Blik vanuit de Groeneveldse Molen op Schipluidense kassen (die niet voorkomen in bijgaand tuinbouw verhaal) nabij ’t Woudt, met verderop Delftse hoogbouw (Foto: Henk de Kat)
Blik vanuit de Groeneveldse Molen op Schipluidense kassen (die niet voorkomen in bijgaand tuinbouw verhaal) nabij ’t Woudt, met verderop Delftse hoogbouw (Foto: Henk de Kat)

Crisis tuinbouw ook kopzorg voor aardwarmte

Algemeen

DELFT – Het is crisis in de tuinbouw. Vier op de tien kasbedrijven verkeren door de hoge aardgasprijzen in de financiële gevarenzone, meldt Glastuinbouw Nederland. Ten oosten van Pijnacker-Nootdorp stopt een groot opkweekbedrijf er al mee, 400 werknemers komen op straat. De burgemeester van Westland luidt de noodklok, bang dat ook toeleveringsbedrijven in zijn tuinbouwgemeente worden meegesleurd als kassen sluiten. Veel tuinders kunnen de rekening voor hun hoge aardgasverbruik niet meer betalen. Maar de crisis kan ook fnuikend zijn voor tuinbouwbedrijven die juist hebben ingezet op geothermie, winning van aardwarmte waarbij nauwelijks CO2 vrij komt. En deze vorm van duurzame energie is volgens het rijk ‘cruciaal’, om behalve kassen ook stedelijke woonwijken af te krijgen van het veel minder schone Groningse aardgas. 

Door: Henk de Kat

Geothermie is een belangrijke troefkaart voor de regering, die Nederland al in 2030 voor dertig procent aardgasvrij wil hebben. Heet water van grote diepte moet daarbij helpen. Het is vooral de tuinbouw, al twaalf jaar ervaren met deze mijnbouwtechniek, die zulke aardwarmte moet en ook kan leveren. Het paradoxale is nu, zegt de gekwelde tuinbouwsector, dat de overheid wel onze aardwarmte wil hebben, maar dat die overheid tegelijk ‘volstrekt onvoldoende’ steun biedt om onze kassen overeind te houden. Hoe verder?

Winning van aardwarmte, in feite heet water van zo’n 80 graden Celsius, is hoofdzakelijk nog het domein van een aantal grote tuinders en tuinbouw-consortia, met imposant ogende geothermiefabrieken op het erf. De regio’s Westland en Oostland (Pijnacker-Nootdorp en de omgeving van Bleiswijk) zijn daarin nationale koplopers. Hier werd al twaalf jaar geleden begonnen met de warmtewinning uit de op 2,5 kilometer diepte liggende en 60 miljoen jaren oude grondlaag van het Delftse Zandsteen. Het hieruit opgepompte hete water wordt gedistribueerd naar soms vele tientallen collega-tuinders, en onderhand ook naar enkele nabije woonwijken.

In stedelijk gebied blijkt geothermie een stuk moeilijker te realiseren. In Delft ligt een actueel plan op tafel van een consortium rond de TU, Shell, staatsbedrijf EBN en operator Aardyn. Die groep wil onder Delfgauw heet water halen, uit dezelfde diepe Zandsteen laag. De bedoeling is hier, naast wetenschappelijke onderzoek naar de beste manieren van geothermie werkwijze, om louter stedelijk gebied te verwarmen: de eigen campus en Buitenhof en Voorhof. Het doorgaan ervan is echter nog ongewis. Eerst is een sluitend businessplan nodig, met vooraf een gegarandeerde afzet van dat hete water in de Delftse buitenwijken. Pas daarna kan aan de Rotterdamseweg een geothermie-installatie van rond de 30 miljoen euro worden gebouwd.

Zoals overal in Nederland blijkt zo’n zakelijk plan in een stad, met z’n complexe overlegstructuren en een ook nog ontbrekend transportstelsel voor heet water moeizaam voor elkaar te krijgen. Veel moeizamer dan inventieve en daadkrachtige tuinders met elkaar, de bank en een uitvoerend team van gespecialiseerde geothermie-techneuten weten te bekokstoven. Vooralsnog blijft de tuinbouwsector dus nog de onbetwiste hoofdleverancier van die duurzame aardwarmte. Dat is een risico, nu één op de drie tuinderijen komende winter zou kunnen omvallen. Dat risico bestaat ook in Haaglanden en de Pijnackerse regio, volgens een representatieve enquête van Glastuinbouw Nederland. “Dat zet dan tevens een rem op duurzame innovaties, zoals geothermie”, zegt voorzitter Adri Bom-Lemstra van deze belangenorganisatie over één van de mogelijke gevolgen.

