De Hollandsche Molen uit kritiek op bestemmingsplan Bacinol

DELFT - De uitvoering van bestemmingsplan Bacinol zou het optimaal functioneren van Molen de Roos belemmeren. Wat opvalt in het bestemmingsplan is het idee om hoogbouw te plaatsen op het DSM-terrein, op ongeveer honderd meter afstand van Molen de Roos. Die hoge gebouwen zouden de molen windhinder opleveren.

Door Bianca Poort 

Windmolens hebben veel last van hoogbouw in hun directe omgeving. Voor een molen is het namelijk belangrijk dat de aan- en afvoer van de wind niet belemmerd wordt. Wanneer er hoge obstakels in de omgeving van de molen staan, wordt de wind onstuimiger en neemt de windsnelheid af. En dat zorgt ervoor dat de molen minder draait, of zelfs stil komt te staan.

Molenbiotoop
Daarom is de zogenaamde ‘molenbiotoop’ ontwikkeld, waarin onder andere is opgenomen dat binnen een straal van honderd meter geen hoogbouw wordt opgericht. Binnen een straal van honderd tot vierhonderd meter gelden verdere hoogtebeperkingen, die nauw samenhangen met de hoogte van de molen. De hoogbouw op het Bacinol-terrein zou volgens die hoogtebeperkingen maximaal zeventien meter hoog mogen worden. "Echter, de bestemmingsplannen die nu op tafel liggen gaan over gebouwen die 25 meter hoog zouden worden."
Jorinde Vroeijenstijn van molenvereniging De Hollandsche Molen vraagt de raadscommissie dringend om het bestemmingsplan Bacinol te herzien. De Hollandsche Molen is eigenaar van Molen De Roos en heeft al meerdere gesprekken met de gemeente Delft en DSM gevoerd, maar het plan voldoet nog steeds niet aan de uitgangspunten van de molenbiotoop.

Windvangrapport
De gemeente heeft een rapport over de windvang laten opstellen door ingenieursbureau Peutz, waaruit blijkt dat er slechts enkele procenten windhinder op zouden treden wanneer het bestemmingsplan uitgevoerd zou worden. De molenvereniging heeft een aantal bezwaren tegen het rapport. “Een molenaar gebruikt de wind die er is, niet de gemiddelde wind op jaarbasis”, legt Vroeijenstijn uit. “En daar gaat dit rapport wel vanuit. Bovendien is er niet gekeken naar de bedrijfsvoering van de molen. Het rapport is opgesteld op basis van tests waarbij de molenstenen niet werden gebruikt, terwijl die zorgen voor nog meer weerstand. Er is gekeken naar de toegevoegde windhinder, niet naar de hinder die er normaal al is.”
Het is niet alleen van cultuurhistorisch belang dat rijksmonument De Roos optimaal kan blijven draaien. "De molen maalt nog altijd en produceert onder andere biologisch meel voor lokale bakkers en horecaondernemers. En in het winkeltje worden verschillende zelf gemaalde en gemengde producten verkocht aan particulieren. De plaatselijke economie is dus ook een drijfveer om de molen zo efficiënt mogelijk te blijven gebruiken", aldus Vroeijenstijn.

Opnieuw in gesprek
"De brief van Stichting De Hollandsche Molen kwam deze week aan de orde bij de bespreking van het voorstel Bestemmingsplan Bacinol in de raadscommissie Ruimte en Verkeer", laat een persvoorlichter van de gemeente Delft weten. "Wethouder Bas Vollebregt gaf in zijn reactie aan dat hij het zeer jammer vindt dat de brief geschreven is, omdat er veelvuldig overleg met de eigenaar van de molen heeft plaatsgevonden. Er is uitgebreid windonderzoek uitgevoerd waaruit blijkt dat de ontwikkeling een bijna niet te meten effect heeft op de windvang van de molen. Desondanks heeft het college besloten om vanwege de grote waarde van de laatste en enige molen in Delft te zoeken naar een maatregel die compenseert om de molen in de wind te houden. De wethouder zal daarom in gesprek gaan met de Stichting en de raad informeren over de uitkomst daarvan."