Hoofdhuurder Joost van Bemmelen moet afscheid nemen van zijn ruimte in de Kabelfabriek
Hoofdhuurder Joost van Bemmelen moet afscheid nemen van zijn ruimte in de Kabelfabriek Foto: Cheyenne Toetenel

Makers dreigen hun plek in de Kabelfabriek te verliezen

Algemeen

DELFT - Maakbedrijven zijn belangrijk voor de gemeente Delft, zeker op Schieoevers. Deze boodschap wordt veelvuldig gedeeld bij de aankondiging van nieuwe ontwikkelingen. Toch dreigen tientallen ondernemers hun plek in het gebied te verliezen.  

Door Cheyenne Toetenel

In de oude Kabelfabriek zijn momenteel tientallen ondernemingen gevestigd. Het gebied gaat op de schop en verandert de komende jaren in het Kabeldistrict; een nieuwe Delftse stadswijk waar werken en wonen samenkomen. Het Kabeldistrict is een ontwikkeling van Amvest en Kondor Wessels Vastgoed. Bewoners, uitvinders, creatieve geesten én ondernemers moeten het gebied samen tot leven laten komen. Veel van de huidige ondernemingen zullen daar echter geen onderdeel van kunnen uitmaken, ondanks het belang dat de gemeente en de ontwikkelaars zeggen te hechten aan de maakindustrie. 

Dertig units
“Nadat wij met onze meubelmakerij Houtwerk Delft ons oude pand achter het spoor moesten verlaten wegens de aanleg van de spoortunnel, zijn wij 13 jaar geleden in de Kabelfabriek terecht gekomen”, vertelt Joost van Bemmelen. “Dat was een flinke investering, want de loods was ontzettend slecht van kwaliteit. Toch hebben mijn broer en ik besloten de ruimtes rondom de patio van de fabriek te huren van verhuurder Van der Helm Transport. We hebben alles opgeknapt; het dak en de staalconstructies gerepareerd, vloeren met vloerverwarming gestort en units gecreëerd waar in totaal dertig ondernemers gebruik van konden maken. Zo ontstond de Kink.” Inmiddels is het gebouw verkocht aan de twee projectontwikkelaars die grootse plannen met het gebied hebben. “De fabriek gaat volledig op de schop en daarom wordt ons contract niet verlengd, dat betekent dat niet alleen wij zelf maar ook onze onderhuurders hun werkplekken moeten verlaten. Dit gaat in per 1 juni van dit jaar.”

Alternatieven
De ontwikkelaars hebben de huurders van de Kink wel alternatieven aangeboden. Deze voldoen echter in veel gevallen niet, vertelt één van de onderhuurders van de Kink die liever anoniem wil blijven wegens nog lopende gesprekken. “Het begint met de hoeveelheid ruimte. Aan dertig ondernemers zijn vijftien tijdelijke plaatsen binnen de fabriek aangeboden, waaronder één grote hal waar meerdere ondernemingen zich kunnen vestigen. Maar dan nog komen we ruim duizend vierkante meter tekort op de behoefte die er is. Bovendien zijn de alternatieven die geboden worden vaak niet geschikt voor de ondernemers. Een aantal ruimtes zitten op een zolderachtige etage met een moeilijke trap en een oude onbetrouwbare lift. Op veel plekken ontbreken faciliteiten als water, verwarming en krachtstroom. Dit zijn vrijwel onbruikbare ruimtes.” Ook voor huurders die de nieuwe ruimte wel willen huren blijft het een onzekere situatie gezien de herontwikkeling van het gebied. “Ook deze ruimtes gaan een keer op de schop, alleen is nog onzeker wanneer”, aldus Van Bemmelen. “Een huurcontract is telkens voor een jaar, dus veel geld investeren in de nieuwe ruimte is niet verstandig. Dit terwijl in elke ruimte écht een hoop moet gebeuren. Voor de kleinere bedrijfjes die genoeg hebben aan een werkbank en wat gereedschap is het haalbaar, maar voor een bedrijf als Houtwerk niet. Wij kunnen het ons niet veroorloven om weer duizenden euro’s te investeren in een nieuwe spuiterij, afzuiginstallaties, krachtstroom, verwarming en machines als we op relatief korte termijn wéér moeten verhuizen. In gemeenteraadsstukken staat letterlijk dat bestaande bedrijven niet gehinderd mogen worden tijdens en na de transitie, maar diverse malen verhuizen en telkens duizenden euro’s investeren om na tien jaar eindelijk in een vast pand te komen is in mijn ogen wel degelijk hinder.” Een woordvoerder van Amvest laat weten dat de ontwikkelaars nog in gesprek zijn met huurders waarvoor nog geen oplossing is gevonden: “Een permanente plek aanbieden in het gebied is lastig, maar wij onderzoeken wat wij wel voor hen kunnen betekenen.”

Hoop
“Nu er niks gunstigs voor ons te vinden is in Delft lijken we genoodzaakt om te vertrekken naar een andere stad, maar dat is niet wat wij willen”, aldus Van Bemmelen. “Zeker omdat de gemeente aangeeft dat de maakindustrie zo’n belangrijk onderdeel van Delft is.” Van Bemmelen hoopt op de komst van een andere plek binnen de gemeentegrenzen waar de ondernemers zich samen kunnen vestigen. Zijn hoop is deels gevestigd op de gemeente. “Het zou mooi zijn als zij - net als bij Delftechpark - een pand voor ons zouden faciliteren wat we kunnen huren met meer zekerheid, of een stuk grond waar we zelf een gebouw op kunnen zetten.” Over de betekenis van het begrip ‘maakindustrie’ heeft de onderhuurder inmiddels zo haar twijfels. “Er wordt enorm geïnvesteerd in bedrijven vanuit de TU, maar niet in ons. Ik begin bijna te geloven dat men onder ‘maakindustrie’ de techbedrijven verstaat en niet de pottenbakker, houtbewerker en kunstenaar. Jammer dat er kennelijk toch minder belang aan ons werk wordt gehecht.”