Blue Birds heren 1 blijft ondanks tegenslag vooruit kijken

Editie: Week 39, Jaargang 20 |

Blue Birds werkt, mede door de nieuwe sponsor, steeds harder aan een professionele basis voor succes.

DELFT - Blue Birds Heren 1 is dit seizoen vijfde geworden in de eerste klasse. Op het eerste gezicht een prima prestatie voor de promovendus.

Wie op 12 augustus 2012 het interview met trainer Rob Hendriks in de krant Delft op Zondag heeft gelezen, weet echter dat Blue Birds meteen wilde doorstoten naar de overgangsklasse. Tjibbe van Dijk en Marc Neville verklaren het mislopen van het kampioenschap. “Over twee seizoenen staan we met een jonge, sterke ploeg in de overgangsklasse en degraderen daar niet meer uit”, luidde het slotakkoord van Rob Hendriks in de zomer van vorig jaar. Een doelstelling die nu, twee weken na de laatste competitiewedstrijd van Blue Birds, officieel niet is gehaald. Hendriks gaf aan samen met Tjibbe van Dijk en Marc Neville hard bezig te zijn met het inpassen van junioren. Ook daar is nauwelijks iets van terechtgekomen. Het team, dat dit jaar uitstekend aan het seizoen begon, maar daarna ver wegzakte, is zelfs ‘oud’ te noemen. “Het moment waarop we moeten gaan verjongen, is nu echt aangebroken”, vindt Tjibbe van Dijk. “Daarover hebben we deze week een gesprek met het bestuur. Er moet een opleidingsteam komen dat vlak onder het eerste team speelt. Daar staat de club ook positief tegenover en dat is goed. De stap naar de eerste klasse is voor de meeste junioren erg groot. Als zij eerst een tussenstap maken, kunnen ze vervolgens op jonge leeftijd bij ons aansluiten. Daar willen wij als ‘heren 1’ ook graag tijd insteken. Dat hebben we de afgelopen jaren ook nadrukkelijk gedaan. Er is een heel mooi jeugdbeleid op poten gezet en dat gaat nu zijn vruchten afwerpen. Daar moet ook ruimte voor worden gecreëerd bij de senioren.”

“Blue Birds is vooral een gezelschapsvereniging”, geeft Marc Neville aan. “Als dat je belangrijkste speerpunt is, is het niet vanzelfsprekend dat je als club meegaat in de ambities van het eerste team. Blue Birds heeft een goede accommodatie met een eigen hal en een prachtig veld, maar we hebben de laatste jaren nooit over onze ambities gesproken. Dat gaat nu wel gebeuren en dat is hartstikke positief.” Die tweestrijd tussen ‘gezelligheid’ en ‘topsport’ is dan ook tot in het eerste team terug te zien. Terwijl alle selectiespelers graag kampioen wilden worden in de eerste klasse, is er nogal een verschil in trainingsarbeid op te merken. Waar sommige spelers veel tijd en energie in het honkbal kunnen en willen steken, zijn anderen gebonden aan werk en hun gezin. De hoofdreden voor het mislopen van het kampioenschap moet echter ergens anders worden gezocht. “We hebben dit seizoen met veel blessures te maken gehad”, verklaart Neville. “Ook zijn bijna alle spelers tijdens het seizoen op vakantie gegaan. Dat kan natuurlijk ook niet anders als je werk en kinderen hebt. Dat gunnen we elkaar van harte, maar dat heeft wel tot gevolg dat we op sommige momenten vijf belangrijke basisspelers misten. Als je daar de blessuregevallen bij optelt, weet je waarom het aan het einde van het seizoen fout is gegaan.”
“Blessures zijn natuurlijk ook deels te wijten aan het feit dat we een oude ploeg hebben waarin niet iedereen de tijd heeft om ervoor te zorgen dat hij topfit is”, nuanceert Van Dijk. Zelf is hij vier keer per week in de sportschool te vinden en heeft hij veel voor het honkbal over. Toch irriteert het hem niet dat zijn ploeggenoten niet hetzelfde doen. “We hebben een hecht en een goed team waarin iedereen ambitieus is. Bovendien is deze groep de leukste waarmee ik ooit gespeeld heb. We zijn vrienden. Of we niet te lief zijn voor elkaar? Daar raak je wel een beetje een gevoelige snaar. Het is namelijk niet makkelijk om je altijd uit te spreken. Ik offer veel op voor het honkbal en vind het moeilijk om te zien dat anderen dat niet doen. Zeker omdat ik weet hoe goed ze zouden zijn als ze dat wel deden. Dat bedek ik dan maar met de mantel der liefde.” “Tjibbe en ik hebben hoofdklasse gespeeld”, vult Neville aan. “Wij zijn een andere standaard gewend. In de hoofdklasse ben je veel meer individueel aan het sporten en ga je heel anders met je teamgenoten om. Daar ben je hard voor elkaar als het even niet loopt. Hier doe je het veel meer met elkaar en weet je dat iedereen op zijn manier het maximale doet. Daar nemen we genoegen mee.”

De verbetering is inmiddels wel ingezet. Er wordt met het bestuur gesproken over een opleidingsploeg, trainer Rob Hendriks wil graag blijven en met Rijgersberg Bouw en Onderhoud is een waardevolle sponsor voor de selectie aangetrokken. “Het team zal komend seizoen bij elkaar blijven, aangevuld met versterking van buitenaf”, blikt Van Dijk vooruit. “We zijn met twee spelers in gesprek die ons beter kunnen maken en met het beoogde opleidingsteam hebben we nog een vijver om uit te vissen. We moeten alleen nu wel realistisch zijn, ons verlies nemen en opnieuw kijken hoe we ervoor staan. We moeten volgend seizoen sowieso voor een plek in de top- 3 spelen en als we de beoogde versterking erbij krijgen, kunnen we kampioen worden.” (MA)

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12
info@delftopzondag.nl