Afbeelding

Novieten Femke en Marian: “Wij wilden gewoon die studie doen!”

Algemeen

DELFT- In 1956 begonnen acht meisjes aan een technische studie aan de TU Delft. Zij waren vastberaden hun leven in te vullen op een manier, die tot dan toe eigenlijk alleen was weggelegd voor mannen: zelf beslissingen nemen, geld verdienen en carrière maken. Vaak tegen het advies van hun eigen familie in. Zo staat het letterlijk omschreven achter op het boek “Acht Vrouwen in een Mannenwereld: Van Delftsche Novieten tot Ingenieurs”. De schrijfster is Marian Geense (83), destijds één van deze novieten.

Door Rianne Dekker

Marian doet in het sfeervolle restaurant Huszar haar verhaal, geflankeerd door Femke (”Alleen Femke is voldoende hoor”). Zij maakte destijds ook deel uit van de groep en is als enige daarvan in Delft blijven wonen en werken. De eveneens 83-jarige startte 65 jaar geleden een studie Bouwkunde. “Ik was geobsedeerd door bruggen, vooral nieuwe. Maar mijn wiskunde was vrij belabberd. Huizen vond ik ook leuk, en toen zijn het voor mij dus huizen geworden”.  

Marian was de enige noviet die voor Civiele Techniek koos. Haar motivatie was opgedaan in de Tweede Wereldoorlog, toen zij als kleuter op het Zeeuwse eiland Walcheren woonde. “Dat was toen een belangrijke strategische schakel en zat stampvol Duitsers. Om deze te verjagen hebben de geallieerden de dijken gebombardeerd en daarmee het eiland onder water gezet. De gedachte hoe ze later de dijken hebben gedicht en het eiland weer droog kregen liet me niet los. Later kwam daar ook nog de Watersnoodramp van 1953 bij. Reden genoeg om voor deze studie te kiezen”. 

Dingen des vrouws
Maar was een meisje in die tijd wel vrij om te kiezen voor de optie studeren? Femke: “Mijn vader zag wel beren op de weg, maar redeneerde zo: “Als de wet het niet verbiedt, dan kan het”. Marian moest van haar moeder eerst een verplicht hobbeltje nemen voor ze aan haar studie mocht beginnen. “Ik moest eerst een jaar “de dingen des vrouws” leren op de Huishoudschool. Daarna mocht ik kiezen”.
De dames sloten zich vanzelfsprekend aan bij de Delftsche Vrouwelijke Studenten Vereeniging (DVSV). “Hier gingen we natuurlijk iedere middag thee drinken, zoals dat moest van thuis”, aldus Marian met een anders suggererend lachje. “Ons onderkomen zat aan de Oude Delft 26 en als je nu gaat kijken zie je boven de deur nog steeds het logo van DVSV staan”.

De technische studies hebben de dames geen windeieren gelegd. Femke vond haar voldoening in het makelaarsvak en runde van 1981 tot 2000 haar eigen makelaarskantoor in Delft. “Ik was zeg maar de eerste vrouwelijke in Delft”. Marian werkte als Waterbouwkundige Civiele Techniek in de haven van Rotterdam en in Brussel. Uiteindelijk gaf ze ook nog een dag per week les op de TU.

Vooroordelen
Tegen vooroordelen in de heersende mannenwereld zijn de twee nooit echt aan gelopen. In haar boek beschrijft Marian wel wat hilarische mannelijke misvattingen en hooguit was er een enkele keer wat frictie over het belang van haar werk. “Ik vroeg een mannelijke collega eens of hij iets voor me wilde tekenen om te gebruiken bij een presentatie.
Toen ik de tekening nodig had, stond er nog steeds niets op papier. Toen heb ik woedend zijn werk van zijn tekenbord gerukt en ben ik zelf gaan tekenen”. “Ik werkte met vijf, zes “mannelijke” collega-kantoren en dat was heel plezierig”, aldus Femke. Beiden spreken van een overwegend respectvolle benadering.

Geen wandkleden
Dat de twee zich staande hebben gehouden in een mannenwereld is niet voor niets. Volgens Femke voldoen zij wel aan de eigenschappen die ervoor nodig zijn om te overleven. “Je moet eigenwijs zijn en een beetje wereldvreemd”, legt ze uit. “Wij hebben nooit bij onszelf gedacht: “Hoe gaan wij dat redden met die studie?” We wilden hem gewoon doen!”

Combinatie
Wat de twee meer hoofdbrekens bezorgde, was het combineren van werk met een gezin. In het boek overdenkt Marian in de trein hoe zij heeft geprobeerd -dit woord is alleszeggend- een huwelijk, carrière en kinderen te combineren. “Ik had vaak maar één gevoel, en dat was uitputting”. Femke: “Ik liep altijd wel rond met de gedachte: “Komen de kinderen niets tekort?”  

Beiden zijn het er echter over eens dat het het allemaal wel waard was. Marian: “Als ik mijn talenten niet had ontwikkeld, was ik een soort libelle moeder geworden”. “Ik wilde iets stevigs doen, ik ben nou eenmaal geen type om wandkleden te maken”, aldus Femke.