Max Huurman hoopt op niet al te lange termijn weer derby's tegen ploegen als Wippolder te spelen, zoals een paar jaar geleden. Dat zou betekenen dat hij met zijn ploeg snel in de tweede klasse terechtkomt. (foto: Roel van Dorsten)
Max Huurman hoopt op niet al te lange termijn weer derby's tegen ploegen als Wippolder te spelen, zoals een paar jaar geleden. Dat zou betekenen dat hij met zijn ploeg snel in de tweede klasse terechtkomt. (foto: Roel van Dorsten)

Doelpuntenmachine Oliveo hoopt op snelle rentree in tweede klasse

Algemeen

PIJNACKER - Oliveo beleeft een bijzonder seizoen. Ondanks een doelsaldo van zesenvijftig voor en twee tegen in zes duels bezetten de Pijnackernaren de derde plaats op de ranglijst achter Graaf Willem II Vac en RVC Celeritas. 

Door Alphons de Wit jr. 

Wie verzekerd wil zijn van een doelpuntenregen, komt op sportpark de Groene Wijdte dus wel aan zijn trekken dit seizoen. Dat is niet zo gek ook, want anderhalf jaar geleden draaiden de blauwwitten nog bijna moeiteloos bovenin mee in de tweede klasse van het zondagvoetbal.
“Daar zit wel een stukje frustratie en we voelen ons een beetje in de steek gelaten door de KNVB”, vertelt aanvaller Max Huurman. “Bij de bond was het al enige jaren duidelijk dat we graag de overstap naar de zaterdag wilden maken. We hebben een jaar of vijf gevraagd wanneer we de horizontale overstap konden maken. Toen hier steeds maar geen uitsluitsel over kwam, hebben we besloten dan maar in de vierde klasse te beginnen. Nu zijn we anderhalf jaar verder; de horizontale overstap is nu wel ineens mogelijk en wij moeten hopen dat we naar de derde klasse promoveren.”

De wil om te winnen
Doordat het afgelopen seizoen eigenlijk al voorbij was toen het goed en wel begonnen was, wisten de mannen van trainer Edwin Vurens in het eerste seizoen op de zaterdag nog niet te promoveren. “En dat moet dit seizoen wel het doel zijn”, vertelt Huurman. “Je ziet dat we een heleboel potjes bijna moeiteloos winnen, maar tegen Graaf Willem II Vac pakte het anders uit. In die wedstrijd was er wat gemakzucht in de ploeg geslopen, wat tegen die tegenstander niet mag gebeuren. Uiteindelijk hadden zij meer de wil om te winnen dan wij en zij wonnen uiteindelijk dus ook. Het is aan ons om in de wedstrijd tegen de op papier mindere ploegen te blijven doen waar we goed in zijn en tegen de andere twee titelkandidaten het beste in onszelf naar boven te halen.”
De eerste mogelijkheid daartoe dient zich over twee weken aan, als Celeritas de gastheer is aan de Schaapweg. “En dat zijn de wedstrijden die ertoe doen en waar we de basis voor een kampioenschap moeten leggen.”

Doelpuntenfestijn
De overige wedstrijden monden zoals gezegd vaak uit in doelpuntenfestijnen. “Daarin is wel verschil tussen ploegen. In voetballend opzicht zijn we daarin de tegenstander altijd wel de baas. Sommige hebben geven het twintig minuten voor tijd al op, waardoor we in die tijd nog zomaar zes of zeven keer kunnen scoren. Anderen houden het wel negentig minuten vol en dat zijn over het algemeen wel de leukere wedstrijden om te spelen.”
 Ondanks dat verslappen soms een op de loer liggend gevaar is, blijft het voetballende niveau van Oliveo op tweedeklasseniveau. “Want op de trainingen is het niveau gewoon erg hoog. Daarnaast spelen we ook wel oefen- of bekerwedstrijden tegen tweedeklassers en dan komen we hartstikke goed mee met de tegenstanders. Overigens hebben we met Edwin Vurens ook wel een trainer die weet hoe het zit: hij is met Velo al van de vierde naar de eerste klasse gepromoveerd en geeft ook tips. Zo heb ik soms de neiging om de bal lang bij me te houden, maar hij waarschuwt me dat ik hem af moet spelen, omdat anders het risico op een trap groot is. Dat merk je sowieso in de vierde klasse: normaal kon het er in de wedstrijden tegen DSVP, Wippolder of RKDEO nogal eens pittig aan toegaan, nu merk je vaker dat de tegenstander er hard ingaat. Dat is niet eens altijd zo bedoeld.”

Ervaring
Huurman zit nu voor het vijfde jaar bij de selectie van Oliveo en ziet zelf dat hij een goede ontwikkeling heeft doorgemaakt. “Ik begon onder Martin de Mooij als nummer 10, maar Jeroen Hoefnagel en Edwin Vurens zagen meer een flankspeler in mij. Op die positie heb ik me verder ontwikkeld en neem ik ook wat meer verantwoordelijkheid. Doordat ik wat meer train in de sportschool ben ik de laatste tijd feller, aanweziger en sneller.”
Voor de balans in het elftal is dat niet broodnodig, weet de student die aan zijn master politieke communicatiewetenschappen bezig is. “Want ik ben met mijn tweeëntwintig jaar nog steeds één van de jongeren in de selectie: in het rondootje sta ik meestal in het midden. Je merkt dat we veel ervaring in de ploeg hebben, hoewel de vierde klasse voor iedereen nieuw is. Daarnaast is het heel leuk om weer met mijn broer Laurens samen te spelen. Hij heeft bij Excelsior, Excelsior Maassluis en Capelle gespeeld en is teruggekomen. Helaas is het daar vaak niet van gekomen, omdat we om de beurt geblesseerd zijn geweest. Ik ga er vanuit dat ik over twee weken weer fit ben, zodat we er samen staan tegen Celeritas. In dat soort wedstrijden ligt de sleutel tot succes voor dit seizoen.”