Atse Hoekstra raakte geïmponeerd door zijn sport. (Foto: Koos Bommelé)
Atse Hoekstra raakte geïmponeerd door zijn sport. (Foto: Koos Bommelé) Foto: Esdor van Elten

Atse Hoekstra pendelde tussen voetbal- en basketbalveld

advertenties

Delft - De heer Koperdraat, gymnastiekleraar aan het Sint Stanslas College vatte vijftig jaar geleden het plan op om, naast studentenvereniging Punch, een burgervereniging op te richten. Atse Hoekstra werd op zijn zeventiende lid van basketbalverenging DAS.

Door Alphons de Wit sr.

"Met mijn vrienden gingen we in die tijd bij Punch kijken. Dat was een geweldig spektakel. Het was de toptijd van het Nederlandse basketbal. Alle teams in de eredivisie speelden goed op Europees niveau. De clubs hadden de beschikking over veel Nederlandse Amerikanen. We hadden aan Punch een geweldig voorbeeld. Ik werd nog wel eens gebeld met de vraag of ik wilde komen meetrainen met Punch omdat ze een speler te weinig hadden. Dan stopte ik met eten en speelde met de jongens van Raak Punch en Pioneer Punch een trainingspartijtje mee."

Gewieberd
Hoekstra kwam al snel in het eerste team van DAS. "Dat was ook weer niet zo'n bijzondere prestatie want de club was nog erg klein. We kregen na van tijdje Charis Sideris als trainer. Hij speelde bij Punch. Later kwam daar Bill Sheridan bij als coach. Bill ging bij ons in het team spelen. Eén van de mooiste dingen die ik in die tijd meemaakte was tijdens een training. We trainden aan de Nieuwe Laan. Dan speelde wat jongens van DAS en Punch en een paar Amerikanen een trainingspotje. Jan Sikking had 's morgens Terry Foster, een Amerikaan op gehaald van Schiphol. Het eerste wat Foster zei was 'Ik kan met mijn voet bij de ring, wedden?'. Wij legden geld bij elkaar. Hij sprong met zijn voet tegen de ring, knalde op zijn rug, stond op en vervolgens gingen we trainen. Die man was helemaal gewieberd, maar tijdens de wedstrijden was hij een icoon. Hij sprong over de scheidsrechterstafel, de reclameborden. De Amerikanen vonden we in de jaarboeken van de Amerikaanse Basketbalbond. Amerikanen houden alles bij en in het boek kun je precies de spelers vinden die je nodig hebt."

Toeteren
"Met DAS maakten we soms gekke dingen mee. We speelden in Katwijk. Het was drie minuten voor tien en er kwam een drumband de zaal in. Om tien uur gingen ze opstellen terwijl wij nog aan het spelen waren. De band ging al toeterend over de banken waar mensen op zaten. Zo'n kerel met een sousafoon ging onderuit en daar rolden vier man overheen. Bill Sheridan sloeg erop los. Ik heb nog nooit zo'n beest gezien."
Hoekstra, gepensioneerd gymnastiekdocent stond ook zijn mannetje op het voetbalveld bij DVC. "Aanvankelijk speelde ik bij DHC, maar daar speelde ik nooit in hetzelfde elftal. Toen ben ik naar Concordia gegaan. Die club had toentertijd een ballotagecommissie. Mijn vader was ambtenaar en omdat hij een boot bezat mocht ik lid worden. Ik speelde daar in de hoogste junioren. We mochten met vier jongens op een gegeven moment niet voetballen omdat ons haar te lang was. Maar Concordia hoort bij de oudste acht verenigingen van Nederland. We speelden elk jaar met die clubs het toernooi de Acht. Als ze ons wegstuurden dan hadden ze mensen tekort voor het toernooi. We mochten wel in dat toernooi uitkomen. Toen ik senior werd had ik geen zin om op zondag te gaan spelen. Toen ben ik bij DVC gaan spelen. Ik pendelde jaren tussen het eerste en het tweede. Als ik gevoetbald had, dan deed ik mijn trainingsbroek aan en ging ik naar het station waar we verzamelden voor het basketballen. Ik maakte mijn knieën schoon onder de douche en ging spelen. Zondag gooiden we dan weer een balletje met de jongens van Punch." Atse Hoekstra raakte geïmponeerd door zijn sport. "Basketbal is een spectaculaire sport als je tegenstanders en medespelers hebt die het beheersen. De grote Amerikanen waren onze voorbeelden. Ik heb heel wat 8mm filmpjes in de slaapkamer zitten kijken. Het is jammer dat de aandacht voor de sport aan het afnemen is. Vroeger had je schitterende schooltoernooien. Daar werd echt op heel hoog niveau gebasketbald, gevolleyd en gevoetbald. Helaas zijn die evenementen allemaal doodgebloed."

Vergeten
Na tien jaar deed Hoekstra bij DAS een stapje terug. "We hadden Charis Sideris als trainer en we speelden een bekerwedstrijd in Hilversum. We stonden dertig punten voor en op het eind van de bank zaten twee spelers. Ik attendeerde Charis er op dat die mannen nog niet gespeeld hadden. Hij was ze helemaal vergeten. Twee weken daarna speelden we voor het eerst in shirtjes van rijschool Mathijssen en ik zat aan het eind van de bank. We waren klaar en Charis had me helemaal niet ingezet. 'Ik ben je helemaal vergeten' was het antwoord van Charis. Ik heb mijn shirtje uitgetrokken en heb hem gezegd dat hij voor mij maar een ander moest zoeken. Ik ben in het tweede gaan spelen en dat heb ik tot mijn 42ste volgehouden. Met veel plezier trouwens."