De Stichting Stedenband Delft-Estelí is regelmatig op straat actief om draagvlak te zoeken en uit te bouwen. (Foto: PR)
De Stichting Stedenband Delft-Estelí is regelmatig op straat actief om draagvlak te zoeken en uit te bouwen. (Foto: PR)

"We kijken vooral naar wat we gemeenschappelijk hebben en kunnen"

Algemeen

In 2017 besloot de Delftse Gemeenteraad om de 'ouderwetse' stedenbanden met de steden Kfar Saba, Estelí, Tshwane, Freiberg en Adapazari te beëindigen. Anderhalf jaar later blijkt dat de formele banden dan wel beëindigd zijn, maar de contacten niet. Delft op Zondag onderzoekt in deze serie hoe de stichtingen die de stedenband vormgeven, na het raadsbesluit verder zijn gegaan. Deze aflevering: Estelí in Nicaragua.

Door Esdor van Elten

Estelí is met zo'n 125.000 inwoners één van de grote steden van Nicaragua. De banden met Delft gaan terug tot de jaren '80. Jan Geert van der Post, de huidige voorzitter van de Stichting Stedenband Delft-Estelí, was nauw betrokken bij de eerste contacten: "Het begon met studentencontact", herinnert hij zich. Van daaruit is het in 1984 een officiële stedenband geworden. Van der Post werkte zelf vijf jaar in Estelí, alvorens elders in de wereld werk te vinden. Sinds een paar jaar is hij weer bij de stichting betrokken. Het besluit van Delft om de formele stedenband op te heffen, kwam precies in een nieuwe periode van politieke onrust in Nicaragua. "Na de herverkiezing van Ortega in 2006 heeft het land zich weer autocratischer ontwikkeld", aldus van der Post. "Het bestuur van Estelí heeft het besluit van Delft dan ook vooral politiek geduid", legt hij uit. "In zo'n politieke omgeving kunnen ze zich niets anders voorstellen." De stad heeft nooit formeel gereageerd op het Delftse besluit.

Dubbel gevoel
En de stichting zelf? "We hebben er een dubbel gevoel bij", geeft Van der Post toe. "Enerzijds is de aard van de stedenband met Estelí nooit echt politiek geweest. Wij hebben als stichting ook altijd omzichtig gehandeld. Zeker in de periodes dat er een autocratisch bewind groeide, hebben we ons nooit willen associëren met het landelijke of zelfs lokale bestuur. We zijn in feite steeds a-politieker geworden. Ons principe is altijd geweest dat we mènsen steunen, geen regimes. Aan de andere kant vinden we het jammer dat de politiek zich teruggetrokken heeft. Het heeft bijvoorbeeld gevolgen voor onze financiële basis. Maar het is niet zo dat we niet zonder kunnen, en overheidssteun kan ook verkeerd worden opgevat door de oppositie daar. Samenvattend: we hebben financieel iets meer uitdaging, maar we kunnen op eigen kracht overleven."

Sámen
Want de Stedenband Delft -Estelí is volop actief: naast het hoofdbestuur van vier mensen en een vrijwillige medewerker die op woensdag en vrijdag op het eigen kantoor van de stichting werkt, zijn er nog vijf andere vaste vrijwilligers, en daarnaast bieden verschillende andere mensen van tijd tot tijd hand- en spandiensten aan. De projecten die de stichting ondersteunt zijn heel anders dan die van vroeger: "Toen was het toch vooral gericht op ontwikkelingswerk", aldus Van der Post. "Zo hebben we in het verleden grote projecten met drinkwater en riolering gedaan." Maar die tijden zijn voorbij, want ook Nicaragua is verder ontwikkeld. "Het is minder paternalistisch en meer gelijkwaardig geworden." Samen is dan ook het kernwoord geworden: "Zo is er het schoolproject 'De wereld van Sara y Sergio', voor de groepen 6 t/m 8. Het bestaat uit 5 lessen, die worden gegeven door gastdocenten. De gastdocenten in Estelí zijn getraind door Fátima Payán van ons kantoor aldaar; en de gastdocenten in Delft door De Papaver. Het project gaat over duurzaam consumeren. Over het klimaat, over eerlijke handel. Zaken die in Nicaragua net zo spelen als hier, en waar we dus elkaar kunnen vinden." Daarbij snijdt het mes aan twee kanten: "Dit soort projecten sluiten aan bij de Global Goals van de VN. Zo is het via die weg ook weer mogelijk fondsen aan te boren." Tegelijkertijd steunt de stichting andere initiatieven, zoals het tandartsproject in de parochie Guadalupe en moedigt het de bestaande contacten tussen Delft en Estelí, zoals die tussen kerken en scholen, van harte aan. Ook zijn er nog steeds vrijwilligersprojecten.

En er komt meer, want de stichting is juist bezig met een professionaliseringsslag: "Een belangrijk aspect van ons werk is om ons te profileren en draagvlak te creëren onder de Delftse bevolking", benadrukt Van der Post. "We zoeken praktische en financiële betrokkenheid. Dat doe je alleen als je daadwerkelijk ook iets te bieden hebt. Daarom probeerden we het Platform Stedenband Delft-Esteli, te faciliteren waar groepen en organisaties die betrokken zijn, elkaar kunnen ontmoeten. Dat heeft nog te weinig respons opgeleverd. Naast de website proberen we ook onze activiteiten op sociale media uit te breiden. Maar we willen ook in de stad zichtbaar zijn: denk aan de Nicaragua4Daagse in mei, met verschillende activiteiten en een Nicaraguafestival. Zo bestaan er ook plannen om de muurschildering tussen Oude Delft en de Phoenixgarage op te knappen en er een mozaïek in te integreren. Samen met Nan Deardorff McClain werken we hieraan."