Foto: Tiemen vd Reijken
Foto: Tiemen vd Reijken

Dubbel Delft 6/11

Algemeen

DELFT - ‘Een lekkere plaat’ zou mijn chef fotoredactie het ooit hebben genoemd, deze foto van de Delftse Beestenmarkt. Het is zo’n foto waar alles, in ieder geval veel in zit; de ‘plaat’ vertelt een, zo niet meerdere verhalen. Plaats van handeling is de markt in beesten: eigenlijk beter ‘kleinvee’ genoemd. Geiten, schapen, kalfjes en meer van dat spul waar naast de handelaren vooral kinderen op af komen. Zoals bijvoorbeeld het meisje vooraan, met haar voet op het hek, het kind aan de andere kant, dat eigenlijk nog wel even wil blijven, maar moeder loopt al de andere kant op. Links van datzelfde hek komen twee jongens aangelopen, misschien wel op weg naar hun vriendjes helemaal rechts op de foto. En natuurlijk de verkopende partijen, de boeren, veelal te herkennen aan hun lange jas en soms met een pet. De kopende partijen zijn ietsje netter gekleed en hebben overleg over wat zo’n beest dan vandaag dan wel niet zou mogen kosten. In het midden een man in het donker gekleed, met pet; waarschijnlijk een chauffeur van een van de langs de Beestenmarkt geparkeerde veewagens. Daar doorheen zo hier en daar wat oudere mannen die misschien wel ooit in het vak zaten, en die gevraagd of ongevraagd hun mening over de handel verkondigen. Na gedane zaken tussen eigenaar en koper van het kleinvee werd het tijd om de financiële kant van de overeenkomst af te handelen, en dat gebeurde in de omliggend kroegen, waar de waard de jonge en oude jenever al lekker koud had staan. Pinautomaten of handige apps waren er toen niet, en dus wordt de koop gesloten met het overhandigen van een tiet (een boel) geld, waarna de glaasjes met jonge of oude klare in het keelgat werden gegoten. Wie nog kleinere dieren wilde kopen kon in de jaren ‘50 en ‘60 op de Boterburg terecht, waar iedere week kippen, konijnen en allerlei vogelsoorten werden verhandeld. Alles wat te klein was voor de Beestenmarkt. Nadat de beesten verdwenen van de Beestenmarkt werd het plein een parkeerplaats, een wirwar van auto’s tussen de mooie oude bomen. In de jaren negentig kwam het besef dat je zo’n idyllisch plein niet met auto’s moet vullen en werd het plein veranderd in een mooie plek met terrassen en een verbod voor auto’s. Wat rest is de stier. Die houdt de herinnering levend aan hoe het hier ooit was.

Afbeelding