Jari Seffelaar verloor met zijn Wippolder afgelopen weekend met 1-2 tegen Den Hoorn. "Ondanks dat overheerst de trots over de reeks van vijfentwintig wedstrijden op rij die we ongeslagen zijn gebleven." (foto: Roel van Dorsten)
Jari Seffelaar verloor met zijn Wippolder afgelopen weekend met 1-2 tegen Den Hoorn. "Ondanks dat overheerst de trots over de reeks van vijfentwintig wedstrijden op rij die we ongeslagen zijn gebleven." (foto: Roel van Dorsten) Foto: Roel van Dorsten

Wippolder heeft alles om ook dit seizoen hoge ogen te gooien

Algemeen

DELFT - Voor Wippolder kwam afgelopen weekend tegen Den Hoorn een eind aan een prachtige ongeslagen reeks van vijfentwintig wedstrijden. Verdediger Jari Seffelaar weigert te sippen en ziet de toekomst zonnig tegemoet.

Door: Alphons de Wit jr. 

Het begon zo mooi zaterdagmiddag: de zon scheen, sportpark de Pauwmolen was afgeladen vol en de thuisploeg stond al binnen enkele minuten op voorsprong. “We begonnen inderdaad lekker en Casper Spaan maakte al snel een goede goal. Helaas kwamen zij vlak voor rust uit de kluts na een vrije trap langszij en ook hun tweede treffer kwam voort uit een vrije trap die werd ingekopt. Dat was zuur, want in principe stond het verdedigend goed; buiten die twee goals om hebben we niets weggegeven.”

Trots
Het betekende het einde van een imponerende reeks. “Als je vijfentwintig wedstrijden achter elkaar hebt gewonnen, komt die eerste verliespartij elke week weer een stukje dichterbij, zeker als je ziet dat we in de eerste klasse spelen en wie daar de tegenstanders zijn. Daarover hebben we het ook wel met elkaar gehad. Als het dan zover is, ben je er natuurlijk wel even goed ziek van, maar de teleurstelling maakte ook snel weer plaats voor trots: zo’n reeks is toch best indrukwekkend.”
Lang gesipt werd er dan ook niet, want in de kantine wachtte de Derde Helft. “En dat was een fantastisch feest. Er was een paar honderd man van zowel Wippolder als Den Hoorn in de kantine en de sfeer was geweldig. Dat moet ook, want de supporters zijn er altijd om ons te steunen. Dan kunnen wij daar niet een beetje staan chagrijnen.”
Die sfeer en gezelligheid is dan ook één van de belangrijkste redenen dat de verdediger bij Wippolder speelt. “Toen ik begon bij de senioren wilde ik altijd het allerhoogste bereiken. Inmiddels ben ik vijfentwintig, heb ik een fulltime baan in de ict en zijn andere dingen belangrijk. Ik voel me hier al vanaf de eerste dag meer dan welkom, we zijn zowel binnen als buiten het veld een hechte groep en we spelen op een hartstikke leuk niveau. Daarnaast zit ik vanuit huis in tien minuutjes op de club. Wat wil je dan nog meer?”

Band met de trainer
Seffelaar kwam bij Wippolder terecht via trainer Mark Moen. “Ik heb heel prettig met hem samengewerkt. Toen ik bij RKDEO speelde werd ik door verschillende clubs benaderd, waaronder ook door VUC, waar hij trainer was. De eerste kennismaking was meteen geweldig. Het werd wel duidelijk dat hij niet alleen als trainer dacht, maar ook als mens. Hij had oprechte interesse in mij en het werd wel duidelijk dat hij mee wilde denken. Zo had ik toentertijd nog geen rijbewijs en gaf ik eerlijk aan geen zin te hebben om een uur in de tram te zitten om te kunnen trainen. Daarop antwoordde hij dat ik dan wel met hem kon meerijden vanuit Ypenburg. Dat klinkt misschien niet als iets heel groots, maar ik vond het ontzettend fijn.”
Toen Moen hem later namens Wippolder benaderde, twijfelde de ict-medewerker dan ook geen moment. “Ik heb een paar keer afgesproken met de jongens die er al wat langer speelden en er was meteen een klik. Daarom heb ik ook nog geen moment spijt gehad van de overstap, niet alleen vanwege de sportieve resultaten, maar vooral ook vanwege de sfeer.”

Steunpilaar
In het elftal is Seffelaar binnen een seizoen uitgegroeid tot een steunpilaar die niet meer weg te denken is uit de favoriete opstelling van Mark Moen. “Toevallig vertrok er een aantal jongens of gingen ze wat lager spelen, waardoor ik er meteen in kwam te staan. Dat bevalt me ontzettend goed. We spelen in een 3-4-3 systeem met Ricardo van Heyst en Colin Venema op de vleugels. Ik sta centraal achterin en dat gaat best goed. Ik heb de snelheid om ruimtes die ontstaan dicht te lopen, heb een goed overzicht en ga altijd op zoek naar de voetballende oplossing. Daarnaast probeer ik positiviteit uit te stralen. Als er iemand een fout maakt, ga ik dan ook niet schelden, want daar wordt niemand beter van en de fout is nu eenmaal al gemaakt. Ik spiegel me het liefst aan Sergio Ramos als je ziet met hoeveel passie en inzet hij elk duel aangaat. De laatste jaren geniet ik ook van Lisandro Martinez, omdat hij zo goed kan voetballen en ondanks zijn lengte zo sterk in de lucht is.”
Ondanks dat het pas het eerste jaar in de eerste klasse is, heeft de verdediger hoge verwachtingen. “We zitten in een sterke poule, maar ik denk dat het mogelijk moet zijn om in de top 5 te eindigen. Verder bevalt het op zaterdag voetballen me uitstekend: we zitten in een geweldige poule bij clubs waar altijd veel supporters op afkomen en op zondag heb je een extra rustdag voor je weer aan het werk gaat.