De reden van de crisis zit ‘m ook bij de tuinbouw in de hoge gasprijzen. Bom-Lemstra: “Tot het uitbreken van de oorlog in Oekraïne waren tuinders zo’n 25 procent van hun kosten kwijt aan energie. Nu is dat 70 tot 80 procent.” Zij was afgelopen week met Glastuinbouw Nederland, vertegenwoordiger van zo’n 3.000 professionele kwekers in het land, volop met het rijk in overleg over gerichte noodsteun. Al weken daarvoor werd reikhalzend uitgekeken naar een beloofd hulppakket voor het MKB (midden- en kleinbedrijf) en ook voor de tuinbouw. Toen dat pakket vorige week vrijdag bekend werd gemaakt door het ministerie van Economische Zaken, volgde afgelopen maandag een zeer teleurgestelde reactie van Glastuinbouw Nederland. Bom-Lemstra: “In dat pakket wordt gesproken over een maximale steun voor een agrarisch bedrijf van 62.000 euro per jaar, met mogelijke oprekking daarvan naar 93.000 euro. Dat is voor een glastuinbouwbedrijf absoluut onvoldoende. Hiermee gaan we het echt niet redden.”

Tuinders zijn onmiskenbaar grootverbruikers van energie, met hun vaak vele voetbalvelden beslaande kas-complexen. Hun roep nu om hulp wegens die uit de pan gerezen gasprijzen leidt tot net zo’n maatschappelijk milieudebat als langer al over de landbouw het geval is. Zo haalde tv-maker Arjen Lubach onlangs in zijn Avondshow hard uit naar met name de teelt van sierbloemen. Die kweek hekelde hij als nutteloos (‘er is toch ook geen siermelk?’), als veroorzaker van veel CO2 en ook misstanden rond buitenlandse arbeidskrachten, en als vervuiler van slootwater met bestrijdingsmiddelen. Tuinders in het Westland, Pijnacker-Nootdorp en Schipluiden konden er allerminst om lachen. 

Voorzitter Adri Bom-Lemstra van Glastuinbouw Nederland kan dat evenmin. “Het is van groot belang dat mensen zich goed verdiepen in de stappen die de glastuinbouw de afgelopen 15 jaar heeft gezet op het gebied van energiebesparing en verduurzaming, zeker voordat ze uitspraken doen in de media. Zowel op het gebied van energie als plantgezondheid zijn grote stappen gezet. In de glasgroente worden op alle bedrijven biologische bestrijders ingezet om plagen te beheersen. Bij de bloemen en potplantenteelt neemt dat ook steeds meer toe. Voor bloemen geldt dat nu voor 90 procent en bij de potplanten voor 80 procent van het areaal. Ook is het energieverbruik in de gehele glastuinbouw sinds 1990 per eenheid product gehalveerd. We telen het duurzaamst van Europa, we gebruiken veel minder water en gewasbeschermingsmiddelen dan in andere landen. Bovendien is de economische kracht van de totale tuinbouwsector enorm. Wij dragen twee keer zoveel bij aan de economie als Schiphol.”

Hans Bolscher is directeur van Geothermie Nederland, de belangenorganisatie die zich sterk maakt voor de komst van veel meer nieuwe aardwarmte-installaties. Doel is van het Groningse gas af te komen en minder afhankelijk te worden van buitenlandse energiestromen. “Het kabinet noemt die doorgroei van geothermie ‘cruciaal’, in het streven naar een aardgasvrije toekomst”, zegt hij. Grootste voordeel van deze natuurlijke energiebron uit de diepe ondergrond is dat er, in tegenstelling tot bij verbranding van aardgas, geen of nauwelijks CO2 uitstoot bij vrij komt. Bolscher mikt er op dat aardwarmte in 2030 voor zo’n tien procent gaat voldoen aan alle warmtebehoefte in de Nederlandse kassen plus gebouwde omgeving. Hij denkt dat het mogelijk, is ‘als alle partijen er hun schouders onder zetten’. 

