Het bestuur van de Delftse Carnavalsvereniging uit hun zorgen over de carnavalsviering (foto: DCV)
Het bestuur van de Delftse Carnavalsvereniging uit hun zorgen over de carnavalsviering (foto: DCV)

Carnavalsviering Delft in het nauw

Algemeen

DELFT - Carnaval is een begrip in Delft of volgens Erwin Zaalberg, vicevoorzitter van de Stichting Delftse Carnavals Vereniging (DCV): "De grootste stad boven de rivieren waar het carnaval echt leeft." Desalniettemin lijkt het bij de voorbereidingen op het gebeuren niet geheel koek en ei . Er klinkt kritiek vanuit de Delftse carnavalsverenigingen en een oplossing voor de problemen, is er nog niet.

Door Svjetlana Živkovic

Van 22 tot en met 25 februari 2020 is het weer zover: Delft wordt Kabbelgat. De traditionele carnavalsviering gaat dan weer van start. Een echte feestweek! Maar er schuilt een hoop bloed, zweet en tranen achter de schermen: "de organisatie en de voorbereidingen verlopen ieder jaar moeizaam," zeggen DCV voorzitters Willem Baijens en vicevoorzitter Erwin Zaalberg. "Het wordt steeds lastiger."

Geen plek om te bouwen
Erwin Zaalberg noemt het vinden van een geschikte bouwplaats voor het bouwen van de praalwagens, één van de voornaamste redenen dat de organisatie van de carnavalsviering niet lekker verloopt: "We kunnen gewoon geen geschikte plek vinden om te bouwen," zegt de vicevoorzitter. Volgens Erwin heeft dit te maken met de financien: "het zou natuurlijk mooi zijn als je zo'n 2 à 3 maanden een goede locatie kan gebruiken. Maar als daar dan honderden euro's per maand voor in rekening worden gebracht, dan valt het voor ons gewoon niet meer te behappen. Die optocht komt er natuurlijk wel, maar doordat er nauwelijks nog ergens gebouwd kan worden, verschijnen er steeds minder praalwagens en dat is jammer," zegt Erwin

Gemeenteondersteuning
Volgens voorzitters Baijens en Zaalberg mag de gemeente Delft meer betrokkenheid en ondersteuning bieden aan de carnavalsverenigingen: "de verenigingen moeten alles helemaal zelf regelen en bekostigen. Denk hierbij aan de verkeersregelaars, de EHBO'ers, veegwagens, noem het maar op. Dit komt bovenop de kosten voor een geschikte bouwlocatie, waar de verenigingen ook al voor opdraaien. De gemeente biedt ons totaal geen helpende hand, integendeel we worden steeds meer beperkt. We mogen bijvoorbeeld al geen confetti meer strooien vanaf de praalwagens, want als handhaving de volgende dag iets ziet liggen, wordt gelijk met de vinger naar de carnaval gewezen. Als je dit vergelijkt met hoe soepel het onder de grote rivieren gaat. Dat wekt een gevoel op dat het in gemeentekringen niet echt leeft." Erwin Zaalberg vindt het vooral opmerkelijk dat andere gebeurtenissen wel aandacht krijgen: "als de OWee week heeft plaatsgevonden, is het een bende in de stad en dat wordt wel allemaal opgeruimd door de gemeente. Ik zie daar een groot verschil in. De onwil een helpende hand uit te steken kan gevolgen hebben voor het carnaval. Het wordt steeds minder. Hoe lang houden we dit nog vol? Nog zo iets, het aanvragen van vergunningen. Dit duurt lang en je bent daarbij volledig afhankelijk van de reactie van de gemeente, want zonder vergunning je niet verder."
Verwachtingen
De Delftse carnavalsverenigingen willen dat de gemeente actiever meedenkt bij de problemen: "er zijn zeker dingen waar we best wat hulp bij kunnen gebruiken. Bied bijvoorbeeld eens een veegwagen aan namens de gemeente of zorg dat er afvalbakken op de Markt staan. Wij moeten nu alles helemaal zelf regelen en dat is gewoon niet te doen. Alles hangt af van sponsoren en giften. We krijgen geen geen euro van de gemeente en alle kosten worden iedere keer weer op ons bordje gegooid. Dit geldt voor alle Delftse carnavalsverenigingen. We missen die medewerking, want van ons, als overkoepelend orgaan, wordt verwacht dat wij het allemaal wel even regelen. Dat gaat bijna niet meer." Aldus DCV vicevoorzitter Erwin Zaalberg.

Reactie van de gemeente
Wethouder Bas Vollebregt van de gemeente Delft reageert: "Elk jaar vraagt de DCV een vergunning aan voor de grote optocht. De gemeente overlegt met de stichting en verleent de vergunning. Het is logisch dat zij, net als andere evenementen, geen rotzooi op straat mogen achterlaten. De kosten voor het schoonmaken zijn altijd voor de organisator. Na het feest moet de stad weer netjes zijn. Daar willen we geen klachten over. In het bericht van DCV lees ik dat het moeilijk is om locaties te vinden waar praalwagens gebouwd kunnen worden. Dat is jammer. Helaas hebben we daar als gemeente geen invloed op. Dat is een zaak tussen de verenigingen en de eigenaren van locaties waar gebouwd kan worden. Carnaval verbindt mensen en draagt bij aan saamhorigheid. Mede daarom is de burgemeester op de Markt om de optocht te ontvangen."