Afbeelding

De heks van de Watersloot

Algemeen

DELFT - De Watersloot is eeuwenlang de belangrijkste verbinding geweest tussen Delft en het Westland. Agrariërs brachten via deze waterweg hun producten per schuit tot in het hart van de prinsenstad. Bij de stadsmuur werd de Watersloot in tweeën gedeeld door de Waterslootsepoort, de grootste stadspoort van Nederland. Het deel binnen de veste werd Binnenwatersloot genoemd, het deel er buiten de Buitenwatersloot. In de Waterslootsepoort bevond zich een gevangenis en tevens hield de “Vierschaer van Delfland” (een soort rechtbank) zitting in een deel van het gebouw. Toen Delft aangesloten werd op het spoorwegnetwerk stond de Waterslootsepoort in de weg. Het imposante bouwwerk werd daarom in 1847 afgebroken.

Door Jeroen Stolk

Korenbeurs
Op de oosthoek van de Binnenwatersloot, bij de Oude Delft, was over de gracht een korenbeurs gebouwd. In deze korenbeurs aan de Haverbrug werd graan uit de regio verhandeld. Deze beurs heeft bijna een eeuw lang dienst gedaan. De bouw startte in 1775, het bouwwerk werd gesloopt in 1872.

Buitenwatersloot
Ook over de Buitenwatersloot valt iets te vertellen, hier woonde in 1638 namelijk Geertgen Cornelisdr. Geertgen was een heks, althans in de ogen van enkele stadgenoten. Zij beschuldigden deze ongelukkige dame, die de kost verdiende als uitdraagster, van toverij. Gelukkig voor Geertgen was men inmiddels tot betere inzichten gekomen dan de decennia ervoor en werd zij van alle blaam gezuiverd. Het werd ten strengste verboden Geertgen ook maar een haar te krenken. Haar opponenten werden door het stadsbestuur als domme mensen bestempeld.

Heksen
Minder gelukkig waren de Delftse “heksen” Machtelt Goessensdr. en Trijntge Cornelisdr. (alias Trijn Tgilip) die wij terug kunnen vinden in de Delftse Crimineelboeken. Toen zij halverwege de zestiger jaren van de zestiende eeuw van hekserij beschuldigd werden keek men hier geheel anders tegenaan. Beide vrouwen werden op gruwelijke wijze gemarteld en uiteindelijk door verwurging om het leven gebracht. Hun lichamen werden vervolgens verbrand. Nog slechts één vrouw is hierna, voor zover bekend, als heks in Delft om het leven gebracht. Haar naam was Anna Claesdr. en zij was afkomstig uit Delfshaven dat destijds onder Delft ressorteerde. Anna, wiens bijnaam Anna Vader Jacobs was, werd ervan beschuldigd zich met de duivel te hebben ingelaten en bovendien enkele kinderen één van haar heksendrankjes te hebben toegediend. Anna onderging hetzelfde lot als Machtelt en Trijn. Op 6 juli 1585 werd zij om het leven gebracht.

We kunnen concluderen dat de hierboven beschreven Geertgen Cornelisdr. de laatste “heks” van Delft is geweest. In deze context wil ik verwijzen naar het jeugdboek “De laatste heks” dat in maart 2016 uitgegeven werd en zich afspeelt in Delft.