De 16-23-competitie is 26 oud en nog steeds springlevend, vindt mede-organisator Dick van der Kooij

Algemeen

Dick van der Kooij is naast mede-organisator van de 16-23-competitie ook nog fanatiek scheidsrechter. (foto: Roel van Dorsten)

PIJNACKER - Voetbalverenigingen uit Delft en omgeving nemen dit seizoen al voor de zesentwintigste keer deel aan de DSW Rodi Media 16-23-competitie. Als het aan commissielid Dick van der Kooij ligt, gaan ze hier nog wel even mee door ook.

De grondslag van de competitie ligt in 1985, toen Jan Reurings trainer was bij Full Speed en Pierre van Zinnen bij dvv Delft. Zij dachten dat het weleens een goed idee zou kunnen zijn om met elftallen tegen elkaar te spelen die alleen maar bestonden uit jongens van tussen de zestien en de drieëntwintig jaar. Op deze manier raakten de ‘jonkies’ niet alleen gewend aan het voetballen bij de senioren; ook de jongens die al bij de senioren speelden, zouden stappen maken. Van hen werd een wat assertievere en coachende rol gevraagd. 

“Na zesentwintig jaar is die competitie nog steeds springlevend”, vertelt Dick van der Kooij, die samen met Nico van Velzen, Guus Heemskerk en Henk Lukassen het organisatiecomité van de competitie vormt. “Dat is wel iets om trots op te zijn, want andere initiatieven in West 2, de afdeling waarin wij spelen, houden het vaak niet al te lang uit.”

‘DE UITKOMST WAS DAT DSO MEE MOCHT DOEN’
Van der Kooij zelf werd in het seizoen 1989/1990 penningmeester van het comité. “Toentertijd was Jan van den Akker nog voorzitter. In de tussentijd heb ik meer voorzitters meegemaakt en ik heb met hen allemaal heel goed samengewerkt. Ook in het huidige comité gaat het erg goed.” 

Het gaat zelfs zo goed dat de eerste club buiten de Delftse regio toestemming heeft gevraagd om aan de competitie mee te doen. “Eki Korte is dit seizoen trainer van het Zoetermeerse DSO geworden en hij vroeg ons of hij met zijn club aan de competitie mee mocht doen. Dat hebben we met de deelnemende clubs overlegd en de uitkomst was dat DSO mee mocht doen, mits ze alleen maar uitwedstrijden gingen spelen. Daar gingen ze mee akkoord en zodoende doen ze ook mee.” 

De competitie bestaat, nu Delfia en SV Nootdorp weer in staat zijn om een elftal samen te stellen, uit twee poules van acht ploegen. “En dat is een mooi aantal. Het is dan ook niet de bedoeling dat andere ploegen van buiten de regio zich bij ons aansluiten.” 

DSVP, de club van Van der Kooij, doet het dit jaar zeer behoorlijk in de 16-23-competitie. De Pijnackernaren staan samen met Delfia en VV Schipluiden op een gedeelde eerste plaats, maar daarbij moet wel aangetekend worden dat de Schipluidenaren een wedstrijd minder gespeeld hebben. “Dus we doen aardig mee, alleen tegen Concordia liep het niet helemaal niet zoals we gehoopt hadden en we verloren dan ook terecht.” Ook vorig jaar gooiden de blauwwitten hoge ogen. Ze bereikten de finale, maar moesten daarin hun meerdere erkennen in de beloften van DHC. “Maar toen kende onze groep een andere samenstelling. We hadden toen behoorlijk wat oudere spelers in de selectie, nu doen we het vooral met jeugdspelers en selectiespelers die terugkomen van een blessure.” 

Dat de 16-23-competitie ook onder de spelers leeft, blijkt volgens Van der Kooij wel als de selecties bekendgemaakt worden. “Onze trainer heeft de luxe dat hij uit zo’n twintig spelers kan kiezen voor zijn selectie. Dit houdt in dat hij weleens spelers zal moeten teleurstellen. Dat valt heel goed uit te leggen, maar je merkt wel aan die jongens dat ze het niet leuk vinden. Ze zijn heel gretig.”


‘CLUBS ZIJN EENSGEZIND EN WERKEN GRAAG SAMEN’
Volgens Van der Kooij heeft de competitie een stevig draagvlak onder de voetbalclubs in Delft en omgeving. “En dat is ook wel iets om trots op te zijn. De competitie wordt dit seizoen voor de zesentwintigste keer georganiseerd en dat komt doordat de clubs zien dat er ook daadwerkelijk een meerwaarde is. Clubs zijn eensgezind en werken graag samen. Ze zien ook wel dat ze elkaar nodig hebben om de competitie tot een succes te maken.” 

Zelf heeft Van der Kooij nog lang geen genoeg van de competitie. “Het leukste aan mijn rol binnen de organisatie vind ik dat ik door de jaren heen de contactpersonen binnen de club steeds beter ben gaan kennen. Daarbij zijn we het binnen het organisatiecomité eens over welke koers we willen varen en kan ik er volledig mijn ei kwijt. Het is leuk om te zien hoe alles gewoon reilt en zeilt en om ook eens bij andere verenigingen dan alleen maar DSVP te kijken hoe het er daar aan toegaat.” Van der Kooij geniet ervan, omdat hij een echt voetbalmens is, die de glorietijd van DSVP - onder trainer Dick Advocaat - als speler meemaakte. “Het voetbal heeft me zoveel plezier gebracht, dat ik ook iets terug wilde doen. Daarom houd ik me nu, na ruim twintig jaar, nog steeds bezig met de organisatie van de 16-23 competitie.” (AdW)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12