Wat zijn de politieke zorgen over zorg in Delft?

Algemeen

Editie: Week 10, Jaargang 23 |

DELFT – Iedereen maakt zich weleens zorgen over zorggerelateerde zaken. Ook de politiek. Dus vroegen we alle Delftse politieke partijen wat hun zorgen over zorg in Delft zijn. De reacties van de partijen die de moeite namen te reageren, vindt u op deze en de volgende pagina’s.


‘Goede zorg is onze zorg, is zorg van iedereen’

“De zorg is onbetaalbaar geworden”, proberen politici ons wijs te maken. Verzorgingshuizen sluiten, op thuiszorg wordt beknibbeld en de eigen bijdrage in de ziektekosten wordt alsmaar hoger. Maar terwijl gewone mensen steeds meer zelf moeten betalen voor zorg – het recht op zorg is zelfs verdwenen - leidt de marktwerking ertoe dat de zorgverzekeraars miljoenen van ons geld uitgeven aan reclamecampagnes om de gunst van de ‘klant’. Hoezo onbetaalbaar? De SP Delft maakt zich samen met de lokale zorgcomités zorgen om de zorg in Delft. Met de sluiting van de verzorgingstehuizen in het vooruitzicht, moeten ouderen langer thuis blijven wonen, maar op de thuiszorg wordt óók bezuinigd. Het lot van mensen ligt in handen van hun eigen netwerk en soms overbelaste mantelzorgers. Onzin. Goede zorg is onze zorg, is zorg van iedereen.

Lieke van Rossum, SP
 

‘Iedereen moet de zorg krijgen die hij of zij nodig heeft’

Delft heeft veel goed geregeld als het gaat om de jeugdzorg, de Participatiewet en de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. De zorg is dichtbij de burger georganiseerd en kleinschalig.  Centraal staat dat mensen zelf moeten kunnen beslissen over hun leven, bijvoorbeeld door het persoonsgebonden budget. Zo kunnen zij zelf de zorg vorm geven die zij nodig hebben. Aan levensloopbestendig wonen en sterke woon-servicezones wordt gewerkt. Met Werkse! is Delft goed voorbereid op de Participatiewet. Zorgpunt bij de zorg vindt GroenLinks dat de decentralisaties een bezuiniging van de rijksoverheid zijn. Onze zorg is dat mensen buiten beeld blijven en in de problemen komen als ze geen familie of vrienden hebben die kunnen bijspringen. Dat mantelzorgers overvraagd worden of de zorgkosten te hoog. Iedereen moet de zorg krijgen die hij of zij nodig heeft.

Fleur Norbruis, GroenLinks

 

‘D66 wil naar meer zorg in de buurt’

D66 wil goede, goed toegankelijke en betaalbare zorg voor iedereen die het echt nodig heeft. Dat kan door te innoveren en door te voorkomen dat de kosten voor de zorg nog meer groeien en onbetaalbaar worden. D66 wil geleidelijk van zorg in instellingen naar meer zorg in de buurt, met zoveel mogelijk eigen regie voor patiënten. Waarbij keuzevrijheid, maatwerk en eigen verantwoordelijkheid uitgangspunt zijn. Ouderen willen vaak het liefst zo lang mogelijk thuis wonen. Met de inzet van mantelzorgers en vrijwilligers èn levensloopbestendige elementen in bestaande en nieuwe woningen, kunnen zij langer buiten zorginstellingen blijven, waarbij deskundige hulp door de thuiszorg wordt geboden. Hiermee zorgen we ervoor dat de instellingen beschikbaar blijven als thuis wonen echt geen optie meer is.

Anne Bos, D66


‘Er is tijd nodig voor een zorgvuldige overgang’

Er verandert veel, daar zijn vanzelfsprekend zorgen over. Toch ziet STIP in die veranderingen ook kansen. Kansen om door het stimuleren van innovatie betere zorg te leveren en de zorg betaalbaar te houden. Kansen om nog meer in te zetten op preventie, op samenwerking en ontschotting. Hiermee willen we niet alleen de zorg betaalbaar houden, maar ook betere zorg realiseren. Er is tijd nodig voor een zorgvuldige overgang met oog voor de mensen die zorg ontvangen. Het jaar 2015 is een overgangsjaar, een spannend jaar. Ook omdat de rol van de gemeente móét veranderen. Samenwerking en loslaten zijn daarbij de kernwoorden. Loslaten moeten we leren, om op deze manier professionals de ruimte te geven te doen waar zij beter in zijn dan wie ook: goede zorg leveren.