Hij neemt het daarom op voor de tuinbouw, die ook kan gaan leveren aan woonwijken. “Wel zullen eerst nog veel meer zogenaamde warmtenetten, leidingstelsels, moeten worden ontwikkeld voor het transport van heet water. Zeker in de gebouwde omgeving. Dan kan ook in steden worden geprofiteerd van de kennis en ervaringen die de tuinbouw inmiddels heeft opgedaan met geothermie. Maar die sector verkeert nu in zwaar, heel zwaar weer. De hoge aardgasprijzen zorgen voor extreem hoge kosten. Als je dan als cluster van tuinbouwbedrijven ook nog eens extra hebt geïnvesteerd in de productie van geothermie en die duurzame, CO2-vrije energie nu niet kunt inzetten of verkocht kunt krijgen, dan is dat extra zuur.”

Tuinders met een geothermie-installatie hebben in de kas vrijwel geen Gronings aardgas meer nodig. Voor een buitenstaander is het moeilijk te begrijpen dat ze dan toch lijden onder de huidige hoge prijzen voor dat gas. Piet Broekharst, bij Glastuinbouw Nederland werkend als energie-deskundige: “Het is ook lastig uit te leggen. Je zou inderdaad zeggen dat als gas duur is, geothermie juist rendabel wordt. Maar het punt is, dat de subsidie op geothermie anders in elkaar zit.”

Opzetten van een geothermie-fabriek kost tuinders – en straks ook het consortium van de TU Delft – eerst tientallen miljoenen aan investering, schetst Broekharst. Staat zo’n installatie er, dan wordt aardwarmtewinning door mijnbouwexperts per locatie een geschatte levensduur gegeven van dertig jaar. Daarna is onzeker of de betreffende diepe winput nog voldoende warm water bevat. De rijkssteun voor geothermie houdt tot nu toe in dat geothermie gedurende de eerste vijftien jaar van het bestaan wordt gesubsidieerd met een bedrag per kubieke meter heet water, om het verschil te verkleinen tussen de kostprijs voor de winning daarvan (tot voor kort relatief hoog) en de kostprijs voor aardgas (tot voor kort laag). Op basis van dit subsidiestelsel durfden tuinders de miljoeneninvestering in een geothermie-installatie aan. En daarop rekende ook de TU Delft groep. 

Door de actie van Poetin om de Russische gastoevoer te sluiten zijn de kaarten echter totaal anders komen te liggen. Geothermiewarmte is nu goedkoper dan aardgas. Broekharst: “Maar een geothermie-exploitant rekende vanaf de start dus wel op die subsidie, om na vijftien jaar de investering in principe te hebben terugverdiend. Daarna zou een periode volgen van nog eens vijftien jaar looptijd met heel lage variabele kosten voor aardwarmte. Door de nu zo hoge gasprijs is die subsidieregeling voor geothermie echter totaal verstoord geraakt. Een hoop geld waarop een tuinder met zijn langetermijnfinanciering had gerekend komt niet meer. Dan verdien je dus die investering niet meer terug. En daar zit voor geothermie-tuinders het probleem.”

Hans Bolscher van Geothermie Nederland: “Het is paradoxaal dat juist in deze tijd, waarin we streven naar energietransitie om van aardgas af te komen, het voor een tuinder momenteel goedkoper is geworden om in de kas van het schone geothermiewater weer terug te gaan naar de oudere op aardgas draaiende WKK, een warmtekrachtinstallatie die tegelijk warmte en stroom produceert met meer CO2-uitstoot. Dat moet ook het rijk toch niet willen!”

Over een oplossing voor het achterhaalde subsidiestelsel wordt komende weken naarstig verder onderhandeld tussen het ministerie van Economische Zaken en Glastuinbouw Nederland. Broekharst: “Het ligt het meest voor de hand om een basis-subsidie af te spreken, voor twee jaar of zo. Geothermie kost vijftig cent per kuub, en daar krijgt een kweker nu dus niks voor. Maar als je er de komende tijd 25 of 30 cent voor zou ontvangen, dan komt die andere 25 of 30 cent wel bij die tuinders vandaan. Die snappen en vinden ook dat je geothermieprojecten voor duurzame energie in leven moet houden, en dat je door de zure appel moet. Maar die zure appel is nu te groot, nu er helemaal geen subsidie is.”

Deze serie artikelen is mede mogelijk gemaakt door Media Fonds Delft en Delft op Zondag 

Afbeelding