Pijprokerskring James Upshall viert haar zilveren jubileum

DELFT - Een oude zegswijze stelt dat pijprokers geen onruststokers zijn. Dat deze volkswijsheid niet uit de lucht is gegrepen, bleek afgelopen afgelopen week wel in de sociëteit van C.S.R. Delft aan de Oude Delft. Hier werd woensdagavond namelijk het 25-jarig jubileum van Pijprokerskring James Upshall Delft en Omstreken op feestelijke wijze gevierd.

Een feestje was het inderdaad. De dertien leden van de vereniging, die ooit de naam The James Upshall Society droeg, verzamelden zich aan het begin van de avond bij Biercafé Doerak, alwaar pizza’s werden genuttigd. Daarna trok het feestende gezelschap richting de Oude Delft waar - onder het genot van een pijpje - het officiële gedeelte van de avond van start ging. 

Dit gebeurde met een speech van één van de vier founding fathers en archivaris van de vereniging: Donald de Groot. Hij vertelde over de oprichting, de hoogte- en dieptepunten waar de vereniging mee te maken heeft gehad en over zijn visie op de toekomst van de vereniging. De anekdotes volgden zich in een rap tempo op, zoals die van de enige niet-wedstrijdgerelateerde trip die de vereniging in 1995 ondernam. Het gezelschap besloot om op bezoek te gaan bij James Upshall, naar wie de vereniging vernoemd is en wiens bedrijf de eerste pijp van De Groot produceerde. In Londen beleefden de pijprokers bizarre avonturen en met zijn anekdotes had De Groot dan ook zijn lachers op de hand. 

Na De Groot’s bijdrage was het woord voor Henk Mesker, secretaris en penningmeester maar bovenal ook één van de drijvende krachten binnen het gezelschap. Hij gaf de overige leden een kijkje in een greep uit het archief van de vereniging en de oude knipsels leidden bij menig lid tot een feest van erkenning.
Na het eten van speciaal gemaakte feest tompoucen, het proosten op het vijfde lustrum en het opstoken van een pijpje kan voorzitter Marco van Maarschalkerwaard een gevoel van trots niet onderdrukken. “We hebben een heel leuke vereniging en het gaat ons vooral om het hebben van plezier en het genieten van de mooie dingen van het leven. Bij die mooie dingen hoort ook zeker de vriendschap die we hier met zijn allen delen.” Die vriendschap is, zoals uit het praatje van Donald de Groot bleek, door alles wat de leden gezamenlijk meegemaakt hebben, zeer hecht. “Want bij ons is meedoen belangrijker dan winnen”, vervolgt Van Maarschalkerwaard. “Toen ik tien jaar geleden lid werd van de vereniging, kende ik er twee mensen. Nu ken ik iedereen en is er sprake van vriendschappen voor het leven. Bij ons staat vooral het sociale aspect centraal. Er zijn ook verenigingen waarbij het vooral om het presteren gaat; dat zou niks voor mij zijn.”

Trainingskamp
Dat presteren zou bestaan uit het zo lang mogelijk brandende houden van een pijp. En dat is geen sinecure, weet Henk Mesker: “Daarom gaan Italiaanse deelnemers aan het WK bijvoorbeeld een week in trainingskamp voor dit belangrijke toernooi. Er zijn trouwens ook clubs die tussen de leden onderling wedstrijden organiseren om het competitie-element erin te houden. Wij zijn daar ook eens aan begonnen en we hebben het wel twee competitieronden volgehouden. Daarna zijn we ermee gestopt, omdat het ons vooral om de gezelligheid gaat.” Toch weet Mesker wél hoe je een goede klassering neer moet zetten. “Dan moet je een potje kaarten, dat leidt de aandacht van je pijp een beetje af en je kunt je wat beter ontspannen.” 

Het genootschap bestaat momenteel uit zo’n dertien leden en daar heeft Mesker zich inmiddels wel bij neergelegd. “Ik vind het zelfs wel fijn. Als je als vereniging te groot wordt, gaan er groepjes ontstaan en daar hebben we helemaal geen zin in. In het verleden hebben we geprobeerd om leden te werven door klanten die bij Bob van Renssen pijptabak bestelden te vragen of ze lid wilden worden, maar dat leverde niet veel reacties op.” Daarnaast, zo vertelde Donald de Groot in zijn speech, werd de oorspronkelijke naam The James Upshall Society verruild voor het wat laagdrempeligere Pijprokerskring James Upshall Delft en Omstreken. Deze naamswijziging had niet het toen zo gewenste resultaat. “Maar we zijn meer dan tevreden met onze huidige ledental. Gezellige mensen zijn altijd meer dan welkom, maar we zijn er niet wanhopig naar op zoek”, vertelt Marco van Maarschalkerwaard.

Heel veel gezelligheid
Wel is de vereniging erg blij met de laatste leden die zich hebben aangemeld hebben. Zij zorgen namelijk niet alleen voor heel veel gezelligheid, maar ook hebben zij de sociëteit van hun studentenvereniging C.S.R. Delft geregeld om het feest te vieren. “Dat we hier terecht kunnen is wel erg fijn”, stelt Henk Mesker. “Want tot een halfjaar geleden konden we altijd terecht bij de Nonnerie op het Agathaplein. Door pure pech, het brandalarm ging door een storing af na een avond waarop wij er een bijeenkomst hadden, kunnen we er niet meer aanschuiven. Doordat we deze locatie van C.S.R. mogen gebruiken worden we geen huiskamerclub. En dat is goed, want dat zou de doodsteek van de vereniging betekenen.” 

Joost van der Weijde, één van deze nieuwste leden, kwam in contact met de vereniging door deel te nemen aan de Open Delftse Kampioenschappen pijproken. “Na mijn tweede kampioenschap ben ik eens bij de vereniging gaan kijken en dat beviel goed. Het is gezellig en je kan door lid te zijn van de vereniging ook meedoen aan bijvoorbeeld het wereldkampioenschap. Zo kan ik, als we als vereniging op 16 oktober deelnemen aan het WK in Eindhoven, dus bij mijn vrienden opscheppen over mijn internationale sportcarrière. En dat is voor weinigen weggelegd!” (AdW)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12
info@delftopzondag.nl