'Ik herinner me geen scherpe discussies'

Algemeen

DELFT – Raadsleden interviewden afgelopen twee weken meerdere hoofdrolspelers uit het verhaal rond het de financiële malaise waarin Delft verzeild raakte. Afgelopen vrijdag werd de serie afgesloten met een openbaar interview met Rik Grashoff, die van 1998 tot 2006 in Delft wethouder was en wordt gezien als groot aanjager van het Spoorzone-project. Na zijn periode als wethouder is Grashoff menigmaal verweten de raad niet voldoende betrokken te hebben bij besluitvorming. Kritiek die hij vrijdagmiddag verwierp. Ja, bekende Grashoff, hij praatte de raad regelmatig bij over de onderhandelingsprocessen met het rijk. "Maar dat had altijd het karakter van bijpraten. Onderhandelen zul je zelf moeten doen." De raad had volgens Grashof voldoende inzicht in de risico's om een goed oordeel te kunnen vellen. Meerdere raadsleden uit die periode zeiden later juist te hebben ervaren níet voldoende inzicht te hebben gehad. Het klonk Grashoff, zei hij vrijdag, allemaal als 'kritiek achteraf'. In de tijd dat hij aan het roer stond klonk vooral 'op ongenuanceerde wijze' kritiek uit de hoek van Leefbaar Delft. "Maar er was wel een sfeer richting de raad waarin werd aangedrongen om als één gezicht naar het Rijk te gaan en zo min mogelijk kritische kanttekeningen plaatsen", zei Aad Meuleman, één van de interviewers. "Zeker waar", antwoordde Grashoff. "Het politieke speelveld was die tijd zo complex dat ik informeel tegen raadsleden zei: 'Als we nu rollend over straat gaan, dan gaan we de commitment in Den Haag niet redden. Maar ik heb m'n uiterste best gedaan de raad te informeren over zaken waarover ze geïnformeerd wilde worden. Ik herinner me geen scherpe discussies. De kritiek dat de raad niet genoeg betrokken was is later pas gaan aanzwellen. Terecht of onterecht, dat kan ik niet oordelen."