Voor het eerst is door de GGD Haaglanden onderzocht hoe actief Delftse jongeren met sociale media bezig zijn. Ongeveer acht op de tien jongeren is hier dagelijks mee bezig en Delft verschilt daarin niet van gemeentes in de regio.
Voor het eerst is door de GGD Haaglanden onderzocht hoe actief Delftse jongeren met sociale media bezig zijn. Ongeveer acht op de tien jongeren is hier dagelijks mee bezig en Delft verschilt daarin niet van gemeentes in de regio.

Delftse jeugd rookt minder en somberheid neemt toe

Algemeen

DELFT – Delftse jongeren drinken, roken en pesten minder, maar voelen zich steeds eenzamer. Bovendien kampen steeds meer jongeren hier met overgewicht. Dat blijkt uit een onderzoek dat GGD Haaglanden afgelopen week publiceerde.

Door: Jesper Neeleman

GGD Haaglanden ondervroeg eind vorig jaar ruim vijfhonderd Delftse jongeren van 12 tot en met 18 jaar. De uitkomsten werden vergeleken met die van anderen gemeentes in de regio èn met de cijfers van vijf jaar geleden. Het levert bijzondere constateringen op. Om met het goede nieuws te beginnen: het aantal kinderen dat wordt gepest neemt af. In 2010 was dat nog 16 procent, maar dat percentage is nu gehalveerd. Ook spijbelen ze minder van school. 'Slechts' 16 procent spijbelt weleens, terwijl dat vijf jaar terug nog 28 procent was. Drie procent van de Delftse jongeren rookt dagelijks, veertien procent heeft ooit eens gerookt. Vijf jaar geleden waren het er nog twee keer zoveel. En daar waar in 2010 nog iets meer dan de helft van de Delftse jongeren weleens alcohol had gedronken, is dat nu nog 'maar' 39 procent. Een daling die kan worden verklaard door het verlagen van de minimumleeftijd voor alcoholbezit. Dit zorgt echter voor meer veranderingen: steeds minder jongeren vertellen het hun ouders als ze alcohol drinken en ze drinken vaker thuis bij vrienden of op straat.

Somber
De Delftse jeugd rookt en drinkt dus minder en dat is mooi. Minder mooi is dat veel jongeren niet bepaalt lekker in hun vel lijkt te zitten. Hoewel: een flinke groep van 63 procent zegt (heel) blij te zijn. Maar: tegelijk zegt 8 procent (heel) somber te zijn. Dat is hoger dan in de rest van de regio, waar 5 procent zich somber voelt. Een derde van de jongeren wil minder stress en meer ontspannen en ook hierin 'scoort' Delft helaas hoger dan de regio. Iets meer dan één op de tien Delftse jongeren krijgt deskundige hulp bij emotionele of psychische problemen of heeft hier behoefte aan. Hoewel de Delftse jeugd massaal dagelijks op 'sociale' media zit – acht op de tien jongeren – voelen ze zich bijna even massaal eenzaam. Ruim vier op de tien zegt zich matig tot zeer ernstig eenzaam te voelen. Een even grote groep mist ontmoetingsplekken in hun buurt.
Jongeren zoúden volgens de Nederlandse Norm Gezond Bewegen een uur per dag moeten bewegen. Dat lukt niet iedereen. Maar helaas. Slechts één op de tien krijgt dit voor elkaar. In 2010 waren dat nog twee van de tien jongeren. Eten ze dan wel gezond? Niet echt. Slechts 36 procent eet dagelijks fruit, 57 procent eet dagelijks groente. Daarmee scoort Delft overigens wel iets beter dan andere gemeentes rondom de stad. Het gevolg van weinig bewegen en een ongezond eetpatroon laat zich echter raden. Eén op de zeven jongeren heeft ernstig overgewicht. In achterstandswijken kampt 25 procent van de jongeren met overgewicht. Dat is, in vergelijking met andere gemeentes, wel weer relatief veel.
Voor de eerste keer heeft de GGD onderzocht hoe jongeren denken over de acceptatie van homo's. Daaruit blijkt dat 76 procent van de jongens wel vriendschap kan sluiten met iemand die op hetzelfde geslacht valt. Bij meisjes is dit 87 procent. Negen op de tien jongens zouden een vriend die uit de kast komt accepteren, tegen 94 procent van de meiden. "Als ik dit lees dan denk ik dat dit goede cijfers zijn", reageert Bram van Meurs, voorzitter van de Delftse Werkgroep Homoseksualiteit. "Interessant aan deze cijfers vind ik dat 41 procent van de jongeren denkt dat al hun klasgenoten het zouden accepteren als ze uit de kast zouden komen. Dat is het meest schokkend. Het toont voor mij aan dat de acceptatie wel beter is, maar dat er nog niet genoeg over wordt gepraat. Dat jeugd zich toch nog niet veilig genoeg voelt om uit de kast te komen, waardoor ze dit later doen dan nodig is. Daarom moeten we blijven praten over homo-acceptatie."

Computergedrag
Eveneens nieuw in het GGD-onderzoek zijn vragen over computer- en gamegedrag. En wat blijkt: Eén op de vijf jongeren gamet dagelijks. Vooral jongens: 36 procent. Op gebied van sociale media zijn meisjes juist actiever. 84 Procent van hen zit dagelijks op sociale media, tegenover 74 procent van de jongeren. Eénderde van de ondervraagde heeft thuis regels voor computer- en telefoongebruik. De GGD merkt op dat het belangrijk is dat 'normale sociale omgangsvormen ook online gelden' en dat dit aandacht vraagt van opvoeders en school. Dat blijkt wel uit het fenomeen 'sexting', wat staat voor online seksuele communicatie. Delftse jongeren zijn hierin meer bedreven dan leeftijdsgenoten elders. Van de ondervraagden heeft 6 procent weleens een naaktfoto of seksfilmpje van zichzelf naar een ander verstuurt. Het percentage jongeren dat weleens geslachtsgemeenschap heeft gehad, daalt. In 2010 had 25 procent weleens geslachtsgemeenschap gehad, eind 2015 was dit 16 procent.