Delftse toerismesector op z'n gat door coronacrisis

DELFT - Fotograferende toeristen, een rij bij het museum en drukte op de pleinen zijn normaal gesproken niet vreemd voor Delft. Maar het straatbeeld is de afgelopen weken behoorlijk veranderd. Het coronavirus heeft een enorme impact op de toeristische sector, ook in onze historische stad. Want wie moet je een hotelovernachting aanbieden of een rondleiding geven, als er helemaal geen toeristen meer naar Delft komen?

Door Cheyenne Toetenel

Intussen zijn heel wat maatregelen van kracht om de verspreiding van het coronavirus af te remmen. Die maatregelen zorgen er wel voor dat de impact van het virus zich laat voelen in de toeristische sector. Tours gaan niet door en hotels zitten een stuk minder vol dan anders. Dat heeft grote gevolgen voor Delftse ondernemingen die nu niet of nauwelijks inkomsten hebben.

Boekingen
Jeroen Struyk van Hotel de Emauspoort ziet het aantal boekingen teruglopen en het aantal annuleringen toenemen. “Als hoteliers zitten we met z'n allen in dit dal. De afgelopen maanden hebben wij hier alle kamers opgeknapt en een aantal nieuwe medewerkers aangenomen. We waren ons aan het voorbereiden op het drukke seizoen dat ons te wachten stond. En nu is het hotel dicht, alle reserveringen zijn of worden geannuleerd, geen nieuwe reserveringen, onzekerheid, nul inkomsten. De coronamaatregelen zijn volkomen begrijpelijk, maar het was wel een enorme schok.” De corona-uitbraak heeft enorme financiële gevolgen voor het hotel. “Er zijn geen inkomsten, maar veel kosten lopen gewoon door. Als eerste probeer je de schade zoveel mogelijk te beperken, maar met een omzet van nul gaan je liquide middelen wel erg hard achteruit.” Ook Henk Poortvliet van Hotel de Koophandel merkt dit. “De hotels waren de eerste bedrijven die te maken kregen met de gevolgen van het Coronavirus: het regende annuleringen. De verwachting is dat het ook de hotels zijn die als laatste het herstel gaan merken.” Het hotel is nog wel open, maar zo goed als leeg. “Alle kosten gaan natuurlijk door en er komt in principe niks binnen.” Beide hoteliers zijn blij dat er nu financiële steun is vanuit de overheid. Struyk: “Als dat er niet zou zijn zouden we niet meer slapen.” Beiden hopen nog wel op meer steun vanuit de gemeente, bijvoorbeeld door kwijtschelding van belastingen. “Tot op heden zijn er nog geen toezeggingen gedaan. Het belangrijkste is gezond blijven, maar de onzekerheid is groot en blijft knagen.” Niet alleen hoteliers, maar ook Pim Meijkamp van Vakantiepark Delftse Hout heeft slechte vooruitzichten. “De boekingen voor de komende maanden zijn grotendeels geannuleerd. De maand april zullen wij 15% van onze jaaromzet missen. Als we de maand mei ook niet open mogen zal dat nog eens 20% zijn. En als het in juni ook nog zo is komt daar nog eens 10% bij. Hopelijk kunnen wij na de meivakantie weer opstarten. Deze hoop is ingegeven door het feit dat we vinden dat je je op een camping relatief makkelijk aan de social distancing kunt houden.” Meijkamp is blij dat zijn branche nu wordt erkend als zwaar getroffen. “Dat gaat in ons geval om erkenning en steun in algemene zin. Dat geeft een goed gevoel, financieel is de regeling beperkt."

Historische stad
Niet alleen hotels en campings zien hun inkomsten verloren gaan, ook toeristische plekken en personen die normaal gesproken hun geld verdienen met rondleidingen en arrangementen. Zo vertelt Randy Boerboom van Stadsgids Delft dat zijn stadsgidsen die financieel afhankelijk zijn het nu moeilijk hebben en weten dat het er slecht uit ziet voor het gehele jaar. "Zij zijn nu afhankelijk van de bijstand. Voor mij persoonlijk als eigenaar, geldt dat ik mijn opgebouwde pensioen moet 'opsnoepen' om het jaar door te komen. Wij komen niet in aanmerking voor de noodsteun, omdat ons kantoor aan huis is gevestigd en wij alleen werken met freelance stadsgidsen. De overheid laat zich van een goede kant zien, alleen de noodmaatregelen helpen niet iedere zzp'er." Ook de fluistersloepen van Canal Hopper Delft liggen bijna stil. Directeur Marc Boekenstijn: "Wij varen in overleg alleen uit voor speciale gelegenheden met weinig passagiers, zo lang wij en zij ons aan de RIVM-richtlijnen kunnen houden. Daarnaast helpen wij de gemeente de stad leefbaar te houden, door bijvoorbeeld fietsen en vuil uit de grachten te vissen." Net als voor anderen is de huidige toestand dramatisch voor het bedrijf. "We maken bijna geen vaaromzet. Gelukkig hoeft Canal Hopper Delft, als leerwerkbedrijf van de maatschappelijke organisatie Stichting Stunt, niet bang te zijn dat het deze crisis financieel niet overleeft." Ook de museumwereld ligt volledig op z'n gat, dus Museum Prinsenhof Delft kan de deuren niet openen. "Het museum mist door de sluiting inkomsten uit entreekaarten, café, museumwinkel en zaalverhuur", vertelt woordvoerder Gabriëlle van der Voort. "Ook zijn er effecten op de werkgelegenheid bij onze dienstverleners door onder meer het wegvallen van onze evenementen en verhuur." Het museum hoopt snel weer bezoekers te kunnen ontvangen, zodra dat weer mogelijk is. "Wij geloven in de verbindende waarde van kunst en cultuur. Financiële ondersteuning van de sector is hard nodig, omdat de meeste kosten doorlopen en de inkomsten tot stilstand zijn gekomen."