Het gaat al aardig, maar het kan alleen nog maar beter bij Schipluiden

SCHIPLUIDEN - Na zeges op Naaldwijk (0-1) en Loosduinen (3-2) liep Schipluiden afgelopen zaterdag tegen DWO tegen de eerste nederlaag op (3-0). Trainer Benjamin van der Zwan maakt zich geen zorgen.

Door: Alphons de Wit jr. 

Van der Zwan is bezig aan zijn derde seizoen op sportpark Keenenburg. “En het ziet er voorlopig naar uit dat we dit ook eindelijk uit zullen gaan spelen. Als je ziet hoe het met de vaccinatiegraad zit en hoe het er op de club aan toegaat, kan ik me niet voorstellen dat we weer in een lockdown terechtkomen. Ik ben superblij dat we eindelijk weer ergens om kunnen spelen.”
Tijdens de lockdowns zat de 37-jarige oefenmeester niet stil. “In maart vorig jaar hebben we schemaatjes opgesteld om die jongens toch fit te houden. Toen hadden we er geen rekening mee gehouden dat het zo lang zou duren. In de periodes erna hebben we geprobeerd om, de geldende beperkingen inachtnemend, minstens twee keer in de week te trainen. Ik vind het wonderbaarlijk hoelang we dat nog hebben volgehouden.”

Blessures
Toch ondervindt de trainer dat de weerstand die komt kijken bij het spelen van wedstrijden heel wat anders is dan de trainingen. “Dat zagen we in juni al, toen we weer onderling wedstrijdjes konden spelen. In het eerste partijtje scheurde Jesse van Rossum zijn kruisband al in. En nu de competitie weer begonnen is, hebben we meer jongens die met blessures kampen. Zo begonnen we het seizoen met veertig selectiespelers, maar had ik er afgelopen zaterdag nog geen twintig tot mijn beschikking. En onder de geblesseerden zat een heel aantal jongens die normaal gesproken in de basis staan. Dan moet je creatief zijn en dan is het goed om te zien dat er andere jongens opstaan; aan de andere kant ziet het ernaar uit dat het nog wel even duurt voor iedereen fit is. Dat is ontzettend vervelend, maar ik denk niet dat wij de enige ploeg zijn die met die problemen te kampen hebben.”
Tot nog toe leidde het tot zes punten uit drie duels. “En natuurlijk is het duidelijk dat we met Naaldwijk en Loosduinen niet de sterkste ploegen uit de poule hebben gehad, maar ik denk dat het, gezien de omstandigheden, knap is dat we die wedstrijden verdiend hebben gewonnen.”

Teamgeest
De overwinningen kwamen niet in de laatste plaats voort uit de teamgeest die binnen het elftal heerst. “We zijn meer dan een voetbalelftal. Die gasten kennen elkaar al jaren en gaan voor elkaar door het vuur. Daarbij is iedereen eerlijk en transparant. Als er iets is, komen ze naar mij toe en praten we het uit. Daarbij zorgt het feit dat bepaalde jongens nadrukkelijk op de deur kloppen ervoor dat er meer concurrentie binnen de selectie is en dat is voor een trainer natuurlijk altijd fijn.”
Wat ook fijn is, is dat Van der Zwan sinds dit seizoen kan beschikken over Tom Boks, die overkwam van tweededivisionist HFC uit Haarlem en terugkeerde op het oude nest. “Zo’n keeper is voor elke club een aanwinst en het is mooi om te zien hoe gedreven hij is”, vertelt Van der Zwan, “Toen hij hier kwam, gaf ‘ie meteen aan dat ‘ie niet alleen kwam om te keepen, maar dat hij ook daadwerkelijk iets wilde presteren. Hij neemt ook de ruimte om vanuit zijn ervaring zijn ideeën met mij en de groep te bespreken en dat wordt ook goed opgepikt. Daar kan ik als trainer natuurlijk alleen maar blij mee zijn.”

Tevreden
Van der Zwan is een tevreden mens bij Schipluiden. “Alles is hier top geregeld, we zijn als staf één blok en de samenwerking is fantastisch. Daarnaast hebben we een groep goede voetballers. Het enige dat misschien ontbreekt is de wil om net dat laatste stapje te zetten dat nodig is om ook echt succesvol te zijn. Daartegenover staat dat de sfeer fantastisch is. Ik woon praktisch op het sportpark, kom in het dorp ook vaak mensen tegen en dan praten we even over de club, maar voor een club als deze zou ik het ook niet erg vinden om voor elke training en wedstrijd een uur heen en een uur terug te moeten reizen. Ik denk niet dat er veel clubs zijn met zulke geweldige mensen.”
Wat valt er volgens de trainer uit zijn ploeg te halen. “Ik denk dat we reëel moeten zijn en moeten concluderen dat er een aantal ploegen is dat op dit moment verder is dan wij. Daarbij kun je met het moment waarop je bepaalde ploegen treft zowel mazzel als pech hebben als je kijkt naar blessures en schorsingen. Als we straks completer en fitter zijn, maar dat zal nog wel even duren, hoeven we in deze poule letterlijk van niemand te verliezen. Over het hele seizoen bezien, denk ik dat we het goed zouden doen als we bij de eerste vijf eindigen en bij alles wat meer is dan de vijfde plek, doen we het buitengewoon goed.”