Waterkwaliteit in Midden-Delfland slecht

MIDDEN-DELFLAND - Boswachter Martijn van Schie van Natuurmonumenten doet een noodoproep: hij vraagt het Hoogheemraadschap van Delfland om per direct de stromingsrichting van het water aan te passen, om zo te voorkomen dat er nóg meer bestrijdingsmiddelen in de natuurgebieden van Midden-Delfland terecht komen.

Het Hoogheemraadschap van Delfland meet al jaren veel te grote hoeveelheden aan bestrijdingsmiddelen in haar water. Ook de meest recente rapportage over de waterkwaliteit toont aan dat de waterkwaliteit de afgelopen twee jaar niet is verbeterd. En dat terwijl Delfland al jaren werkt aan het oplossen van dit probleem. Natuurmonumenten vindt de cijfers zeer zorgwekkend. Boswachter Martijn van Schie van Natuurmonumenten roept het Hoogheemraadschap daarom op om de richting waarin het water door het gebied stroomt aan te passen: "Schoon water uit het Brielse Meer stroomt nu eerst door het glastuinbouwgebied in het Westland, wordt daar vervuild met bestrijdingsmiddelen en stroomt dan door naar onze natuurgebieden in Midden-Delfland.” De bestrijdingsmiddelen die in het water worden gemeten hebben een nadelig effect op de natuur. Van Schie wijst op een kans de voorligt. "De pomp om het water uit het Brielse Meer te pompen is in 1988 geplaatst om het kassengebied in het Westland van schoon water te voorzien. Echter, sinds 2013 zijn kwekers verplicht om hun regenwater in bassins vast te houden en dit te gebruiken. Zij zijn hierdoor minder afhankelijk van inlaatwater. "Zet die pomp dus uit! Het geld dat daarmee bespaard wordt, kan Delfland gebruiken voor de inzet van meer handhavers en intensiever meten”, aldus Van Schie. Bij het Hoogheemraadschap van Delfland nemen ook de zorgen over de waterkwaliteit toe. Zij geeft aan dat de glastuinbouw de oorzaak is van de vervuiling en zet daarom handhavers in om lekkages en illegale lozingen op te sporen. "Op papier heel mooi, maar in praktijk zien wij helaas te weinig resultaat”, aldus Anneklaar Wijnants, provinciaal ambassadeur bij Natuurmonumenten. Volgens haar is een fundamentelere aanpak nodig: met minder vrijblijvendheid, meer handhaving en veel hogere boetes.