Scherpe meningsverschillen in debat over woningnood
Algemeen‘Meer bouwen voor middeninkomens’
DELFT - Bouw meer woningen voor middeninkomens en studentenhuizen. Het waren twee suggesties die werden gedaan tijdens de tweede editie van De Staat van Delft, hét Delfts stadsdebat dat op 24 februari een bomvolle zaal in OPEN trok.
Door Marcel de Jong
In Delft worden vooral dure en middeldure appartementen gebouwd. Een goede keuze? Miranda Voogt, raadslid voor de VVD, pleit voor een diverse stad. “Als VVD willen we dat er meer middeldure huur en goedkope koop moet worden gebouwd, omdat je ziet dat in Delft het middensegment ontbreekt, zowel in leeftijd als in inkomen. We hebben in Delft relatief veel sociale huur en veel jongeren, dat is gezellig, maar we missen echt woningen voor gezinnen en voor tweeverdieners zonder kinderen, de huizen voor de verpleegkundige, de leraar, de bouwvakker, voor de mensen die eigenlijk net iets te veel verdienen voor een sociale huurwoning. Daar zit echt een gat. Voor hen zouden we meer willen bouwen.”
Meer sociale huur
Tamara Bruggeman, actief binnen het landelijk woonprotest, is juist van mening dat er meer sociale huur in Delft gebouwd moet worden, ook al valt in Delft vierenveertig procent van de woningen in de sociale huursector. “Door het bouwen van middeldure en dure woningen jagen we mensen met een laag inkomen de stad uit.” Ze beseft dat de verpleegkundige en politieagent vaak te veel verdienen voor een sociale huurwoning. Juist die inkomenseis moet verdwijnen. “Ik vind dat we anders naar de sociale huursector moeten kijken. Het wordt nu gezien als een verdomhoekje van mensen die niet kunnen meekomen. Maar sociale huur is geen liefdadigheid, maar een basisbehoefte. Het is vreemd dat mensen uit de middenklasse niet in aanmerking komen voor een sociale huurwoning. Je moet zorgen dat ook mensen met een middeninkomen een corporatiewoning kunnen krijgen. Wonen moet voor iedereen betaalbaar zijn.”
Wethouder Karin Schrederhof is het daarmee eens. “We moeten voorkomen dat de corporaties alleen voor een hele kleine doelgroep zijn. Maar dat is een landelijke discussie. Gelukkig mogen corporaties inmiddels ook middeldure woningen bouwen.” Ze noemt het bouwen van de juiste woningen een duivels dilemma. “We willen iedereen een plek in de stad geven, maar we hebben te maken met een megaopdracht die niet zomaar op te lossen is. Daarom werken we samen met de andere gemeentes in de regio.”
Daarbij moeten wel keuzes gemaakt worden, benadrukt Voogt. “Wonen gaat over verdeling van schaarste. Je moet nadenken over wat voor stad je met elkaar wil zijn. Sociale huur is belangrijk, maar de vraag is of Delft in haar eentje alle problemen moet oplossen. Wanneer zijn er dan genoeg sociale huurwoningen? We hebben in Delft balans en diversiteit in het woningaanbod nodig. We zien dat de regio achterblijft met sociale woningbouw. Sommige gemeentes hebben maar tien procent sociale huurwoningen, Delft zit daar met 43% fors boven. We moeten balans op de woningmarkt echt met elkaar in de regio oplossen.”
Studentenhuisvesting
Het tweede debat ging over de vraag of verkamering weer mogelijk moet worden. Sophie Wentink, fractievoorzitter van STIP, bleek daar een voorstander van. Jan van der Veen (voorzitter belangenvereniging Voorhof West II) was kritischer. Hij ziet dat in sommige wijken het aantal studentenwoningen zo hoog is dat de leefbaarheid onder druk staat. Hij pleit daarom voor een wijkgerichte aanpak waarbij de gemeente de regie op zich neemt. “Laat de gemeente bepalen wat wel en niet acceptabel is in een wijk.” Peter Boelhouwer, Hoogleraar Housing systems aan de TU, was het met hem eens. “Je moet niet nog meer studentenhuizen in de Wippolder realiseren. Je kunt ook kijken naar de duurdere wijken met grote panden.”
Hospita
Tegelijkertijd werd erkend dat verkamering het tekort aan studentenwoningen niet oplost. Boelhouwer pleit voor meer regelruimte voor de herinvoering van de hospita. “Maak het aantrekkelijk om één kamer te verhuren. Dan heb je één student in één woning.” Ook vindt hij dat de TU meer moet doen aan het verminderen van de woningnood onder studenten. “Zorg dat de TU alle vrijkomende gebouwen op de campus ombouwt tot flexibele studentenwoningen. Ik zie nog steeds dat op de campus lege gebouwen aan bedrijven worden verkocht. Daar moet je mee stoppen.”
TU verantwoordelijk
Ook vindt hij dat de universiteit meer verantwoordelijkheid moet nemen voor de huisvesting van buitenlandse studenten. “Want daar gaat het mis. De studenten komen naar Nederland en ontdekken dan ze helemaal geen huis kunnen vinden. De TU moet gewoon een woning voor hen regelen, anders moeten ze niet komen.”
De Staat van Delft
Hét stadsdebat van Delft
Vrijdag 24 maart
16.00 uur
OPEN