Andy, Dick en Stefan
Andy, Dick en Stefan

Het gezicht achter: De Schaapskooi

Algemeen

DELFT - Iedere Delftenaar heeft er ooit wel eens een feest bijgewoond of een feest gegeven, vergaderd of is hier getrouwd op locatie. Vader Dick en zoon Andy vertellen met liefde over hun familiebedrijf.

Door Ester Janssen

De hele familie van Andy van Leeuwen heeft horeca-bloed: Opa Co richtte de uitspanning in de Delftse Hout in 1965 op en was ook eigenaar van Het Rieten Dak. Vader Dick had daarnaast ook het zwembad, tennispark Theseus en de uitspanning bij het water van de Delftse Hout. En zijn oom zwaaide de scepter bij De Bonte Os op de Voldersgracht, later overgenomen door zijn zoon. Broer Stefan is nu eigenaar en gastheer van Het Rieten Dak.

Werk en privé
Ook Andy’s gezin is nauw betrokken bij De Schaapskooi. Zijn vrouw heeft vooral in de Covid-tijd veel geholpen, de jongste telg voelt zich thuis in de bediening, de middelste wordt een goede kok, de oudste lijkt keuken en bediening te willen combineren. Andy zorgt er wel voor dat hij niet direct leiding geeft aan zijn vrouw of kinderen. ‘Naar opa willen ze nog wel eens luisteren,’ merkt Dick op. Hij is al twintig jaar uit het bedrijf, maar komt nog heel regelmatig langs. ‘Ik neem hem mee als ik grote investeringen moet doen,’ vertelt Andy. ‘Hij doet dat al zijn hele leven, hij heeft zeven of acht zaken gehad.’

Is er veel veranderd in al die tijd? ‘Jazeker,’ beamen beide heren volmondig.  

Een groot verschil is, dat mensen nu geen 80 uur per week meer werken. Vroeger ging dat misschien ongemerkt, want, zoals Dick vertelt: ‘Je was vrij in je zaak, je ontving je eigen visite hier.’ Nu is dat heel anders. ‘Ik hou van mijn zaak, maar als ik zelf uitga, zit ik liever ergens anders. Privé is privé. Hoewel tijd maken voor mezelf en mijn gezin een uitdaging blijft.’

Aanpassingsvermogen
Hetzelfde gebleven is de grote variatie in publiek en het feit dat (bijna) alles kan. Want een van de eigenschappen die de hele familie deelt, is aanpassingsvermogen. ‘In de Coronaperiode konden we al het personeel uitbetalen en alle aanbetalingen voor feesten teruggeven. Dat lukte door mee te bewegen met de veranderende regels. Daarbij hebben we heel veel hulp gekregen. Prullenbakken van de kinderboerderij bijvoorbeeld, en tegels van de camping. Wij konden ook hulp bieden. We hebben glazen, borden en bestek weggegeven aan andere restaurants, en geholpen met subsidie aanvragen. Daar krijg je heel veel energie van.’

Corona bood ook de gelegenheid om veranderingen door te voeren in de bedrijfsvoering. Sowieso is De Schaapskooi altijd bezig met wat er beter kan. ‘Mijn neef Johan is hier bedrijfsleider geworden. Hij had een lijst met twintig verbeterpunten. Dat kun je dan prima aannemen, omdat je elkaar al zo goed kent.’

Vertrouwen
Dat vertrouwen is niet alleen iets binnen de familie. In De Schaapskooi werken ook veel kinderen van oud-werknemers, vrienden van Andy’s waterpolo... ‘Mensen die je persoonlijk kent, blijven meestal langer hangen’, legt hij uit. ‘Die club is heel uitgebreid. Als ze later ergens anders gaan werken, blijven de contacten warm.’ ‘Je kunt in Delft bijna geen horeca-zaak aanwijzen, of er staat iemand die hier heeft gewerkt’, zegt vader Dick trots. Goed op elkaar passen is gemakkelijker als je elkaar kent.

De Van Leeuwens hebben allemaal geen hekel aan werken, constateert Dick. Altijd zien ze iets dat gedaan moet worden, en ze durven elkaar daarop aan te spreken. Opa Co wees de meisjes in de bediening vroeger op vieze asbakken, en de jongste dochter corrigeert, pas tien jaar oud, haar moeder als de glazen verkeerd staan.

Een beetje zuinig zijn ze ook. Wat je niet hebt, geef je niet uit en je zorgt dat je waar voor je geld krijgt: Andy glundert bij de herinnering aan Dick, die ooit op een aan te schaffen tafel klom om te zien of die echt stevig was.

Daarmee was hij net een van de gasten. Want in De Schaapskooi kunnen ze ingetogen bijeenkomsten organiseren, maar niets is te gek, zo zeggen ze: ‘Het draait immers om de gast en niet om ons.’

De Schaapskooi