Marjanne Berkenbosch deelt haar boek uit aan de mannen en vrouwen die maanden naar de boekpresentatie in de Bieslandhof waren gekomen. (foto: Jesper Neeleman)
Marjanne Berkenbosch deelt haar boek uit aan de mannen en vrouwen die maanden naar de boekpresentatie in de Bieslandhof waren gekomen. (foto: Jesper Neeleman)

Berkenbosch en betrokkenen blij met bijzonder boek over de Bieslandhof

Algemeen

DELFT – De Bieslandhof kent een lange geschiedenis. Negentig jaar geleden werden zieke Delftenaren er op deze plek al bovenop geholpen. Marjanne Berkenbosch heeft de geschiedenis beschreven in een boek, dat maandag is gepresenteerd.

De belangstelling bleek groot. Niet gek ook. Afgelopen negentig jaar hebben hier heel wat mensen gewoond en gewerkt. In dat kader komt Diny de Bresser, sinds dit jaar lid van de Raad van Bestuur van Pieter van Foreest, net kijken. "Maar ik ontdekte al gauw dat Marjanne een begrip is in de Bieslandhof en binnen Pieter van Foreest", zegt De Bresser. "Ze maakte indruk op me. Dat ze hier veertig jaar heeft gewerkt en daarná nog de energie en kracht had om zich te verdiepen in wat zich hier heeft afgespeeld; dat getuigt van grote betrokkenheid. We zijn enorm blij met dit mooie boek."
Izaak Kijlstra, voorzitter van het Klein Bretelerfonds, vond het fijn dat hij het boek vooraf al mocht lezen. "Ik heb genoten van de verhalen", zei Kijlstra. "Het is belangrijk dat dit boek er is gekomen." Want de Bieslandhof is een bijzondere plek. Frits de Boer kan daarover meepraten. De voormalig longarts werkte er al toen het nog geen verpleeghuis was, maar een plek waar tuberculosepatiënten werden verzorgd: een sanatorium. De Boer werkte mee aan het boek door Berkenbosch verhalen uit de oude doos te vertellen, want hij begon hier al in 1952. "Ik weet nog dat het voor mensen toentertijd heel erg was al ze hier werden opgenomen", vertelt hij. "Ze hadden hooguit wat hoestklachten, maar moesten plots weg uit de maatschappij en weg bij hun gezin. Dikwijls moesten ze hier een jaar of langer blijven." Een goed geneesmiddel was er niet. Patiënten moesten vooral bedrust hebben, frisse lucht inademen en gezond eten. Ze mochten maximaal twee keer per week bezoek ontvangen. Er gold een streng regime. "Het werd ook wel een gevangenis genoemd", weet Berkenbosch. En net als in een echte bajes werd ook hier drank naar binnen gesmokkeld. In de loop van de jaren '50 kwamen echter steeds betere medicijnen tegen tuberculose. Dus werd het steeds rustiger op de afdelingen. Zo ontstond genoeg plek om in 1958 de eerste 32 patiënten op te nemen met andere aandoeningen. En veranderde het sanatorium met 120 bedden langzaam maar zeker in een verpleeghuis met 360 bedden. Wie het over verpleeghuis De Bieslandhof heeft, kan niet om Hans Klein Breteler heen. Hij was jarenlang de algemeen directeur, van 1980 tot 2007. Berkenbosch heeft talloze mooie anekdotes over hem. "Zoals die keer dat de rolstoelwinkel hier werd geopend. Koos Alberts was uitgenodigd om te komen zingen. Hij zat al te wachten tussen de coulissen van Het Trefpunt, toen Hans de microfoon pakte en de mensen in de zaal vertelde dat niemand minder dan Albert West nu op zou treden. Toen hij op deze fout attent werd gemaakt, zei hij dat we Albert West tegoed hielden, maar die hebben we nooit meer gezien." Wat voor de auteur persoonlijk de mooiste herinnering is, is het bezoek van Prinses Juliana, in 1981. "Ze was toen officieel Prinses, maar voor de mensen hier was zij dè Koningin. Ik heb haar toen ook ontmoet. Het was legendarisch dat Hans Klein Breteler haar ontving en ze hem vroeg of hier ook gehandicapten waren. 'Ja, 360', antwoordde hij toen."