat is wat Guangmian wil. Dat betekent dat hij medestudenten moet teleurstellen. “Valt het je ook op dat Aziatische studenten bij elkaar in een groep blijven? Ook al zijn ze in een ander land? Dat komt doordat er een taboe is om nee te zeggen. Ik heb dat wel gedaan. In het eerste studiejaar heb ik heel bewust ‘nee’ gezegd tegen uitnodigingen. Als ik vandaag mee ga naar het strand of kom eten, word ik de volgende keer weer verwacht. Gezellig, maar zo zou ik nooit Nederlanders leren kennen.” Nederlandse studenten ontmoeten valt hem echter niet mee. “Na college blijven ze niet hangen, eten niet samen op de manier die ik uit Singapore ken. Misschien omdat er zo weinig lekker te eten is in de kantine? Ik ben daarom buiten de studie gaan socializen, zoals bij het blokfluitensemble en een studentenzwemvereniging.”

Intussen heeft Guangmian zijn bachelor op zak. Met een zoekjaarvisum heeft hij tot eind november om hier een baan te vinden. Die hoeft wat hem betreft niets met luchtvaarttechniek te maken te hebben. “Ik vind het saai om een vliegtuig te ontwerpen. Het heeft altijd twee vleugels en een staart. Ik wil graag iets creatievers, zoals een trainneeship voor de overheid of een communicatiebaan. Sociologische onderwerpen interesseren me. Misschien wil ik in de toekomst bij de Singaporese overheid werken als beleidsmaker. We hebben zo veel technische hoger opgeleiden dat er weinig goede mensen overblijven met verstand van maatschappelijke vraagstukken. Wij kennen bijvoorbeeld ook een immigratieprobleem. Aan de andere kant weet ik niet of ik straks nog wel terug kan in de Singaporese samenleving. Ik ben verwesterd. Meespeelt dat ik homoseksueel ben. In Singapore kun je dat minder openlijk zijn. De kans dat ik daar een leuke partner ontmoet is veel kleiner. Ook vind ik de prestatiegerichtheid niet fijn meer. Ik vind het leven daardoor nep. De meeste Singaporezen denken zelden na over hun levensdoel en of ze gelukkig zijn met hun vrouw. Ik wel. Leven is niet een kwestie van volhouden, maar van beleven...” (LT)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12