Aad Bezemer dinsdagmiddag in actie in Sportcafé de Mookies, in Sporthal de Buitenhof.
Aad Bezemer dinsdagmiddag in actie in Sportcafé de Mookies, in Sporthal de Buitenhof.

Aad Bezemer (60) is al even lang aan Darts in Delft verknocht als dat de vereniging oud is

sport

DELFT - Darts in Delft bestaat dit jaar dertig jaar. Aad Bezemer is al vanaf de oprichting bij de vereniging betrokken en zet zich al even lang vrijwillig in.

De 60-jarige Delftenaar weet nog goed hoe het ooit begon. Het was begin jaren '80, hij was nog jong en kwam regelmatig in de Koornbeurs, waar hij in de activiteitencommissie zat. Zijn broer woonde in een studentenhuis aan de Voorstraat. "Op een gegeven moment kwam daar een nieuwe bewoner. Een Engelsman. Die had een dartbord meegenomen", vertelt Bezemer. Dat zag je in die tijd niet vaak, weet hij nog. Bezemer en andere Delftenaren gooiden ook wat pijltjes. Ze werden enthousiast en besloten ook in de Koornbeurs een dartbord op te hangen. "Stonden we tot 3 uur 's nachts te darten. Totdat we dachten: misschien is het nu wel tijd om een keer naar huis toe te gaan. De verslaving zat er al snel in."
Ze kwamen erachter dat in nog enkele Delftse kroegen werd gedart. Vanuit Café Royal werd geopperd eens een darttoernooi te organiseren, met zes teams uit vier kroegen. "En we gingen al gauw van zes teams naar twaalf teams en twaalf werden er vierentwintig." In 1986 werd besloten het darten in Delft op een officiële manier te organiseren. De vereniging Darts in Delft (DID) werd opgericht. "Ze probeerden me vervolgens over te halen om bestuurslid te worden en het lukte me niet om 'nee' te zeggen." Dat is nooit zijn sterkste punt geweest. "Ik zit nog steeds in het bestuur. Tegenwoordig als penningmeester."

-Heb je daar veel werk aan?
Bezemer: "Dat valt mee. Die paar rekeningen die we hebben, daar heb ik het niet zo druk mee. We hebben bijvoorbeeld geen kantine, dus daar heb je al geen omkijken naar. Het betalen van de contributie is maar één moment in het jaar. En in vergelijking met andere verenigingen zijn onze 575 leden best trouwe betalers."

-Heeft DID veel vrijwilligers?
"We hebben daarover nooit te klagen gehad. Zeker als er een speciaal evenement of toernooi wordt georganiseerd, zijn er altijd genoeg die iets willen doen. Maar wat betreft de organisatie van wedstrijden tijdens het seizoen, wordt er altijd veel door dezelfde groep mensen gedaan. Maar goed, dat is bij elke sportvereniging zo."

-Je zet je al dertig jaar vrijwillig in. Blijf je dat nog even doen?
"Ja, ik ben onlangs weer voor drie jaar benoemd. Ik merk dat m'n inzet wel wordt gewaardeerd. Niet dat ik dagelijks schouderklopjes krijg, want daarvoor is het weer te veel een gewoonte."

-Heb je weleens overwogen ermee te stoppen?
"Ja. Het zou raar zijn als dat nooit het geval was geweest. Het was op momenten dat je het druk hebt met allerlei andere dingen."

-Hoe gaat het verder met de vereniging?
"We zijn gezond. We zitten nu al enkele jaren stabiel op zo'n 86, 87 of 88 teams. Misschien dat we nog een kleine groei meemaken, maar het zal niet meer worden zoals in de hoogtijdagen, toen we 145 teams hadden."

-Hoe goed kun je darten?
"Hoe goed kón ik darten, kun je beter vragen. Ooit heb ik kwalificatiewedstrijden voor het Nederlands team gespeeld. Toen streden we met acht man om vier plekken. Helaas was ene Raymond van Barneveld toen net wat beter en viel ik buiten de boot. Natuurlijk blijf je als darter, als je op niveau hebt gedart en er een beetje gevoel voor hebt, altijd wel enig niveau houden. Maar als je echt de top wilt halen moet je veel blijven darten."

-Wat vind je mooi aan de sport?
"Je kan, als je een goede dag hebt, van iedereen winnen."

-Is darten een sport?
"Voor 90 procent van de mensen niet. Als je het serieus doet, zoals Delftenaar en DID-lid Matthew Medhurst, dán beoefen je darts wel degelijk als een sport. Maar voor het merendeel van onze leden is een wedstrijd meer gewoon gezellig onderling een wedstrijdje spelen."