De geur van gist is volgens DSM zo goed als verdwenen, maar dat is niet voor iedereen genoeg

Algemeen

DELFT – Delftenaren herkennen het uit duizenden: De geur van de Gistfabriek. Als het aan Delftenaar Bert Barnhoorn ligt, moet het echter gauw afgelopen zijn met de stankoverlast die de fabriek volgens hem 24 uur per etmaal verspreidt.

Hij roept Delftenaren daarom op om naar de Provincie te bellen als zij de herkenbare geur ruiken. Zijn plan om juist nu in actie te komen is niet toevallig. De Provincie Zuid-Holland is momenteel bezig met de nieuwe milieuvergunningen voor DSM Gist. Deze moeten naar verwachting tegen het einde van dit jaar klaar zijn. Als er bij de Provincie veel klachten binnenkomen over de geuroverlast van DSM, dan wordt dit meegenomen in het overleg, verwacht Barnhoorn. En dus roept hij iedereen op om zijn of haar geluid te laten horen. “Zodat we kunnen proberen om de geuren van DSM, die toch wel waarneembaar zijn, niet tot buiten het fabrieksterrein te laten komen. Je ruikt het nu zelfs in Ypenburg. En vorig jaar, toen er een straffe wind stond, kon ik het zelfs op de parkeerplaats van Intratuin in Pijnacker ruiken. Terwijl de fabriek zelf zegt dat je het buiten hun terrein niet ruikt.”

Barnhoorn en enkele andere lieden van de Belangenvereniging Zuidpoort belden dit jaar al een aantal keer naar de Provincie als ze de fabriek roken. Barnhoorn schat dat hij zelf al zo’n twintig keer de telefoon ter hand heeft genomen. 

Hij is overigens niet de eerste Delftenaar die actie voert tegen de geur van de Gistfabriek. In het verleden was de actiegroep Gist Kan Beter op dit front actief. Hun acties zijn echter op een erg laag pitje komen te staan. Bovendien: “In 2005 was hun doel wel bereikt”, weet Barnhoorn. “De ergste geur was verdwenen. De fabrieksleiding van DSM had de kritieken serieus genomen. De Provincie en DSM hebben de boel toen aangepakt.” Volgens Barnhoorn was daarna zo’n tweederde deel van de geur verdwenen. “En die laatste éénderde, dáár hebben we nog steeds last van.”

Stuk minder erg
Volgens een woordvoerster van DSM is het een stuk minder erg met de geuroverlast van de fabriek gesteld. “Er is in de afgelopen jaren voor 8 miljoen euro geïnvesteerd in maatregelen”, laat de DSM-woordvoerster weten. “Daarmee is de geurverspreiding teruggebracht tot het huidige niveau, met nog nauwelijks hinder. Onze installaties voldoen aan wat wordt genoemd de ‘stand der techniek’ en de ‘maximale bescherming van het milieu’.” De geuremissie voldoet volgens haar ‘aan de Nederlandse Emissie Richtlijn en het provinciaal geurbeleid’. “Dit is vastgelegd in onze milieuvergunning die getoetst en goed bevonden is door de Raad van State’. De verspreiding van geur blijft dus binnen de wettelijk acceptabele hinderniveaus. Door alle genomen maatregelen komen er nog nauwelijks klachten binnen bij de Provincie en bij DSM.” 

Daar wil Bert Barnhoorn verandering in brengen. Delftenaren moeten naar telefoonnummer 070 – 441 61 11 bellen of het klachtenformulier op de website www.zuid-holland.nl/thema’s/milieu invullen, zo vindt hij. “De geuroverlast moet volledig stoppen”, stelt Barnhoorn. Een oplossing is er volgens hem wel degelijk, maar deze is prijzig. “Tien jaar geleden werd gezegd dat de maximale oplossing 14 miljoen euro kost. Ik vind zeker dat ze miljoenen mogen uitgeven aan de oplossing van het probleem. Ze zijn al zó lang te gast in Delft. Voorheen was er nog wel eens sprake van dat ze wellicht uit Delft zouden verdwijnen, maar daar is nu geen sprake meer van.” Volgens DSM zijn ‘verdere technieken op dit moment niet beschikbaar’. “Maar bij elke verandering aan onze installaties wordt hier wel naar gekeken”, aldus de woordvoerster. Ze erkent dat er soms nog enige geuroverlast kan zijn voor omwonenden van de fabriek. “Onze ervaring en berekeningen tonen aan dat er in 98 procent van de tijd – volgens de normen - geen sprake is van hinder. In 2 procent van de tijd kan er sprake zijn van enige hinder en in slechts 0,01 procent van de tijd is er sprake van ernstige hinder. We kunnen het dus niet helemaal voorkomen. Met de omwonenden wordt hierover regelmatig gecommuniceerd door middel van ons blad DSM Delft Nieuws, onze website en de jaarlijkse omwonendenavond.”

Barnhoorn denkt dat veel Delftenaren zich aan de geur van gistfabriek storen. “Maar de meesten zullen zeggen dat het niets uithaalt om naar de Provincie te bellen. Mensen denken: ‘Wat kun je eraan doen? Morgen staat er wel weer een andere wind’. We moeten nu echt naar de Provincie gaan bellen om te laten weten dat we de fabriek nog steeds ruiken. Als er voldoende klachten komen, dan heeft dit ongetwijfeld gevolgen voor de fabriek.” (JN)


Wat ruiken we eigenlijk?
De grootste bron van geur is de productie van gist. Bij die productie komen zeer kleine hoeveelheden alcohol in de lucht. Alcohol is een natuurlijk bijproduct van gist. De hoeveelheid wordt volgens DSM door de technieken zo laag mogelijk gehouden, maar blijft zoals eerder gezegd, soms waarneembaar.

Download de laatste krant!

Energieweg 3
2627 AP Delft

T: 015 - 214 39 12