Afbeelding
Foto: Tiemen vd Reijken

Dubbel Delft

Algemeen

DELFT - Er zijn zo van die plekken in Delft waar zo ongeveer permanent aan gesleuteld wordt. Het begon allemaal in 1679 toen de Staten van Holland besloten zelf geschut te gaan maken. Daartoe werd by ‘s Lands loodsen in de Houttuinen aan de Singels een zogenaamde affuitmakerij ingericht. Samen met een kanon vormt de affuit een zgn vuurmond, zeg maar rijdend geschut. Voor de fabricage van affuiten was hout nodig; eikenhout, dat na droging zo’n zeven maanden in stromend water lag, waarna het in de Houttuinen te drogen werd gelegd. Tot die tijd werd schiettuig veelal gefabriceerd door klokkengieters: zij hadden tenslotte de meeste kennis van de eigenschappen van metalen. Nu werden affuiten dus in een rijks-werkplaats in Delft gemaakt. Werkgelegenheid leverde het de stad in ieder geval op: een meesterknecht, knechten voor het bureel, sjouwerlieden, schoonmakers, affuitmaker, wielenmaker plus knecht, smid met knechten, houtzagers en houtbewerkers. En nog wakers die in de winter in ploegen van vier de wacht hielden. Loon: 16 stuivers per nacht. De negentiende eeuw waren topjaren voor het complex: affuiten, mortierstoelen, munitiewagens, je kon het zo gek niet bedenken of het werd in Delft - de Wapenkamer van Holland - gemaakt. In de twintigste eeuw werd het complex gebruikt door de firma Perfra; bekend zijn onder andere de slakkenvorkjes die speciaal voor de Franse markt werden gefabriceerd. Ook bouwstoffenhandel Prins was daar ooit gevestigd. De meest in het oog springende huurder van het complex was ongetwijfeld Serpo, waar honderden slangen, krokodillen, varanen, hagedissen, schildpadden en vissen waren gehuisvest. De Spoorzone heeft de laatste jaren gezorgd voor een een ingrijpende reconstructie van het plein: meer ruimte voor de busdiensten, een nieuw station annex Stadskantoor, een studentenhotel, woningen en meer. De gebouwen aan het water zijn lang geleden gesloopt; is er een nieuwe kade, er zijn fietspaden aangelegd, kortom niets is meer wat het was. Wat bleef is de drukte rond het station, ondergronds of bovengronds; veel mensen en vooral fietsen zullen hier het beeld blijven bepalen. Het wachten is nog op wat mooi groen; de tuin achter het oude station zou als inspiratie kunnen dienen.

Afbeelding