In het Rode Dorp was eerder veel kritiek op het beleid van Vestia. Een noodplan moet verbetering aan zulke situaties brengen. (Foto: Koos Bommelé)
In het Rode Dorp was eerder veel kritiek op het beleid van Vestia. Een noodplan moet verbetering aan zulke situaties brengen. (Foto: Koos Bommelé) Foto:

Noodplan Vestia moet huurders helpen

DELFT – Woningcorporatie Vestia, dat vooral huizen verhuurt in Delft en omstreken, kampt nog altijd met grote financiële problemen. De prijs-kwaliteitverhouding van de woningen staat daardoor al jaren onder druk. Een noodplan moet een einde maken aan de ellende.

Als gevolg van financiële problemen presteert Vestia ondermaats. Er is geen geld voor extra aandacht voor kwetsbare groepen, de prijs-kwaliteitverhouding staat onder druk, de wijken kunnen niet worden versterkt en er kunnen al zeker geen nieuwe woningen bijgebouwd worden. Daar lijden huurders en gemeenten onder, vooral in de regio’s Haaglanden en Rotterdam. “Als iets kapot is, komen we het repareren”, schrijft Vestia in een verklaring. “Maar door onze financiële situatie moeten we wel scherpere keuzes maken.” Daarom is nu een noodplan opgesteld.

Noodplan
Het voorstel bestaat uit drie elementen: ten eerste een bijdrage van andere corporaties en ten tweede bijdragen van onder meer het ministerie van BZK en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Het derde element is de splitsing van Vestia in drie corporaties: een in Delft en Zoetermeer, een in Rotterdam en een in Den Haag. De laatste maatregel moet zorgen voor meer risicospreiding: eventuele wanbetalingen van één van deze organisaties is minder ingrijpend dan wanneer het hele bedrijf in de problemen zou komen. In de verklaring van Vestia staat: “Van de splitsing merkt de huurder niks. Deze drie corporaties kunnen weer meer doen aan het onderhoud van woningen, ze kunnen de huurverhoging beperken tot inflatie en extra aandacht hebben voor kwetsbare groepen. Ook kunnen ze in beperkte mate nieuwe sociale huurwoningen bouwen. Omdat zo’n splitsing veel tijd kost om te regelen, verwachten we dat het op zijn vroegst begin 2023 gebeurt.”

Financiële situatie
Eerdere financiële steun en tien jaar saneren bleek Vestia de afgelopen jaren niet voldoende te helpen herstellen om noodzakelijke huisvestingstaken goed uit te voeren. De financiële situatie komt vooral vanwege de zeer dure schulden na het bijna-faillissement in 2012. Vestia leende destijds veel geld om huurhuizen te bouwen. Om zich tegen eventuele prijsstijgingen van de rentes op die leningen in te dekken, sloot het bedrijf een soort verzekering af tegen zogeheten ‘derivaten’. Alleen ging de rente toen niet omhoog, maar omlaag, waardoor Vestia juist honderden miljoenen verloor aan de derivaten. Het gevolg was dat het bedrijf nóg meer ging lenen, tegen nog hogere rentes. Daar betaalt Vestia nog altijd een hoop geld voor.