Burgemeester van Bijsterveldt sprak met de familie, waaronder de 90-jarige Reni Linssen-Jeidels. (Foto: EvE)
Burgemeester van Bijsterveldt sprak met de familie, waaronder de 90-jarige Reni Linssen-Jeidels. (Foto: EvE) Foto: Esdor van Elten

"We buigen. Om de letters op de steen te lezen en ter nagedachtenis."

Algemeen

Delft - Zaterdagochtend 9 maart is op de Rotterdamseweg de eerste Delftse 'Stolperstein'(struikelsteen) gelegd ter nagedachtenis aan Lina Feldmann-Stamm, één van de Delftse Joden die in de Tweede Wereldoorlog is weggevoerd door de Duitse bezetter.

Door Esdor van Elten

In aanwezigheid van de negentigjarige Reni Linssen-Jeidels, de enige aanwezige die Lina nog persoonlijk gekend heeft, legde de Duitse kunstenaar Gunter Demnig met vaardige hand de steen voor de tuiningang van de Rotterdamseweg waar haar oudtante Lina indertijd woonde. Burgemeester Marja van Bijsterveldt was eveneens aanwezig. "Dit is iets moois en symbolisch", hield zij de aanwezigen voor. "We buigen, niet alleen om te lezen wat er op de steen staat, maar ook ter nagedachtenis aan deze mensen. Het is onze taak hun namen te blijven noemen. Huizen, en ook Delft als stad, horen veilige plekken te zijn waar je jezelf mag zijn. Ik hoop dat dit initiatief een vervolg krijgt." Na de burgemeester deelde Reni enkele herinneringen aan haar oudtante, en Titia Feldmann, kleinkind van Lina, las enkele brieven voor die haar oma uit Westerbork schreef. Na het kaddish, het rouwgebed voor de doden, dat werd uitgesproken door rabbijn Issachar 'Izzy' Tal van Kekem, werd een minuut stilte in acht genomen.

Lina en Jenny
Voor Reni Linssen-Jeidels was het een belangrijk en ook emotioneel moment dat de Stolperstein aan de Rotterdamseweg is gelegd. "Ik herinner mij mijn oma Jenny en haar zus Lina nog goed", vertelt ze. Mijn (oud)tante Lina was getrouwd met Clarence Feldmann, de eerste hoogleraar Elektrotechniek in Delft. Hun huis aan de Rotterdamseweg was een zoete inval voor veel familieleden, ook toen de oorlog eenmaal uitbrak. (oud)Oom Clarence haalde mijn vader Kurt in 1920 al naar Nederland. Hij ging werken als kabelcalculator bij de NKF. Na de Kristallnacht in 1938 kwam mijn oma Jenny, de zus van Lina, vanuit Darmstadt ook bij hen in huis wonen. Helaas konden zij de naziterreur niet ontlopen. Oom Clarence heeft de eerste tijd van de bezetting nog wel meegemaakt maar overleed in 1941 op natuurlijke wijze. Bij zijn begrafenis was de hele senaat van de toenmalige Technische Hogeschool aanwezig, als statement aan de bezetter."

Parachutisten
"Ik was elf toen de nazi's Nederland binnenvielen", herinnert Reni zich. Ik zag de Duitse parachutisten neerkomen in de weilanden. Ik zag de Nederlandse soldaten huilen na de capitulatie." Wat haar ook nog scherp voor de geest staat, is hoe de terreur geleidelijk toenam. De ouders van Reni waren gemengd gehuwd, haar moeder Anna was niet Joods. Dit betekende een voorlopige bescherming tegen deportatie maar niet tegen anti-Joodse maatregelen. "Eerst moest je je melden en verplicht een davidster op je kleding dragen. Deze ster moest je zelf betalen en je moest er textielpunten voor inleveren. Je moest je radio en fiets inleveren, de telefoon moest weg, je moest op bepaalde tijden boodschappen doen, je mocht niet in een park op een bank zitten, je mocht niet naar de bioscoop, je mocht niet naar het zwembad." Op een gegeven moment werd de familie verplicht om het huis aan de Julianalaan te verkopen. Daarna gingen Reni en haar ouders inwonen bij de familie Spanjaard in de Ruys de Beerenbrouckstraat.

Paniek
En toen kwam 5 maart 1943, de dag waarop alle joden in Delft werden weggehaald. "Onze nicht Sophie kwam ons in paniek vertellen "ze halen de tantes weg", vertelt Reni. De laatste woorden van oma Jenny die ik hoorde waren: "en nu zijn we allemaal dapper". "Ik heb twintig jaar gedroomd dat ze terug zouden komen." Maar dat gebeurde niet. Lina overleed in de ziekenbarak van kamp Westerbork op 1 april 1943. Op 13 maart waren de Delftse Joden, waaronder Jenny, al op transport gezet naar Sobibor, waar de meesten, waaronder Jenny, meteen bij aankomst werden vergast. "We hebben nog een jaar lang brieven geschreven, zonder de waarheid te kennen. Wij dachten dat de 'kampen' werkkampen waren. We praatten er ook niet veel over. Je leefde van dag tot dag, en ook wij, de achterblijvers, hadden in die verschrikkelijke dagen geen idee van de werkelijkheid. We waren naïef."

Stolperstein voor Jenny
Op 6 april 2015 kreeg Jenny Jeidels-Stamm een Stolperstein voor haar voormalige ouderlijk huis in Darmstadt. "Het was heel mooi om daar als gast van de stad bij te zijn." Reni had zelf ook al eens geprobeerd een Stolperstein in Delft te krijgen. Dat kwam toen niet van de grond, "Bij de opening van het nieuwe stadhuis heb ik weer contact gezocht en deze keer reageerde de gemeente wèl positief. Wij hebben zelf de steen geregeld en toestemming van de huidige bewoner van het huis gezocht. De gemeente heeft de vergunning geregeld. En nu ligt hij er!"