Afbeelding
Foto: Tiemen vd Reijken

Dubbel Delft

Algemeen

DELFT – Ooit was de trein het belangrijkste vervoermiddel over land, zeker in de tijd dat de auto nog een zeldzame verschijning was. Voor steden en dorpen was het dus belangrijk om een station te hebben, dat bracht mensen en goederen en dus economische vooruitgang. En om een station te hebben moesten de eigenaren van het spoor ook bereid zijn de rails langs of door de stad of het dorp te laten lopen. Delft was sinds eeuwen een belangrijke schakel in het economisch verkeer en dus kreeg de stad de trein. De eerste plannen om de rails aan te leggen zijn uit 1840 van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij, die de rails wilde aanleggen vanuit de toenmalige Krakeelpolder. Delft had de trein liever dichter bij het centrum en stelde een stuk grond ter beschikking net buiten de stadswal. Herbergier Jacob van der Gaag gooide roet in het eten: hij was eigenaar van een stuk grond waar de treinrails doorheen zou moet gaan. Zakenman Crommelin zag winst: hij kocht het stuk grond en wilde het ruilen voor een station bij Heemstede. Dat wilde de HIJSM niet, maar ook Crommelin hield zijn poot stijf. De oplossing was slim: de rails werd voor veel geld, en met scherpe bochten, om het bewuste stuk grond aangelegd. De ‘Kromme Lijn’ was geboren. Uiteindelijk verkocht Crommelin het zwaar betwiste stuk grond. Om een stad aan alle kanten goed bereikbaar te houden ontstond de spoorwegovergang, ofwel een overgang. Die zijn er in bewaakte en onbewaakte uitvoering. Bijna alle overwegen zijn in Nederland bewaakt, oftewel voorzien van automatische slagbomen. In een drukke stad als Delft wordt het spoor honderden keren per dag gekruist, zowel door zakelijk verkeer, inwoners en toeriste. In de jaren zestig waren er een aantal, toen nog gelijkvloerse, spoorwegovergangen: 1 aan de zuidkant, 2 in het centrum en 1 aan de noordkant. Noord en zuid werden vooral gebruikt door fabrieksarbeiders, het centrum vooral voor de rest. Zoals de overgang tussen de Schoolstraat en de van Gaalenlaan, die een goede verbinding gaf tussen de Olofsbuurt / Hof van Delft en de binnenstad. Met links op de Phoenixstraat het Hippolytus ziekenhuis, daar weer om de hoek het Bethel ziekenhuis, rechts het Prinsenhof en de route naar de kerken, de Markt en de rest van de stad.

Afbeelding