Dorris Derksen, STIP

 

‘Voorkomen is beter dan genezen’

De vraag over zorgen over zorg, beantwoorden wij als: Wat is onze zorg over de jeugdzorg in Delft? Al jaren zien we een groei van het aantal kinderen in de gespecialiseerde jeugdzorg met een diagnose. De transitie jeugdzorg moet hier verandering in brengen. Daaraan werkt het CDA Delft onder het motto: preventie in plaats van pillen. We zoeken naar een gezonde benadering van onze jeugd met het accent op hun vermogen. Daarom hebben we hoog ingezet op het behouden van het  vrijetijdsaanbod van De VAK. We zien sporten, cultuur, muziek als het gezonde alternatief voor hulpverlening. We blijven het college op dit spoor zetten, terwijl we natuurlijk goede jeugdzorg stimuleren als het echt nodig is. Wij willen onze jeugd een gezond zelfbeeld meegeven: voorkomen is beter dan genezen!

Ineke van Geenen, CDA

 

‘Mantelzorger krijgt erg veel last op de schouders’
Zorg is vooral voor mensen die er gebruik van maken erg belangrijk. Wat vaak vergeten wordt, is dat ook familieleden en vrienden van het lijdend onderwerp zich zorgen maken over zorg. Wanneer zorg niet of in onvoldoende mate geleverd wordt, zijn ook zij de dupe. Zij dienen vaak de eerste klap op te  vangen. Onze zorg gaat uit naar de mantelzorger. Deze krijgt erg veel last op de schouders waar in veel gevallen niet voor ‘geleerd’ is. We moeten oppassen dat zij niet de plek innemen van onze werkenden... Zorg voor iedereen op maat is een groot project. We moeten het met elkaar doen, maar op de eerste plek met gediplomeerden.

Jolanda Gaal, Onafhankelijk Delft
 

‘Mensen die zorg nodig hebben mogen niet buiten de boot vallen’

Het college en raad hebben er voor gekozen om de uitvoering van de zorg uit te besteden aan ‘grote’ zorgspelers, zoals Participe en Stichting MEE. Het is aan hen om uitvoering te geven aan goede en juiste zorg voor onze inwoners. Hierbij mogen mensen die echt zorg nodig hebben niet buiten de boot vallen. De politiek moet zich nu niet bemoeien met de uitvoering, maar deze aan de professionals in de uitvoering overlaten. Zorg hierbij is wel of college en raad door genoemde spelers bij evaluaties over de uitvoering van de zorg correct en juist worden geïnformeerd. Dat vraagt daarnaast om tijdige tussentijdse informatie van genoemde spelers als zaken uit de hand dreigen te lopen, gecombineerd met een kritische blik van zowel college als raad. 

Aad Meuleman, Stadsbelangen Delft

 

 

‘Zorgen over ouderen die het thuis niet meer redden’

De ChristenUnie ziet dat in Delft talloze professionals en vrijwilligers zich met hart en ziel inzetten voor mensen die zorg nodig hebben. Dat moeten we koesteren. We maken ons zorgen over ouderen die het thuis niet meer redden, ondanks alle mogelijkheden van thuiszorg. Soms is verhuizing naar een betere woonomgeving een oplossing, maar daar moeten mensen zich tegenwoordig vaker zelf voor inschrijven. Dat is lastig en kan lang duren, met risico’s op valpartijen, verwaarlozing of overbelasting van mantelzorgers. We vinden dat er genoeg verzorgingshuisplekken moeten blijven voor mensen die daar een zorgindicatie voor hebben. Voor mensen die het met thuiszorg kunnen redden, moet zo nodig snel een meer geschikte woning beschikbaar zijn. Ouderen en mantelzorgers moeten veel beter weten waar ze in dit opzicht op mogen rekenen.
Joëlle Gooijer, ChristenUnie


‘Er dreigt een leegloop door vergrijzing van personeel’

De onduidelijkheid bij de decentralisaties neem ik voor 2015 maar voor lief. Zorginstellingen krijgen steeds minder mogelijkheden om voldoende en gekwalificeerd personeel te werven. Dat ligt niet alleen aan de budgetten, maar ook aan het aantal - jonge? - mensen dat aan een opleiding begint. Er dreigt een geweldige leegloop door vergrijzing van personeel en dat ligt dus niet direct aan de  kabinetsplannen. Bijkomend probleem: het aantal stageplekken met voldoende tijd voor begeleiding.  Het vinden van vrijwilligers in de zorg wordt een steeds groter probleem. En dan is er natuurlijk ook nog  de jeugdzorg met al haar aspecten, zoals speciaal onderwijs, criminaliteit en reclassering, al dan niet meervoudige gedragsproblemen en huiselijk geweld. Die generatie heeft ook recht op aandacht!
Jos van Koppen, Fractie Van Koppen

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12